Beleggers kunnen nu te veel betaalde vermogensbelasting terugvragen bij de fiscus
Mensen die denken dat ze de afgelopen jaren te veel vermogensbelasting hebben betaald, kunnen dat vanaf deze maand rechtzetten bij de Belastingdienst. De fiscus begint met het versturen van de brieven waarmee beleggers hun werkelijke rendement kunnen doorgeven.
Beleggers hebben recht op compensatie wanneer ze kunnen aantonen dat het rendement dat zij jarenlang hebben gehaald over hun aandelen, obligaties en vastgoed, lager ligt dan het fictieve rendement waarover zij belasting moesten betalen. Dit geldt ook voor mensen met veel spaargeld, die daar rente over ontvingen.
Eerst 2022
De eerste brieven die worden verstuurd, gaan over belastingjaar 2022. Vanaf september volgt dan 2023. Voor de andere jaren is nog niet bekend wanneer de brieven op de mat vallen.
De Belastingdienst waarschuwt dat het tot 2028 kan duren voordat beleggers een brief krijgen. "Omdat wij ruim 10 miljoen brieven moeten versturen, kunnen wij niet alles in 1 keer doen. Wij beseffen dat dit een lange periode is", valt te lezen op de website van de fiscus.
Dit geldt overigens alleen voor beleggers; mensen met alleen spaargeld in Box-3 kunnen zelf al berekenen of het zin heeft om hun werkelijke rendement op te geven. In de brief aan beleggers staat het fictieve rendement waarmee de Belastingdienst heeft gerekend bij een belastingopgave. Dat heb je nodig bij het invullen van je daadwerkelijk behaalde rendement.
De hersteloperatie is nodig omdat de Belastingdienst jarenlang belasting heeft geheven op een fictief rendement van spaargeld, aandelen en vastgoed. Oftewel de vermogensrendementsheffing, in de volksmond ook wel de spaartaks genoemd. De fiscus deed dit ongeacht wat mensen werkelijk verdienden (of verloren) met de rente op hun spaargeld en beleggingen.
Tijd voor 'rechtsherstel'
De Hoge Raad oordeelde in 2021 al dat dit systeem oneerlijk is: mensen betaalden belasting over inkomsten die ze nooit hadden. Ook door de herstelregeling, die in 2022 werd ingevoerd, zette de hoogste rechter een streep. Die rekende in het geval van beleggers namelijk nog steeds - deels - met een verondersteld rendement.
Belastingbetalers die dit aangaat, moeten nu gecompenseerd worden, het zogenoemd 'rechtsherstel'. Daarvoor kunnen ze de komende jaren dus hun werkelijke rendement doorgeven. Is dat lager dan het fictieve rendement, dan krijgen ze geld terug. Is het hoger, dan hoeven ze niets bij te betalen.
Vooral mensen met veel spaargeld of verliesgevende beleggingen in bepaalde jaren kunnen behoorlijk wat te veel betaalde belasting terugkrijgen.
Voor de overheid is de spaartaks blijft de komende jaren een hoofdpijndossier. Niet alleen kost compensatie van de gedupeerde spaarders en beleggers miljarden, ook het alternatief voor de box 3-belasting laat nog even op zich wachten. Die kan op zijn vroegst worden ingevoerd in 2028, bleek eind vorig jaar.
Dat lukt op zijn vroegst pas op 1 januari 2028, schreef inmiddels demissionair staatssecretaris Tjebbe van Oostenbruggen toentertijd. Dan is de ICT van de Belastingdienst voldoende opgeknapt om weer een nieuwe belasting in te voeren. Oorspronkelijk was het plan om de nieuwe spaartaks dit jaar in te voeren. Het uitstel kost nog eens 2,55 miljard euro per jaar.
In onderstaande video leggen we uit hoeveel spaargeld eigenlijk genoeg is:
