Ruim 5000 leerlingen onvindbaar tijdens coronacrisis
Op ruim een vijfde van de basisscholen en middelbare scholen in Nederland zijn momenteel leerlingen onvindbaar. Dat blijkt uit een peiling van de Algemene Vereniging Schoolleiders (AVS). Het gaat in totaal om 5640 kinderen.
De leerlingen zijn door de maatregelen tegen het coronavirus niet op school en scholen hebben geen contact met hun ouders weten te leggen. 80 procent van de scholen hebben wél in beeld waar de kinderen zijn, zo blijkt uit het onderzoek. Daarvoor werden 968 schoolleiders ondervraagd.
Kwetsbare posities
Bij de peiling werd gekeken naar 6500 basisscholen en 650 middelbare scholen. Op de scholen zitten gemiddeld 296 leerlingen, waarvan nu gemiddeld 17 leerlingen op school zijn, bijvoorbeeld omdat ouders vitale beroepen hebben of leerlingen zich in kwetsbare posities begeven. Uit die laatste categorie zitten er momenteel toch ook nog gemiddeld 14 per school thuis.
Op iets meer dan 20 procent van de scholen zijn er gemiddeld 4 leerlingen die momenteel onvindbaar zijn. In veel gevallen zijn dat kinderen uit één gezin, soms uit vluchtelingengezinnen die in 'normale tijden' ook weleens verdwijnen.
Niet bewust van pogingen school
"Het komt voor dat kinderen van arbeidsmigranten met het hele gezin zijn teruggegaan naar het land van herkomst, toen dat nog kon", zegt AVS-voorzitter Petra van Haren. "Er zijn ook ouders die onze systemen en onze taal niet kennen en die denken: geen school, dus mijn kind blijft gewoon thuis. Zij weten niet dat er contact gezocht wordt."
Scholen proberen contact te leggen met hun leerlingen door middel van bellen of appen tot langsgaan of het bezorgen van brieven in meerdere talen, maar in sommige gevallen mag het dus niet baten.
Speciale aandacht is er momenteel bij scholen voor kwetsbare kinderen die momenteel thuiszitten. Zij kunnen bijvoorbeeld slachtoffer worden van kindermishandeling. Door het sluiten van scholen loopt de spanning in sommige gezinnen hoog op.
App melding kindermishandeling
Volgens minister Slob (Onderwijs) moet er opvang worden geregeld. "Gemeenten hebben daar een rol in", zegt Van Haren. "Er wordt hard aan gewerkt, maar het is niet altijd duidelijk welke gezinnen en welke kinderen dit zijn en het is wel belangrijk dat we dat op orde krijgen."
Als scholen vermoedens hebben van kindermishandeling, kan vanaf vandaag gebruik worden gemaakt van een speciale app van Beweging tegen Kindermishandeling in samenwerking met de AVS. Van Haren: "De app gaat leerkrachten en scholen helpen om goed en vlot te melden, om alle stappen te zetten die nodig zijn om een melding te doen maar ook om daarin zorgvuldig te zijn."
