De laatste keer: ‘Achteraf bekeken waren er genoeg signalen dat hij een affaire had’
Waar de eerste keer seks vol belofte zit, is de laatste keer seks juist een moment van afscheid. De afsluiting van iets wat ooit heel mooi was. Wat leidde tot dat einde? In deze rubriek vertellen mensen anoniem over dat laatste intieme moment en wat daaraan voorafging. Dit keer Merel (31). Haar vriend zette haar op een dag plompverloren aan de kant.
“Lang ben ik niet bezig geweest met leven, maar met overleven. In mijn tienerjaren was er thuis altijd ruzie. Mijn moeder was vaak ziek en kreeg een hersenbloeding, mijn oma beroofde zichzelf van het leven, op school werd ik uitgescholden, gepest en in elkaar geslagen. Ik was een schim. Om me beter te voelen, ontwikkelde ik een koopverslaving. Al het geld dat ik had ging op aan kleding, etentjes, vakanties en uitgaan. En ook al het geld dat ik níét had. Ik sloot leningen af en kocht van alles op afbetaling. Zo stak ik mezelf diep in de schulden, maar daar sloot ik mijn ogen voor. Rekeningen en aanmaningen gooide ik ongeopend in de hoek, want die gaven me een vervelend gevoel en dat gevoel wilde ik nou juist ontwijken.
Toen ik Johan ontmoette tijdens het uitgaan, was ik gelijk hoteldebotel van hem. Zijn bevestiging was mijn zuurstof. Ik snakte naar een baken en klampte me aan hem vast. Hij had het financieel goed op orde, zijn familie was warm, hij was – vooral in het bijzijn van anderen – lief voor me: het was precies wat ik nodig had. Dat ik compleet van hem afhankelijk raakte, zag ik niet. We hadden het echt fijn samen, gingen vaak op vakantie, kochten een huis, sloten een samenlevingscontract af. Hij zorgde voor me, zonder hem was ik nergens.
Vooral niet toen op een donderdagochtend opeens een deurwaarder voor de deur stond. Ik bleek 20.000 euro schuld te hebben. Tot die tijd had ik voor mijn gevoel altijd een masker op gehad. Het was alsof de deurwaarder dat er in één ruk aftrok. Ik voelde me als een marionet waarvan de touwtjes waren doorgeknipt, zonder die touwtjes kon ik niet staan. Het enige wat ik kon bedenken was dat ik niet meer wilde leven. Ik probeerde er een eind aan te maken. Daarop werd ik acuut een paar maanden opgenomen op een psychiatrische afdeling.
'Hoe erger hij me naar beneden haalde, hoe meer ik me aan hem vastklampte'
Johan was er in die tijd echt voor me, daar moet ik hem credits voor geven. Toen een andere kant van hem zich openbaarde, heb ik die lange tijd niet willen zien. Hij werd denigrerend naar mij toe. Noemde me dom, zei dat ik nergens goed in was, trapte me naar beneden. Kocht ik een nieuw rokje, dan zei hij dat het rokje leuk was, maar dat het mij niet stond. Hij heeft zelfs een keer gezegd dat hij niet bij me was omdat ik nou zo knap was. Dat doet wat met je zelfvertrouwen.
Hoe erger het werd, hoe steviger ik me aan hem vastklampte om hem maar niet kwijt te raken. Zelfs toen ik een spelletje op zijn telefoon aan het spelen was en een berichtje van een van zijn collega’s onder ogen kreeg met een foto waarop ze masturbeerde, durfde ik hem niet te confronteren. Voor mezelf opkomen zat niet in me. Als hij me voor schut zette, liet ik het gelaten over me heen komen. Therapie bracht daar verandering in, ik werd assertiever. Op het moment dat ik begon te veranderen in de Merel die ik altijd had willen zijn, begon de relatie af te brokkelen.
Achteraf bekeken waren er genoeg signalen dat hij een affaire had. Hij kwam steeds vaker later thuis van zijn werk, ik mocht geen spelletjes meer spelen op zijn telefoon en op een avond ging hij ineens weg ‘om naar de kat van de buren te zoeken’. Ik vroeg me wel af waarom ik, groot dierenliefhebber, niet was gevraagd om mee te zoeken, maar dacht er verder niet over na. Onbewust denk ik dat ik het toch aanvoelde. Als hij me aanraakte, verstijfde ik. We hadden op het laatst bijna geen seks meer. De laatste keer dat we het deden, voelde meer als een moetje dan dat ik er echt van genoot.
Het is inmiddels bijna zes jaar uit, maar het moment dat hij me aan de kant zette, herinner ik me nog als de dag van gisteren. Hij kwam – zwetend, het was een warme augustusdag – thuis uit zijn werk, gaf me een zoen, ging aan de keukentafel zitten, at drie happen en zei: ik moet je wat vertellen, ik wil ermee stoppen. We hadden net ons huis verbouwd en woonden daar krap twee maanden, ik begreep er niets van. Ik werd hysterisch, begon te schreeuwen en te stampen, mijn hele lichaam deed pijn. Een vriendin is me komen ophalen en ik had kalmerende middelen nodig om enigszins tot bedaren te komen.
'Ik blijf liever voor altijd alleen dan dat ik ooit nog in zo'n relatie beland'
De eerste week was ik gebroken. Mijn veilige omgeving was weg, ik stond er weer alleen voor en viel in een dieper gat dan ooit. 26 jaar was ik, maar ik voelde me als een meisje van 16 dat nog moest leren om op eigen benen te staan. Ik leunde zo op hem. Pas later ben ik naar antwoorden gaan zoeken. Waarom had Johan me zo plotseling aan de kant gezet, had hij soms een affaire? In zijn mailbox vond ik gesprekken met ene Richard, die zijn minnares bleek te zijn. Toen ik Johan daarmee confronteerde, ontkende hij glashard. Hij pakte me bij de arm en zette me het huis uit. Zijn minnares bleek de vriendin te zijn van een van zijn beste vrienden, waardoor hij ook hen kwijtraakte, hoorde ik later.
Ik viel in die periode twintig, dertig kilo af, werd een wandelend skeletje. Bevestiging zocht ik bij andere mannen, die me allemaal voor maar één ding wilden. Mijn zelfvertrouwen was verdwenen, ik was mezelf volledig kwijt. Het heeft twee jaar geduurd voordat ik over hem heen was, tot die tijd huilde ik nog iedere week om hem. Inmiddels ziet hij zelf ook in dat hij me slecht heeft behandeld. Dat vertelde hij me een paar jaar geleden, toen hij een chronische ziekte bleek te hebben. Ik mag het eigenlijk niet zeggen, maar karma is een bitch.
Nu besef ik dat het einde van die relatie het beste was wat me kon overkomen. Ik heb er iets van geleerd en ben er sterker uit gekomen. Zelfs mijn ex-schoonmoeder, die ik nog weleens tegenkom, zegt dat ze me heeft zien opbloeien sinds we uit elkaar zijn. Ik durfde niets alleen, maar nu reis ik de hele wereld over in mijn eentje en ga ik alleen uit eten of alleen naar de film. Soms mis ik weleens iemand die me een knuffel geeft, maar het is niet meer de essentie van mijn bestaan. Het cliché is waar: als je zelf niet gelukkig bent, kun je dat met een ander ook niet zijn. Ik blijf liever voor altijd alleen dan dat ik ooit weer in zo’n relatie beland. Ik wil nooit meer zo afhankelijk zijn van iemand. Niet voor mijn zelfvertrouwen, niet voor mijn financiën, op geen enkel gebied.”
De namen Merel en Johan zijn op verzoek van de geïnterviewde gefingeerd. Ook anoniem je verhaal doen? Mail naar weekendmagazine@rtl.nl