'Een schrale troost dat mijn kippen niet hebben geleden'

Boer Léon Jansen werd in 2011 getroffen door de vogelgriep. Zijn 133.000 leg- en opfokkippen werden afgemaakt. "Een ware nachtmerrie. Het heeft maanden geduurd om op te krabbelen."
Toen Léon Jansen, eigenaar van kippenbedrijf EKOZ uit Schore, die bewuste ochtend in maart de stal inliep, zag hij direct dat er iets goed mis was. "De kippen in stal 1 zaten niet lekker in hun vel. Ze aten niet, liepen raar."
Een veearts werd ingeschakeld. 's Avonds kwam een telefoontje dat zijn angstige vermoeden bevestigde: vogelgriep, de H7-variant. Weliswaar een lichtere dan de H5N8-variant die nu heerst, maar alle 100.000 legkippen en 33.000 opfok-kippen moesten worden vergast.
"Ik was het eerste geval in Nederland. Toen die de uitslag binnenkwam, schrok ik me rot."
"Ik was het eerste geval in Nederland. Toen die uitslag binnenkwam, schrok ik me rot. Het was zo onwerkelijk." Daarna ging het razendsnel. Jansen speelde de hoofdrol in een slechte film. "Mijn bedrijf werd afgezet, mannen in pakken namen mijn terrein over. Een dag later zat ik met twee enorme stallen; helemaal leeg."
Ontzettend pech
De pluimveehouder had eerder die week een stel nijlganzen tussen zijn kippen zien zitten. "Een deel van mijn kippen scharrelt buiten, waarschijnlijk hebben ze door de ganzen het virus opgelopen. We hebben ontzettend veel pech gehad. Ook al doe je nog zoveel aan hygiëne, het virus kan overal uit de lucht vallen. Een soort Russisch roulette is het."
Verzekerd tegen de vogelgriep was de pluimveehouder niet. De vogelgriep heeft hem tonnen gekost vanwege gemiste inkomsten. En dan was er die emotionele schade. "Ik ben erg begaan met mijn dieren. Het is onmenselijk om gezonde dieren af te moeten maken. Gelukkig hebben mijn kippen niet geleden. Een troost."
Getwijfeld om de zaak voort te zetten, heeft hij niet. "Mijn vader heeft samen met zijn partner 40 jaar geleden dit bedrijf opgezet. Nog geen dag ben ik met tegenzin naar het werk gegaan. Ondanks deze enorme tegenslag, zijn we doorgegaan."
"Makkelijk was het niet om op te krabbelen. Het heeft ons een half jaar geduurd voordat we uit de shit waren."
Uit de shit
Makkelijk was het niet om op te krabbelen. "Het heeft een half jaar geduurd voordat we uit de shit waren. Je moet je aan allerlei procedures houden. Je stallen ontsmetten, inspectie ontvangen, de stallen opnieuw ontsmetten. Het is vooral stilstaan, wachten, en hopen dat je weer een beetje vooruit kunt. Na een half jaar ben je er weer een beetje."
Hij heeft enkele maatregelen getroffen om de kans op een nieuwe uitbraak zo klein mogelijk te houden. "We hebben buiten 8000 wilgen geplant. Daardoor is het voor ganzen minder aantrekkelijk om op mijn terrein te komen. En we hebben nog betere bedrijfskleding aangeschaft voor een betere hygiëne."
Zorgen
De berichtgeving over de nieuwe uitbraak volgt Jansen op de voet. "Je schrikt weer. Weer word je geconfronteerd met al die ellende die je zo graag achter je wilt laten. Onze branche heeft het al 1,5 jaar moeilijk vanwege de strenge regelgeving. Als je zo'n vogelgriepuitbraak daar bovenop krijgt, is het echt overleven."
Onderdeel van dossier
Uitbraak vogelgriep