Pandora Papers: Wopke Hoekstra investeerde via belastingparadijs
CDA-leider Wopke Hoekstra investeerde geld in een bedrijf via een brievenbusfirma op de Britse Maagdeneilanden, een berucht belastingparadijs. Een aantal topmensen uit de bankwereld doet dit momenteel nog steeds. "Ook al mag het, dan willen we het niet." Hoekstra verkocht zijn belang vlak voor hij minister van Financiën werd.
Dat melden de kranten Trouw en Het Financieele Dagblad die samen met onderzoeksplatform Investico toegang hebben tot de Pandora Papers. Dat is de gelekte boekhouding van 14 bedrijven die erin gespecialiseerd zijn om andere bedrijven te helpen zo min mogelijk belasting te betalen.
Brievenbusfirma op Britse Maagdeneilanden
De documenten zijn in handen gekomen van het International Consortium of Investigative Journalism (ICIJ), waar Trouw, FD en Investico bij zijn aangesloten. Via de brievenbusfirma, Candace Management genaamd, investeerde de groep zakenmensen in Asilia, een bedrijf dat safarivakanties in Tanzania en Kenia aanbiedt.
Hoekstra wist naar eigen zeggen niet dat hij investeerde via een notoir belastingparadijs. Andere investeerders geven tegenover FD en Trouw aan dat ze daar wel van op de hoogte waren. Bij de koop van de aandelen moest er zelfs een document getekend worden waar 'Britse Maagdeneiland' op stond, herinnert een van hen zich, schrijft Trouw.
Saillant detail is dat de Britse Maagdeneilanden tijdens het ministerschap van Hoekstra door Nederland op een lijst van landen zijn geplaatst waarvoor strenge maatregelen zouden gaan gelden om belastingontwijking tegen te gaan. Die lijst ging zelfs nog verder dan de zwarte lijst die de EU op dat moment had voor belastingparadijzen.
Lekker makkelijk en goedkoop
De keuze om de investeringen via dit belastingparadijs te laten lopen, was omdat het een 'vlotte, gemakkelijke, en kostenefficiënte manier' was, laat een van de oprichters weten aan Het Financieele Dagblad.
Voor zover de kranten hebben kunnen checken, zijn er met de investeringen geen wetten overtreden. De betrokkenen hebben naar eigen zeggen hun belang altijd netjes opgegeven bij de fiscus. En minister Hoekstra heeft zijn belang in oktober 2017, een week voor hij minister werd, verkocht.
De winst van 4800 euro heeft hij aan een goed doel overgemaakt, laat hij weten aan de kranten. Dat lijkt op het oog een relatief klein bedrag, maar afgezet tegen een investering van 26.500 euro ging het om een rendement van bijna 20 procent.
Niet melden is 'onacceptabel'
Dat Hoekstra zijn belang pas van de hand deed vlak voor zijn ministerschap is opmerkelijk. Toen was hij namelijk al zes jaar lid van de Eerste Kamer. Als senator zat hij ook in een commissie waar de strijd tegen belastingontwijking aan bod kwam.
Dat hij daarbij niet meldde dat hij een aandelenbelang had in een brievenbusfirma in een land dat bekend staat als vrijhaven voor bedrijven die zo min mogelijk belasting willen betalen is 'onacceptabel', aldus Christoph Demmke in Trouw. "Beneden alle standaarden", vindt de hoogleraar en integriteitsexpert.
Vriendenclub uit top bankwereld
Naast Hoekstra horen ook Wilko Jiskoot, commissaris bij HEMA en Jumbo, Alexandra Schaapveld, tot vorig jaar commissaris bij ontwikkelingsbank FMO, en Tom de Swaan, president-commissaris bij staatsbank ABN Amro tot de investeerders. Die laatste werd in 2018 door Hoekstra in deze functie benoemd.
Maar dat had volgens Hoekstra niets te maken met de 'vriendenclub' die in de brievenbusfirma investeert. De CDA'er stelt dat hij niet wist wie er nog meer bij betrokken waren. "Ik was geen actieve belegger en heb geen jaarverslagen gelezen."
"Ongeloofwaardig", reageert Leen Paape, hoogleraar corporate governance aan universiteit Nyenrode, in de krant. "Je kunt je in die positie niet verschuilen achter: ik heb het niet gelezen. Deze mensen weten beter."
En dat geldt zeker voor de investeerders met topfuncties in de Nederlandse financiële sector. "Het is klip en klaar: als je een belang hebt in een belastingparadijs en je moet beslissen over het beleid van de bank over belastingparadijzen, dan is sprake van de (schijn van) belangenverstrengeling", aldus Leo Huberts, emeritus hoogleraar bestuurskunde, tegen het FD. "Ook al mag het, dan willen we het niet. Het gaat vooral over maatschappelijke betamelijkheid", vult Paape aan.