PVV draait: partij laat standpunt dierenwelzijn los om formatie
De PVV heeft zijn standpunt over het welzijn van boerderijdieren veranderd. Eerder stemde de partij nog voor een verregaand voorstel van de PvdD waardoor dieren meer hun natuurlijke gedrag kunnen vertonen, maar daar is de PVV nu tegen. Geert Wilders geeft toe dat de draai te maken heeft met de formatie.
"Je moet rekening houden met wie je straks aan tafel zit bij de onderhandelingen", zei Wilders. Hij had vóór de stemming contact met de BBB over hun zorgen. "Die neem je serieus", zei Wilders. De BBB is fel tegen verregaande dierenwelzijnsmaatregelen.
'Eerlijk gesprek' met Graus
De PVV-fractie stemde tijdens een hoofdelijke stemming dus tegen het voorstel van de Partij voor de Dieren. Op Tweede Kamerlid Dion Graus na, die als enige PVV'er het PvdD-voorstel wél steunde. Graus wilde na afloop niet reageren. Volgens Geert Wilders hebben de twee 'geen moeilijk, maar wel een eerlijk gesprek gehad'.
De steun van PVV was cruciaal voor het voorstel van de Partij voor de Dieren. PvdD-leider Esther Ouwehand is daar verbolgen over. Zij stelt dat de dieren voor de bus worden gegooid. "Zij mogen, als het aan deze Kamer ligt, nog langer blijven lijden. Het is echt heel erg. Het gaat om miljarden dieren."
Afgezwakt of uitgesteld
In het voorstel van Ouwehand, een verdere invulling van een voorstel uit 2021 van de partij, was expliciet aangegeven dat varkens moeten kunnen zoeken naar voedsel, sociale banden moeten kunnen onderhouden en moeten kunnen schuren en krabben. Ook moeten runderen kiezen tussen buiten kunnen verblijven en het zoeken van beschutting, en kunnen zorgen voor hun kalveren. Kippen moeten kunnen scharrelen en moeten nestgedrag kunnen vertonen.
Deze doelstellingen worden nu flink afgezwakt of uitgesteld. Overigens haalde een amendement van D66 en de VVD het wél. Dat regelt dat het houden van vee 'geen reden meer kan zijn om een dier pijn te doen, bij een dier letsel te veroorzaken, dan wel de gezondheid of het welzijn van het dier te benadelen'. Maar volgens Ouwehand betekent dit 'materieel niets voor de dieren'.
Wat gaat er veranderen?
Minister van Landbouw Piet Adema kwam twee weken geleden met een voorstel. Dat is veel minder verstrekkend dan het eerdere voorstel van de Partij voor de Dieren en houdt veel meer rekening met de boeren. Zo wil Adema op korte termijn een 'eerste stap' naar een 'dierwaardige veehouderij'.
De eerste maatregelen moeten op korte termijn gerealiseerd worden en kosten de boeren relatief weinig geld. Zo moeten varkens altijd de beschikking hebben over kwalitatief, vezelrijk voer. Verder moeten de kraamstallen groter worden en moeten biggen langer bij hun moeder blijven: minimaal 25 dagen (dat was 21 dagen). Ook moeten ondernemers per 2026 een klimaatplan voor hun stal hebben, zodat de dieren niet oververhit of onderkoeld raken.