Vader Siraj (12) rouwt na bombardement op kinderen in Gaza: 'Was ik maar in zijn plaats gegaan'

Een Israëlische raket heeft eergisteren in het hart van de Gazastrook zeker acht Palestijnen gedood, onder wie zes kinderen. Het Israëlische leger (IDF) claimt dat er sprake was van een fout. RTL Nieuws sprak met Khalid Ibrahim (41), de vader van de 12-jarige Siraj, die bij de aanval omkwam. "Ik schreeuwde van pijn en machteloosheid."
Siraj ging vroeg in de ochtend water halen bij een punt van een humanitaire organisatie. "Hij vertrok om zeven uur samen met zijn zusje", vertelt Khalid. "Toen ze in de rij stonden, zei hij tegen zijn zusje dat ze maar beter weg kon gaan. Ze liep twintig meter verder, en op dat moment viel er een bom."
"Zijn zusje kwam terug en riep: 'Siraj is dood'. Ik rende daarheen en zag kinderen op de grond liggen."
'Ik wou dat ik in plaats van hem ging'
Khalid volgde de ambulance die de kinderen naar het Awda-ziekenhuis in Jabalia bracht. "Toen ik daar aankwam, stuurden ze mij naar het mortuarium. Daar lag hij, samen met andere kinderen", zegt hij. "Ik was in shock. Ik geloofde het eerst niet. Ik hoopte nog dat hij misschien nog leefde. Maar toen ik de scherven in zijn hoofd en bij zijn hart zag, wist ik genoeg. Ik schreeuwde van pijn en machteloosheid."
Khalid droeg zijn zoon het ziekenhuis uit. "Ik wilde hem naar zijn moeder brengen om afscheid te nemen. Het is onbeschrijfelijk hoe ik me voel. Dat ik hem niet heb kunnen beschermen, maakt me wanhopig. Ik wou dat ík water was gaan halen in zijn plaats. Dat ík weg was en hij nog leefde."

De Israëlische aanval trof een waterdistributiepunt in het vluchtelingenkamp Nuseirat. Volgens de lokale gezondheidsautoriteit kwamen zes kinderen om en raakten er 17 gewond. Het Israëlische leger zei in een verklaring dat de raket het beoogde doel had gemist vanwege een 'storing' en spreekt van een vergissing.
"Het is een leugen", zegt Khalid. "Israël, met al zijn technologie, maakt geen fouten. Het was duidelijk dat het kinderen waren die in de rij stonden om water te halen."
Patroon
Volgens Midden-Oostencorrespondent Pepijn Nagtzaam gebeurt het zelden dat Israël volledige verantwoordelijkheid neemt. "Wat we zien, is een patroon: eerst is er een luchtaanval met veel doden. Dan zegt Israël dat het gericht was op Hamas of andere terroristen. Maar zodra de feiten niet meer te ontkennen zijn, spreken ze van een vergissing."
Of het daadwerkelijk om een fout gaat, is volgens Nagtzaam moeilijk vast te stellen. "Wat we zeker weten, is dat er binnen het Israëlische leger vrijwel nooit iemand gestraft wordt na het erkennen van fouten. Bovendien ligt de drempel om tot bombardementen over te gaan schrikbarend laag."

"Vanaf het begin van de oorlog zien we dat zodra er informatie is over een vermeend Hamas-lid, er vrijwel meteen geschoten wordt. Burgerslachtoffers nemen ze op de koop toe, en dat is een terugkerend patroon", legt Nagtzaam uit.
"Israëlische soldaten hebben in getuigenissen aangegeven dat als iemand op dronebeelden knielt of iets op zijn rug draagt - dat kan een gewone rugzak zijn - er meteen geschoten wordt. Er wordt vanuit gegaan dat iemand een bom heeft. Pas als het om opvallende slachtoffers gaat, zoals kinderen of hulpverleners, leidt het tot ophef. Daarna zegt Israël dat het om een fout ging."
Hulpverleners aangevallen
Begin april deed Israël dat al eens, maar dat gebeurde pas nadat er beelden waren opgedoken waarop te zien was dat er hulpverleners werden aangevallen. Vijftien hulpverleners werden gedood bij de beschietingen.
Israël claimde in eerste instantie dat de voertuigen hun lichten niet aan hadden, waardoor ze niet als hulpverleners te herkennen zouden zijn geweest. Op de beelden, die op de telefoon van een gedode ambulancebroeder stonden, was te zien dat de wagens wel degelijk hun licht aan hadden.
Correspondent Pepijn Nagtzaam sprak over het incident met de hulpverleners in onderstaande video: