Advies aan Hoge Raad: Urgenda-uitspraak kan in stand blijven
De geruchtmakende Urgenda-uitspraak, waardoor de staat wordt gedwongen om de CO2-uitstoot met 25 procent terug te dringen in in 2020, hoeft niet van tafel. Dat adviseren twee belangrijke juristen aan de Hoge Raad.
Hoewel het advies van plaatsvervangend procureur-generaal Langemeijer en advocaat-generaal Wissink niet bindend is, is het wel gebruikelijk dat het opgevolgd wordt. De Hoge Raad doet 20 december uitspraak.
De zaak loopt al jaren. In 2015 stapte klimaatorganisatie Urgenda naar de rechter om af te dwingen dat de Staat meer moet doen tegen klimaatverandering. Toen kreeg Urgenda ook al gelijk, waarna het vorige kabinet in beroep ging en naar het gerechtshof stapte, waar het dus opnieuw verloor.
Het kabinet stapte daarna naar de Hoge Raad, de hoogste rechter van het land, in de hoop daar wel gelijk van te krijgen.
Opwarming aarde
Volgens het gerechtshof is er een aangetoond verband tussen de uitstoot van broeikasgassen en de opwarming van de aarde. Het gerechtshof noemde de opwarming een reëel en dreigend gevaar.
En dus moet de Staat meer doen om ervoor te zorgen dat er in 2020 minimaal 25 procent minder CO2 wordt uitgestoten. De Staat heeft volgens het Europese verdrag voor de Rechten van de Mens een zorgplicht voor haar burgers, en moet dus maatregelen nemen. De adviseurs van de Hoge Raad concluderen vandaag dat het hof de juiste beslissing nam door Urgenda gelijk te geven. De overheid vindt echter een reductie van 20 procent afdoende.
De klimaatzaak kostte de overheid al minstens 8,5 ton aan proceskosten. Dat geld gaat met name naar de Landsadvocaat, verder kreeg Urgenda de proceskosten in eerdere rechtszaken vergoed.
