Advocaten kroongetuige: aanwijzingen dat leven Peter R. groot gevaar liep
Er waren 'voldoende aanwijzingen' dat het leven van Peter R. de Vries groot gevaar liep. Toch werd hij niet extra beveiligd, en kreeg hij zelfs te horen dat hij zich geen zorgen hoefde te maken. Dat zeggen de advocaten van de kroongetuige in het Marengo-proces, Peter Schouten en Onno de Jong, in een persconferentie.
Peter R. de Vries, die op 6 juli in Amsterdam werd neergeschoten en op 15 juli overleed, trad op als vertrouwenspersoon van die kroongetuige in het proces rondom crimineel Ridouan Taghi.
Verschillende betrokkenen in dat proces worden zwaar beveiligd na een aantal opzienbarende liquidaties. Eerst werd de broer van kroongetuige Nabil B. vermoord, in maart 2018. In september 2019 werd ook de advocaat van Nabil B., Derk Wiersum, op straat doodgeschoten.
Schouten en de Jong werden de nieuwe advocaten van Nabil B. Zij kregen hulp van Peter R. de Vries.
Dodenlijst
De drie kregen van het openbaar ministerie (OM) te horen dat zij op een dodenlijst staan. Daarop werden beveiligingsmaatregelen genomen. Maar de advocaten zijn alles behalve tevreden over die maatregelen.
"De NCTV (Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid) weigerde ons informatie te geven over de aard en ernst van die bedreiging", zegt advocaat Peter Schouten. "Het is bespottelijk dat wij die informatie niet konden krijgen. Dan weten we ook niet hoe we op die bedreiging moeten reageren."
Peter R. de Vries weigerde zich naar aanleiding van de bedreiging te laten beveiligen. "Maar Peter voerde wel gesprekken met een beveiligingsexpert van het OM", zegt Schouten.
Appje
Nog kwalijker nemen de advocaten de regering een appje dat zij en de misdaadjournalist op 1 maart van dit jaar kregen. Daarin kregen ze te horen dat er geen informatie was "die leidt tot een ander dreigingsbeeld voor jou/jullie".
Schouten: "Er waren voldoende aanwijzingen dat ons leven groot gevaar liep, maar uit dat bericht konden we niks anders opmaken dan dat we ons geen grote zorgen hoefden te maken."
Volgens de advocaten lopen er nog meer mensen gevaar. Schouten: "Tot op de dag van vandaag wordt er nog onvoldoende naar ons geluisterd. Er zijn grote risico's voor alle betrokkenen in het proces. Na de moord op Peter is onze beveiliging opgeschroefd, maar de NCTV is op een groot aantal punten laks bij de beveiliging van de betrokkenen."
De advocaten willen dat er een onafhankelijk onderzoek komt naar de beveiliging van Peter R. de Vries, Derk Wiersum en de broer van de kroongetuige.
Onafhankelijk onderzoek
Er komt een onderzoek naar de moord op De Vries, maakte minister Grapperhaus vorige maand bekend, maar volgens de advocaten is dat onderzoek niet onafhankelijk, omdat de onderzoekscommissie wordt geleid door Tjibbe Joustra, die zelf Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding is geweest, de voorloper van de huidige NCTV.
Dat noemen de advocaten een 'buitengewoon slechte zaak voor de waarheidsvinding': "De onderzoekers zijn volledig van de staat afhankelijk, ze moeten beleid onderzoeken dat zij zelf mede hebben vormgegeven. Er is een zeer grote kans dat er fouten worden afgedekt of geheim worden gehouden."
Reactie ministerie van Justitie: "alle vertrouwen in onderzoek"
In een verklaring zegt het ministerie van justitie dat het 'van groot maatschappelijk belang' is dat er onderzoek wordt gedaan naar de beveiliging van Peter R. de Vries.
"Dat is mogelijk door een gericht onafhankelijk onderzoek". Volgens het ministerie is Tjibbe Joustra geschikt om dat onderzoek te leiden voor. "De heer Joustra heeft ruime ervaring met het doen van onafhankelijke onderzoeken en beschikt over de juiste kennis en expertise."
Wel stelt het ministerie voor een extra persoon aan de commissie toe te voegen: een hoogleraar strafrecht, waarvan de advocaten wilde dat hij het onderzoek zou leiden.
Een andere commissie onderzoek doet onderzoek naar de moord op Derk Wiersum: de commissie-Bos. "Het ministerie van Justitie en Veiligheid heeft er alle vertrouwen in dat zowel de commissie Joustra als de commissie Bos hun werk onafhankelijk en kritisch zullen verrichten. De rapporten worden naar verwachting dit najaar afgerond en naar de Tweede Kamer gestuurd."