Broer en zus strijden in rechtbank om as overleden moeder
Mag een zoon een beetje as van zijn overleden moeder in een hangertje bewaren, of moet alles op dezelfde plek worden uitgestrooid? Over die vraag stonden een broer en zus tegenover elkaar in de rechtbank in Maastricht.
De moeder van de twee overleed afgelopen zomer. Zowel haar zoon als haar dochter was het ermee eens dat het de laatste wens was van moeder – die uit een schippersfamilie kwam – om na haar dood uitgestrooid te worden bij de sluis van Born, in het Limburgse Julianakanaal. Daar werd zij ook geboren.
Het conflict ontstond toen de zoon een beetje van de as in een hangertje wilde plaatsen, om zo een tastbare herinnering aan zijn moeder te hebben.
In zijn geheel
Volgens zijn zus ging dat in tegen de wens van hun moeder. Die zou voor haar dood duidelijk hebben gemaakt dat het voor haar belangrijk was dat al haar overblijfselen op één plek zouden worden uitgestrooid. "Moeder vond namelijk: je komt in zijn geheel en gaat in zijn geheel", zo is te lezen in de vordering van de zus.
Omdat broer en zus, die volgens de advocaat van die laatste al voor het ontstaan van dit geschil geen al te beste band met elkaar onderhielden, het niet met elkaar eens werden, kwamen ze in de rechtbank tegenover elkaar te staan. De zaak diende daar al vorige maand, maar de uitspraak is gisteren pas gepubliceerd.
In juridische zin gaat het hier volgens de advocaat van de zus, Marcel van Doorn, niet om een conflict tussen broer en zus. "Het draait om de kennelijke wil van de overledene. Het gaat erom wat zij heeft gewild. Het is vooral een principiële zaak."
Niets op papier
Omdat de moeder niets op papier had staan over de bestemming van haar as, moest de rechtbank het doen met de verklaringen van mensen uit haar omgeving.
Volgens de zoon zou zijn moeder gezegd hebben dat het wat haar betreft goed was als hij een beetje van haar as in een hangertje zou bewaren. Maar de rechtbank vindt dat die verklaring niet overtuigend genoeg is. Het zou een eenmalige uitspraak zijn geweest, en bovendien maakte de zoon tijdens de zitting niet duidelijk wanneer dat gesprek zou hebben plaatsgevonden.
"Daar tegenover staan de uitgebreid gemotiveerde, met verklaringen onderbouwde, stellingen van [de zus] daar waar het de, uitdrukkelijke, principiële, wens van moeder betrof dat haar as ongesplitst zou blijven", aldus het rechtbankverslag.
Hoger beroep
De rechter besliste dan ook dat alle as tegelijk uitgestrooid moet worden bij de sluis, zoals moeder het gewild zou hebben. Omdat de zoon nog tot half juni de tijd heeft om tegen die beslissing in beroep te gaan, moet tot die tijd gewacht worden met het uitstrooien. De advocaat van de zus noemt het 'begrijpelijk' dat tot die tijd moet worden gewacht, maar hoopt dat er snel duidelijkheid komt, zodat zijn cliënt rust kan vinden.
Of de zoon in hoger beroep gaat is nog niet duidelijk, zijn advocaat kon vandaag niet op de zaak reageren.