Deze beestjes kunnen allemaal in je voorraad(potten) zitten en zo voorkom je ze

Deze plaagdieren zijn vaak ontzettend klein, dus helaas ook makkelijk over het hoofd te zien. Maar ze komen wel degelijk regelmatig voor in verpakkingen of etenswaren die bijvoorbeeld al een tijdje achterin de kast liggen. Let dus altijd goed op of de etenswaren er vervuild uitzien of bijvoorbeeld een muffige geur hebben. Ook kan het helpen om de verpakking even te schudden om de grotere insecten of larven te spotten. 

Voorraadinsecten voorkomen 

Om te voorkomen dat voorraadinsecten zich in jouw meel, rijst of andere droge voedingswaren nestelen, kun je deze het beste in afgesloten en luchtdichte voorraadpotten of -bussen bewaren. Al geeft dit nog geen volledige garantie, want soms zijn deze plaagdieren al aanwezig bij aankoop in de winkel, zo schrijft Milieu Centraal. 

Ook wil het nog weleens voorkomen dat er nog een klein restje van je rijst of meel in de originele verpakking blijft zitten, omdat de voorraadpot al vol zit. ‘Die vul ik later nog wel bij, als de pot weer wat leger is’, denken we dan. Maar ook daarmee moet je opletten, want in deze restverpakking kunnen ongemerkt ook weer voorraadinsecten komen als je het niet goed afsluit. Giet je dit later over in de voorraadpot, dan zit het ook in 'die veilige' afgesloten voorraadpot. Een nieuwe voorraad kun je dan ook beter niet zomaar met de oude voorraad mengen, in ieder geval niet voordat je het op de volgende insecten hebt gecheckt. 

3 voorraadinsecten die je kunt tegenkomen in je voorraadkast 

1. Graanklander 

Tref je een heel klein kevertje van circa 3 tot 5 mm met een langwerpige snuit? Dan heb je waarschijnlijk te maken met een graanklander. Dit beestje is – zoals de naam al verklapt – gek op rijst, havermout en andere granen.

2. Voorraadmot

Motten komen niet alleen voor in je kledingkast, maar ook in je voedselvoorraad. Er bestaan verschillende voorraadmotten, allemaal met hun eigen voedselvoorkeur. Zo kennen we de cacaomot, de meelmot en de vruchtmot. Ze zijn vooral gek op warme plekken. 

De eerste lichting volwassen motten zijn niet direct een bedreiging voor de kwaliteit van je etenswaren, aangezien ze deze niet aantasten. Wel leggen ze er eitjes in, waarna de larven die hieruit ontstaan je eten wél aantasten. 

3: Meel- of schimmelmijt

Het kan ook zijn dat je niks geks aan je meel ziet, maar dat je wel een muffe geur opmerkt. In dat geval kan het zijn dat je te maken hebt met meelmijt of schimmelmijt. Omdat ze nog geen halve millimeter groot zijn, zijn ze lastig te zien. Maar als je goede ogen hebt kun je lichtbruine ‘stipjes’ zien. Zie of ruik je dit, dan kun je het maar beter weggooien. Twijfel je of de etenswaren aangetast zijn, dan kun je de gesloten verpakking eventueel een dag in de vriezer leggen om zeker te weten dat de beestjes het niet overleven. 

Omdat meel- en schimmelmijten van vochtige plekken houden, is het slim om de luchtvochtigheid van je voorraadopslag regelmatig te controleren. Milieu Centraal tipt om deze, bijvoorbeeld met betere ventilatie, in ieder geval onder de 60% te krijgen. 

3 tips tegen voorraadinsecten

Milieu Centraal geeft de volgende drie tips om voorraadinsecten te voorkomen: 

1. Zet de oudere etenswaren –net als in de supermarkt – vooraan in de kast, zodat je deze als eerste opmaakt. Let ook op dat je etenswaren niet te lang bewaart. 

2. De droge producten die langer houdbaar zijn – zoals meel, rijst, granen maar ook dierenvoer – kun je het beste in een afgesloten pot, blik of bus bewaren, op een droge en koele plaats. 

3. Tref je etenswaren die aangetast lijken (door voorraadinsecten of muizen), dan kun je deze het beste weggooien. Maak daarna je voorraadkast goed schoon. 

Bestrijdingsmiddelen? Geen goed idee! 

Ook raadt Milieu Centraal sterk af om insectenspray of andere bestrijdingsmiddelen te gebruiken in je voorraadkast. Deze middelen kunnen giftige stoffen bevatten en die wil je uiteraard niet binnen krijgen via je voedselvoorraad.