Inflatie in Nederland stijgt tot bijna 12 procent
De prijzen lagen in maart maar liefst 11,9 procent hoger dan in dezelfde maand een jaar eerder. Dat komt vooral door de gestegen energieprijzen.
Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS). De prijzen in Nederland zijn sinds de uitbraak van de oorlog in Oekraïne extreem hard gestegen.
In februari lag de inflatie nog op 7,3 procent.
Verschil met Nederlandse berekening
Het CBS komt met het cijfer vanwege de bekendmaking van de inflatie van de eurozone door het Europese statistiekbureau Eurostat, later vandaag.
Er is gebruikgemaakt van de Europees geharmoniseerde methode, die in het leven is geroepen om de inflatiegegevens van verschillende Europese landen goed met elkaar te kunnen vergelijken.
De berekening is iets anders dan die het CBS gebruikt. Die cijfers worden pas op 7 april gepubliceerd.
Herstel na coronacrisis
De inflatie in Nederland ligt al een tijdje rond het hoogste niveau in decennia. Dat komt omdat de energieprijzen en brandstoftarieven aan de pomp ook al voor het conflict in Oekraïne flink waren toegenomen.
Dat komt mede door het snelle economisch herstel uit de coronacrisis, waardoor er voor veel grondstoffen en ook personeel in bepaalde sectoren schaarste is ontstaan.
Oorlog in Oekraïne
De Russische inval in Oekraïne heeft de prijzen nog eens extra aangejaagd.
Op de olie- en gasmarkten leven sindsdien grote zorgen dat de brandstoftoevoer uit Rusland wel eens op zou kunnen drogen.
En doordat energie duurder wordt, stijgt ook de prijs van veel andere producten. Voor het produceren van goederen is namelijk energie nodig. Bedrijven rekenen hun hogere kosten vervolgens door aan consumenten.
Accijns verlaagd
De Nederlandse overheid heeft al maatregelen doorgevoerd om de pijn voor Nederlandse consumenten wat te verzachten.
Vandaag is juist een accijnsverlaging ingegaan waardoor automobilisten goedkoper uit zijn aan de pomp.
Per tankbeurt scheelt het waarschijnlijk al gauw zo'n 8 euro. Toch kan dit soort steun vanuit het kabinet niet voorkomen dat Nederlanders er dit jaar in koopkracht op achteruit gaan, heeft onder meer premier Mark Rutte al gewaarschuwd.