Zaak opgelost

NFI concludeert: niet slachtoffer, maar moordenaar schreef afscheidsmail

·Aangepast:
© Getty ImagesNFI concludeert: niet slachtoffer, maar moordenaar schreef afscheidsmail
RTL

Een bijzondere doorbraak voor het Nederlands Forensisch Instituut. Door de afscheidsmail van een slachtoffer te vergelijken met honderden e-mails, kwamen onderzoekers erachter dat niet het slachtoffer, maar de verdachte de mail had geschreven. De moordzaak is hierdoor opgelost. Maar hoe herken je een schrijfstijl? "Iedereen gebruikt dezelfde woorden, maar niet op dezelfde manier."

Het draait allemaal om een moord op een Friese boekhouder. De verdachten in deze zaak hadden de zelfmoord van het slachtoffer in scène gezet en zelfs een afscheidsmail geschreven. De politie vertrouwde de zaak niet en schakelde het NFI in om te onderzoeken of de afscheidsmail wel écht door het slachtoffer was opgesteld of dat toch iemand anders hier voor verantwoordelijk was – en dat het dus om moord in plaats van zelfmoord zou gaan. Auteurherkenning wordt dat genoemd. 

Stuk kauwgom leidt na 44 jaar tot veroordeling in Amerikaanse moordzaak
Lees ook

Stuk kauwgom leidt na 44 jaar tot veroordeling in Amerikaanse moordzaak

"Bij auteurherkenning gaat het erom dat je een stukje tekst hebt dat door iemand geschreven is - door een dader van een misdrijf - en dat je dan kijkt of het de verdachte was die het stukje heeft geschreven of dat het iemand anders was", zegt Wauter Bosma, forensisch data-analist van het NFI. Dat kan om een email gaan of bijvoorbeeld een serie appjes. 

Drie mogelijke auteurs

In dit geval waren er drie mogelijke auteurs, twee verdachten en een slachtoffer. "Van alle drie de personen hebben we materiaal bekeken dat iets zegt over hoe die drie auteurs schrijven, en dat hebben we vergeleken met de afscheidsbrief." Een mail in dit geval. "En daarbij hebben we geconcludeerd dat de schrijfstijl in dit geval beter past bij één van de verdachte dan bij de andere twee kandidaten."

 

Wauter Bosma, NFI© Editie NL
Wauter Bosma, NFI

In de praktijk wordt eerst naar alle sporen gekeken, bijvoorbeeld op welke computer is de brief geschreven? "Maar als dat tot niets leidt en de inhoud is het enige wat overblijft dan kunnen wij ernaar kijken." 

Alledaagse dingen

"We kijken dan bijvoorbeeld naar stopwoordjes die iemand gebruikt", gaat Bosma verder. "Maar ook naar alledaagse dingen die iedereen gebruikt: lidwoorden, voorzetsels of persoonlijke voornaamwoorden. Die blijken toch identificerend te zijn:  gebruikt dezelfde woorden, maar niet op dezelfde manier. En omdat de schrijfstijl onbewust wordt gebruikt is het moeilijk deze te imiteren." 

De verdachte in deze moordzaak is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 16 jaar.  

Lees meer over
NFIEditie NL Link in bio