Verdachte Tarwekamp laat van zich horen: 'Er zou 1,5 à 2 ton waarde in het pand liggen'
Adil A., een van de verdachten van de dodelijke explosie aan de Tarwekamp in Den Haag, laat voor het eerst van zich horen. Dat doet hij met een verklaring die in handen is van RTL Nieuws. Hij schrijft dat zijn enige betrokkenheid bij de ramp is, dat hij is gevraagd 'om mee te gaan'.
De verklaring is gericht aan de media, zegt Dirk Stoof, A.'s advocaat. Hij brengt de brief naar buiten omdat A. minder betrokken bij de ramp zou zijn dan nu zou lijken.
"Mijn enige betrokkenheid in heel deze drama is dat ik ben gevraagd om mee te gaan, maar ik heb het laten afweten", staat op papier. A. stelt in de verklaring dat hij aanvankelijk wel mee wilde gaan, namelijk omdat er '1,5 à 2 ton aan waarde zou liggen in het pand'. Daarmee bedoelt hij de bruidsmodezaak aan de Tarwekamp waar de aanslag tegen gericht was.
Adil A. is een van de vier verdachten die vastzitten voor de explosie op 7 december. De ramp kostte zes mensen het leven. Vijf woningen werden compleet verwoest en omliggende panden raakten zo zwaar beschadigd dat de eigenaren en huurders er al maanden niet naar terug kunnen.
(On)schuld
Het viertal wordt verdacht van betrokkenheid bij de explosie op 7 december in Den Haag, brandstichting in een auto diezelfde ochtend en het op 1 december treffen van voorbereidingshandelingen voor een misdrijf.
A. schrijft in zijn verklaring dat hij er op zowel 1 als 7 december niet bij was. Op beide data zou hij in de kroeg hebben gezeten. Volgens hem bevestigen getuigen dat en zijn er camerabeelden van. Ook stelt hij dat, hoewel hij vastzit, het OM hem niet meer verdenkt van de dodelijke explosie op 7 december.
Het OM zegt vandaag tegen RTL Nieuws dat zij tijdens een besloten zitting op 24 december niet dacht dat A. bij de explosie op 7 december betrokken was, maar dat de rechtbank daar anders over dacht. "Tijdens de zitting van deze zaak (14 maart, red.) zullen we vertellen waar we A. wel en niet van verdenken", zegt een woordvoerder van het OM. "Voorlopig is en blijft hij officieel verdachte in de zaak."
1500 euro
Eerder zeiden meerdere betrokken advocaten tegen RTL Nieuws dat de aanslagplegers ongeveer 1500 euro beloofd zou zijn. A. schrijft dat het feit dat de opdrachtgever 'maar 1500 euro' wilde betalen voor het brandstichten reden voor hem was 'om niet mee te gaan'. Volgens A.'s advocaat bedoelt A. met de opdrachtgever een andere verdachte, namelijk Moshtag B.. A. schrijft dat B. niet blij was dat hij het af liet weten en zou B. daarom de schuld in A.'s schoenen willen schuiven.
"Hij moet zijn verantwoordelijkheid nemen voor hetgeen hij heeft aangericht", schrijft A. over B.. "En hij probeert nu ook mijn leven kapot te maken." Hij noemt verderop in zijn verklaring de opdrachtgever 'een gewetenloze persoon'.
Gerard Spong, de advocaat van B., zegt namens zijn cliënt dat die het leven van A. helemaal niet kapot wil maken.
'Alleen brandstichten'
Moshtag B. zou een relatie hebben gehad met de eigenaresse van de bruidswinkel en haar een lesje hebben willen leren. Volgens A. was hij er niet van op de hoogte dat 'de opdrachtgever', zoals hij B. noemt, een relatie had met de eigenaresse van de zaak. A. schrijft over de vermeende aanwezige waarde in het pand dat de opdrachtgever niet wilde dat er iets gestolen zou worden uit de winkel, 'maar er alleen maar brandstichten'.
Spong wil niet inhoudelijk op de zaak reageren: "Mijn client en de andere verdachten zijn op enige manier allemaal betrokken bij de brandstichting. Ze hebben daar samen voorbereidingen voor getroffen. Als deze zaak inhoudelijk wordt behandeld, mogelijk is dat pas in september, zal tijdens de zitting duidelijk worden die wat heeft gedaan en zal mijn client uitleggen hoe het zit."
'Ernstig'
A. en de andere verdachten zitten sinds begin december vast. A. werd daags na B. en de andere twee verdachten opgepakt. Op 14 maart 2025 is een eerste openbare zitting over de zaak. De zaak noemt A. 'zeer ernstig'. "Deze zaak schaadt niet alleen mij als mens, maar ook mijn ouders en familie." Hij schrijft niet te begrijpen dat hij nog wordt vastgehouden en 'zwart wordt gemaakt in de media'.
A. schrijft ook dat hij het afschuwelijk vindt wat er is gebeurd. "Daar zijn geen woorden voor. Het is verschrikkelijk voor de nabestaanden van de slachtoffers en de gewonden die er zijn gevallen."
