Opvallend veel gemeenten schaffen hondenbelasting af
Dertig gemeenten hebben de hondenbelasting afgeschaft. Die blijkt lastig om te innen en gemeenten zijn van mening dat deze belasting niet eerlijk is ten opzichte van mensen met katten, die geen belasting hoeven te betalen voor hun huisdier.
Dat concludeert het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO) van de Rijksuniversiteit Groningen in een onderzoek. De onderzoekers spreken van een opvallende ontwikkeling.
76 euro
In ongeveer tweehonderd gemeenten betalen hondenbezitters nog wel hondenbelasting. Gemiddeld gaat het om een bedrag van 76 euro, 1 euro meer dan vorig jaar. In heel Nederland, inclusief de gemeenten waar hondenbezitters geen hondenbelasting betalen, bedraagt deze belasting gemiddeld 45 euro.
Je hebt niet alle cookies geaccepteerd. Om deze content te bekijken moet je deaanpassen.
Hondenbelasting: de vijf duurste gemeenten
Groningen | 124,80 |
Den Haag | 120,12 |
Hendrik-Ido-Ambacht | 119,64 |
Nijmegen | 115,16 |
Noordwijk | 112,56 |
Gemeenten rekenen de bovenstaande bedragen voor de eerste hond. Het houden van meer honden is in veel gemeenten duurder.
Het onderzoekscentrum becijferde ook dat huishoudens met eigen woningen dit jaar gemiddeld 2,7 procent meer belasting aan de gemeente, de provincie en het waterschap betalen. De gemeentelijke lasten stijgen gemiddeld 3,5 procent, de waterschapslasten 2,3 procent en de provinciale lasten 0,3 procent.
Goedkoopste plek om te wonen is Gilze en Rijen
Een meerpersoonshuishouden met een koopwoning betaalt in totaal gemiddeld 1264 euro. De duurste plek om te wonen is Bloemendaal (2051 euro), de goedkoopste Gilze en Rijen (995 euro).
Ook huurders gaan volgens de onderzoekers meer belasting betalen. Gemiddeld gaat het om 812 euro, 2,7 procent meer dan vorig jaar. Daarvan gaat 368 euro naar de gemeente, 185 euro naar de provincie en 259 euro naar het waterschap.
Ozb stijgt tot gemiddeld 281 euro
De onroerendezaakbelasting (ozb) voor woningeigenaren stijgt met 8 euro tot gemiddeld 281 euro. COELO ziet de grootste stijgingen en dalingen in gemeenten die dit jaar zijn gefuseerd. In de voormalige gemeenten Oud-Beijerland (nu deel van Hoeksche Waard) daalt het tarief 22 procent, maar in de voormalige gemeente Neerijnen (nu deel van West Betuwe) stijgt het tarief met 41 procent.