'Die keeper is mijn vader', kippenvelmoment bij film kamp Westerbork
In alle ellende nog kunnen genieten van een partijtje voetbal. Het klinkt onvoorstelbaar maar in kamp Westerbork werden in de Tweede Wereldoorlog toch echt voetbalwedstrijden georganiseerd. Jurryt van de Vooren toonde er dit weekend videobeelden van tijdens een lezing. "Die keeper is mijn vader", werd er opeens uit de zaal geroepen. Een kippenvelmoment.
De beelden zijn onderdeel van de beroemde (of beruchte) Westerborkfilm. Velen kennen een fragment uit deze film waarop te zien is hoe een zigeunermeisje, Settela Steinbach, door de schuifdeuren kijkt van een deportatietrein, een paar weken voor ze zou worden vergast in Auschwitz.
Onderzoekers zijn er afgelopen jaren in geslaagd enkele mensen uit de film te identificeren. Vorig jaar nog herkende een Holocaustoverlevende zichzelf in een 3-jarig jongetje dat wordt weggevoerd naar concentratiekamp Bergen-Belsen. "Ik ben dat jongetje achter dat glas", zei de tachtiger Marcus Degen.
Steeds kleiner
De kans dat iemand zichzelf nog zou kunnen herkennen op filmbeelden uit die tijd, wordt steeds kleiner. "Uit die periode is iedereen wel zo'n beetje overleden", zegt sporthistoricus Jurryt van de Vooren, die specifiek de voetbalbeelden bestudeerde die op de film staan. "Ik heb gelukkig nog veel mensen gesproken die de oorlog hebben meegemaakt en erover konden vertellen."
Van de Vooren schreef eerder een boek over sport in de oorlog. Dat voetbalwedstrijden doorgingen, zelfs in een werkkamp zoals Westerbork, daar kijkt hij niet meer van op. Het was een manier om te ontsnappen uit die ellende, zegt hij.
De keeper op de beelden is ogenschijnlijk in zijn hoofd ook even gevlucht voor de ellende. Glimlachend kijkt hij in de camera. Sinds dit weekend weten we wij hij is: Fritz Schwarz.
Westerborkfilm is uniek
De beroemde Westerborkfilm werd gemaakt door kampgevange Rudolf Breslauer in opdracht van de SS-commandant van het kamp, Albert Konrad Gemmeker.
Albert Gemmeker zou bang zijn geweest om naar het Oostfront gestuurd te worden omdat Westerbork zijn doel als doorgangskamp had verloren. In het voorjaar van 1944 was al 90 procent van de Joden uit Nederland gedeporteerd. Met de film wilde hij volgens Broersma aan zijn bazen laten zien dat Westerbork nog steeds belangrijk was als werkkamp.
Kampgevangene Breslauer filmde niet alleen het werkkamp, maar ook drie transporten: twee binnenkomende en één vertrekkende: naar vernietigingskamp Auschwitz. Mogelijk deed hij dit buiten zijn opdracht. Dat maakt de film uniek. Er zijn volgens de onderzoekers geen andere bewegende beelden van vertrekkende deportatietreinen naar concentratiekampen in Oost-Europa bekend.
Breslauer zelf werd vermoord in Auschwitz, met zijn hele gezin.
'Wat krijgen we nou?'
Fritz Schwarz is dus wéér een naam die kan worden toegevoegd aan de Westerborkfilm. Hij is niet meer onder ons, maar overleefde wel de oorlog. Hij zou de bewegende beelden ooit hebben gezien, samen zijn zoon.
"Die keeper is mijn vader!", riep deze zoon dit weekend tijdens een lezing van Van de Vooren, op een bijeenkomst van het Nationaal Comité 4 en 5 mei bij de KNVB. Een kippenvelmoment voor de aanwezigen. "Ik had echt iets van: wat krijgen we nou?", zegt Van de Vooren toen hij dat hoorde. "Dat had de hele zaal."
De historicus had een jaar geleden al geprobeerd om de mensen uit de video te herleiden. "Dat bleek toen heel moeilijk. Het gaat om zwart-witbeelden en je wil echt zeker zijn. Je gaat dan foto's van spelers vergelijken met deze bewegende beelden, maar vaak valt het licht net anders waardoor je twijfelt."
Inkleuren
Hij liet de filmbeelden van de voetbalwedstrijd, die plaatsvond tussen de barakken van het kamp in 1944, inkleuren. "Ik moet er wel bijzeggen dat de kans gering is dat de kleuren exact overeenkomen. Dat vind ik belangrijk om te zeggen, vooral op wetenschappelijk congressen. Je moet er voorzichtig mee zijn. Maar zwart-witbeelden voelen als een afgesloten tijdsperk. Als je het inkleurt, dan kun je het allemaal wat beter voorstellen."
Ook schreef de sporthistoricus een artikel in Trouw over wat hij te weten was gekomen: het ging om wedstrijden die in 1943 en 1944 met instemming van SS-commandant Albert Konrad Gemmeker werden georganiseerd door de joodse voetballers Fred Schwarz en Ignaz Feldmann.
"Het was geen echte competitie. Dat kon ook niet omdat zomaar een half team kon worden gedeporteerd. Om de week werd er iemand uit deze groep vermoord."
Wunderteam
De oplettende lezer herkent in organisatoren de naam Schwarz, inderdaad dezelfde achternaam als de glimlachende keeper uit de video. Dit was zijn broer, zo ontdekte Van de Vooren op aanwijzen van de man in de zaal. De broers waren naar Nederland gevluchte Oostenrijkers. "Er liepen hier veel Weense voetballers rond. Die speelden heel goed voetbal. Oostenrijk had in de jaren 30 heel goede spelers, het Wunderteam genoemd."
De zoon denkt zelf dat hij er niet veel meer over kan vertellen. "Maar alleen al het feit dat hij op een bank met zijn vader naar die film heeft zitten kijken... Misschien komt er toch nog wat naar boven. Hij kijkt ook de hele tijd zo vrolijk in de camera. Heel waardevol."
Niet zoeken maar vinden
Een doorbraak, noemt de historicus de ontdekking. Zijn aanpak - hij stelt vaak nét andere vragen dan algemene Holocaustonderzoekers - levert vaak waardevolle informatie op. "Heel vaak heeft het geen zin om gericht te zoeken. Mijn motto is daarom: niet zoeken maar vinden. Zo werkt dat in mijn onderzoeken: je stopt er wat in en haalt er wat anders uit."
Meer aandacht
Jurryt van de Vooren zou graag zien dat sport een belangrijkere rol krijgt bij herdenkingen. "Als je deze video laat zien aan jonge voetballers van nu, dan wordt het verhaal van de oorlog zó anders." Op de beelden zijn jongens te zien die bij clubs voetbalden die ook nu nog bestaan.
Morgen geeft de historicus weer een lezing. Dit keer in Amersfoort. "In kamp Amersfoort is ook gevoetbald. Daar zat onder anderen een speler van Ajax."
Op het digitale voetbalmonument van Van de Vooren (zie kader) is uit te zoeken wie. Johannes Eduard den Boer zat er in 1944. Datzelfde jaar werd hij getransporteerd naar Neuengamme. Hij overleefde het Duitse concentratiekamp niet.
Online voetbalmonument
Jurryt van de Vooren is bezig met een groot onderzoek naar omgekomen voetballers in de Tweede Wereldoorlog. Hij heeft er nu bijna 3000 gevonden, van wie hij inmiddels 2000 minibiografieën heeft gemaakt op voetbalmonument.nl. Er zitten veel jonge jongens bij van 11 tot 15 jaar.
Ook zijn mail staat altijd open voor tips en vragen.