Lance Armstrong legt uit hoe hij nooit werd betrapt op epo-gebruik
Lance Armstrong heeft in een Amerikaanse podcast laten doorschemeren hoe het hem al die jaren lukte doping te gebruiken zonder betrapt te worden. Tussen 1999 en 2005 won de wielrenner zeven keer op rij de Tour de France, maar die werden allemaal uit de boeken geschrapt nadat hij in 2013 had toegegeven dat hij al die jaren epo gebruikte.
Maar hoe het dan kon dat hij tijdens zijn carrière nooit betrapt werd, werd nooit duidelijk. Zeker 500 keer werd Armstrongs urine gecontroleerd, vertelt hij. En nooit werd er ook maar een spoor van doping gevonden. Al die jaren was dat voer voor speculaties: werd hem de hand boven het hoofd gehouden of deugden de controles misschien niet?
Rekenen met de halveringstijd
Duidelijk wordt het nu ook nog niet helemaal, maar de Amerikaan vertelt nu wel iets. "Het komt erop neer te rekenen met de halveringstijd", legt hij uit in de podcast Club Random van komiek Bill Maher. "Bij epo bedraagt die slechts vier uur, wat betekent dat de stof het lichaam zeer snel verlaat."
Concreter dan dat wordt hij niet in het gesprek, maar verschillende media concluderen uit zijn woorden dat hij kleine doses epo injecteerde op momenten dat er zelfs bij eerst mogelijke onaangekondigde controle geen resten meer in zijn urine te vinden zouden moeten zijn. Je zou dan kunnen denken aan het moment vlak voordat hij een vliegtuig instapte bijvoorbeeld, of begon aan een andere lange reis.
Epo werkt prestatiebevorderend voor duursporters doordat het de zuurstofopname van het bloed verbetert. Dat betekent dat het niet noodzakelijk kort voor een wedstrijd hoeft te worden ingenomen.