Strop van 2,5 miljard euro: nieuwe spaartaks kan pas in 2028
Het zal nog een jaar langer duren voordat de overheid het hoofdpijndossier rond de vermogensbelasting kan afsluiten. Het alternatief voor de huidige box 3-belasting is definitief met een jaar uitgesteld, meldt staatssecretaris Tjebbe van Oostenbrugge (Fiscaliteit). Dat kost de schatkist miljarden euro's.
Na een uitspraak van de Hoge Raad moet er nog te veel gebeuren voordat het nieuwe systeem voor vermogensbelasting klaar is. De zogeheten spaartaks was altijd tamelijk eenvoudig: er werd gerekend met fictief rendement.
Belasting op vermogen
De Belastingdienst hanteerde daarvoor voor iedereen dezelfde verdeling van opbouw van het vermogen. Dus een bepaalde hoeveelheid aandelen en een bepaalde deel spaargeld. Oneerlijk, oordeelde de Hoge Raad na een rechtszaak van vermogende mensen. Die hadden geklaagd dat ze door lage rente en een grotere hoeveelheid spaargeld dan waar de fiscus mee rekent, helemaal niet zo'n hoog rendement haalden als waarvoor ze werden aangeslagen.
In onderstaande video leggen we uit hoe de spaartaks precies in zijn werk ging:
De Hoge Raad was dat met de klagers eens, en dus moest deze belasting op de schop. Een nieuwe manier vinden om te berekenen hoeveel mensen moeten betalen over hun vermogen, blijkt tot nu toe een hele ingewikkelde kwestie. De Raad van State maakte begin deze maand gehakt van het plan.
Halverwege dit jaar werd ook al de herstelwet voor dit dossier afgekraakt door de Hoge Raad. Deze was in 2022 was ingevoerd, onder leiding van toenmalig staatssecretaris Marnix van Rij. Dit weer rechttrekken kost veel tijd en moeite bij de fiscus. En dat gaat ten koste van de invoering van de nieuwe manier van het belasten van vermogen.
Geen ruimte bij fiscus
Dat lukt op zijn vroegst pas op 1 januari 2028, schrijft de staatssecretaris. Dan is de ICT van de Belastingdienst voldoende opgeknapt om weer een nieuwe belasting in te voeren. Oorspronkelijk was het plan om de nieuwe spaartaks in 2025 - dat is volgend jaar - in te voeren.
Het uitstel kost 2,55 miljard euro per jaar. De dekking daarvoor wordt ook in box 3 gevonden: het fictieve rendement wordt verhoogd en het heffingsvrije vermogen wordt verlaagd naar iets meer dan 52.000 euro. Eerder lag dat nog op 57.000 euro.