Russische spionnen die EU-landen zijn uitgezet, werken nu vanuit Servië
Sinds de Russische oorlog in Oekraïne hebben EU-landen honderden Russische diplomaten uitgezet of op een zwarte lijst gezet. Sommigen van hen werden beschuldigd van spionage. Maar in plaats van dat ze zijn teruggegaan naar Moskou, is een deel van hen neergestreken in de Servische hoofdstad Belgrado.
"Natuurlijk komen ze hier naartoe", zegt Cedomir Stojkovic vanuit Belgrado. "Hier voelen ze zich op hun gemak, want decennialang hebben de Russen het hier als hun thuis gemaakt." De advocaat is openlijk kritisch op de invloed van Rusland. Sinds mei vorig jaar werkt hij samen met andere vrijwilligers aan een lijst van mensen in Servië die Poetin steunen.
Geweigerd door Nederland
In een jaar tijd groeide de Russische ambassade in Belgrado van 54 tot 62 werknemers. Journalisten van de internationale nieuwsorganisatie RFE/RL onderzochten hun achtergrond en ontdekten dat sommigen van hen verdacht zijn van spionage. Eén van hen zou op de ambassade in Nederland gaan werken, maar hij werd hier niet toegelaten.
Ook voor veiligheidsexpert Danny Pronk is het geen verrassing dat de Russische diplomaten juist naar Servië zijn gegaan. "De zittende macht daar heeft nog steeds bevriende relaties met het regime van Poetin, dus het verbaast me niet."
Servië is kandidaat lidstaat van de EU en grenst aan meerdere landen die al lid zijn van de Europese Unie. Toch hoeven we ons volgens Pronk geen zorgen te maken over déze mogelijke spionnen. "Degenen die de Europese Unie zijn uitgezet, zijn met naam en toenaam bekend bij de Europese inlichtingendiensten. Ze zijn in het vizier, hun reisbewegingen worden in de gaten gehouden. Het zal heel moeilijk voor ze zijn om te blijven doorgaan met spioneren."
Journalisten, toeristen en humanitaire werkers
Dit is dus niet per se zorgwekkend. "Maar de inlichtingendiensten maken zich al wel langer zorgen over de Westelijke Balkan", zegt Pronk. "Onder andere de politieke instabiliteit geeft ingangen voor kwaadwillende factoren om invloed uit te oefenen."
Afgelopen zomer dook in Servië ook een Russische journalist op die verdacht wordt van spionage. Ze werd gearresteerd toen ze probeerde de grens met Kosovo over te steken. Rond diezelfde tijd werden twee Russen en een Oekraïner opgepakt in Albanië. Naar eigen zeggen waren ze als toerist in het land, maar er zijn vermoedens dat ook zij voor de Russische inlichtingendienst werken. Het is nog steeds een groot mysterie. Een ander voorbeeld is het Russisch humanitair centrum in het noorden van Servië, waarvan de activiteiten nooit helemaal duidelijk zijn geworden.
"Spionage kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld als diplomaat, om vanuit een officiële positie interessante contacten en kennis op te doen. Maar dat is beperkt", zegt Pronk. "Want veiligheidsdiensten zijn daar heel erg op gespitst. Een andere dekmantel kan dan zijn door je voor te doen als toerist, handelsvertegenwoordiger of zakenman en door gebruik te maken van een andere nationaliteit. Dat is heel moeilijk om te identificeren."
Russische propaganda
Het blijft onduidelijk in hoeverre Servië nu echt een uitvalsbasis is voor Russische spionnen, maar duidelijk is wel dat Poetin er veel invloed heeft. "Ons regime wil ons graag laten geloven dat we heel erg afhankelijk zijn van Rusland, maar in de praktijk is dat niet zo", zegt Stojkovic. Uitzondering daarop is de energiesector, waar het Russische Gazprom een meerderheidsbelang in heeft. "Maar daarin zijn we niet uniek, bijna heel Europa importeerde gas uit Rusland."
Economisch gezien zijn Servië en Rusland dus niet zo verbonden met elkaar, maar de emotionele connectie is er wel. "Je moet het zien als een liefdesrelatie waarin de één een narcist is. De ander wordt misbruikt, maar voelt zich toch geliefd."
In 1999 bombardeerde de NAVO Servië om oorlogsmisdaden in Kosovo te stoppen. "Dat werd hier ervaren als een enorm onrecht. Rusland is daar toen bovenop gesprongen en heeft zichzelf als beschermer gepresenteerd. Als je dat jarenlang hoort, dan ga je erin geloven. Maar waar zou Rusland ons nu nog voor moeten beschermen?"
Hoewel Stojkovic de schuld vooral bij Rusland legt, biedt het regime in Servië ook geen weerstand. "Als ik president was, zou ik onmiddellijk alle diplomatieke banden verbreken. Er is geen argument om dat niet te doen. We zijn omringd door NAVO-landen, Rusland kan ons hier niets maken." In 2019 ontving president Vucic een speciale onderscheiding van Poetin. "Weet je waarom hij dat kreeg?", zegt Stojkovic fel. "Hij kreeg een medaille voor zijn uitzonderlijke gehoorzaamheid. Dat is hoe onze overheid erin staat."
Hoewel de Servische president Vucic zich de laatste tijd iets neutraler probeert op te stellen, is het – ook met het toelaten van deze van spionage verdachte diplomaten – kraakhelder waar hij staat. "Servië bekent hiermee kleur", zegt Pronk. "En ook voor Rusland dient dit als een vorm van communicatie. Ze schermen er openlijk mee en geven daarmee een dikke middelvinger naar het Westen."