Wolf mag bij gevaar voor mens en dier eerder worden afgeschoten
Het kabinet maakt het makkelijker om probleemwolven aan te pakken, door het dier af te schrikken, te verjagen of eventueel af te schieten. Dat is de belangrijkste boodschap van het wolvenplan dat staatssecretaris Jean Rummenie (BBB) heeft gepresenteerd.
De staatssecretaris scherpt de definitie van een probleemwolf in het plan verder aan. Nu geldt dat een wolf meermaals voor gevaar moet zorgen, voordat hij door provincies aangepakt kan worden. Maar er heerst onduidelijkheid over dat kader.
Na twee keer ingrijpen
De staatssecretaris zegt dat ingrijpen mogelijk moet zijn bij een wolf die twee keer onnatuurlijk gedrag vertoont, zoals het aanvallen van mensen of hun huisdier. Het afschieten van de wolf behoort tot de opties, maar ook het afschrikken of verjagen zijn voor de staatssecretaris een mogelijkheid.
"Voor een groot roofdier als de wolf zijn er wat mij betreft in het dichtbevolkte Nederland beperkingen aan de beschikbare ruimte", schrijft Rummenie aan de Kamer. "Ik wil zo goed mogelijk zorgen dat we in Nederland veilig kunnen leven en vee kunnen houden, zonder vrees voor wolven."
Landelijk informatiepunt
Het bescherming van vee, denk aan het plaatsen van omheiningen, gaat landelijk worden aangestuurd. Ook komt er een deskundigenteam, een soort wolvenhotline. Daar kunnen instanties met vragen terecht bij een incident of dreiging van een wolf. Deskundigen als jagers en dierenartsen zouden hen te woord moeten staan, en ook piketdiensten gaan draaien.
Verder presenteert de staatssecretaris een landelijk informatiepunt, dat 'verwarring, desinformatie en uiteindelijk polarisatie' moet voorkomen.
Bovenstaande plannen werden al aan het vorige kabinet geadviseerd door de Raad voor Dierenaangelegenheden.
Gunstige wolvenpopulatie
Onduidelijk nog is hoeveel wolven er in ons land kunnen verblijven. Deze zogenoemende Staat van Instanthouding wordt nog verder onderzocht. Het ministerie zegt dat dit ook sterk afhangt van de populaties in andere Europese landen, omdat wolven zich over de grens bewegen. Hoe duidelijker is hoeveel wolven in ons land kunnen verblijven, des te makkelijker het is om vervolgens in te grijpen, schrijft de staatssecretaris.