ABN Amro terug naar beurs als traditionele Nederlandse bank

Na ruim zes jaar onder de hoede van de Nederlandse staat, maakt ABN Amro zich op voor een terugkeer naar zelfstandigheid als een kleinere, meer Nederlandse en meer traditionele bank.
De Nederlandse regering zal naar verwachting in 2015 een eerste tranche aandelen ABN Amro naar de beurs brengen, wat een van de eerste beursgangen van een Europese bank sinds de crisis wordt, en met een boekwaarde van 15 miljard euro, de grootste in meer dan tien jaar.
"Onze voorbereidingen voor de beursgang zijn gericht op de eerste zes maanden van 2015", zei bestuursvoorzitter Gerrit Zalm deze week in een interview in zijn Amsterdamse kantoor. "We moeten laten zien dat ons huis op orde is, en ik geloof dat we een heel eind op weg zijn."
ABN Amro slaagde in oktober met goede cijfers voor de financiële gezondheidscheck van de Europese Centrale Bank. Nu ook de Nederlandse economie en daarin de belangrijke huizenmarkt aantrekken, lijken er geen obstakels meer voor het Nederlandse parlement om het groene licht te geven.
"Het marktklimaat lijkt geen probleem", zei Zalm. "De waardering van Europese bankaandelen is in de afgelopen twee jaar verbeterd."
De Tweede Kamer moet de privatisering nog definitief goedkeuren, wat waarschijnlijk gebeurt in het eerste kwartaal van volgend jaar.
ABN Amro is het restant van de voormalige internationale bankreus ABN Amro Holding, die in 2007 werd overgenomen en in stukken gesneden door Royal Bank of Scotland, Banco Santander en Fortis. Deze grootste overname aller tijden in het bankwezen bleek een fatale verzwakking voor RBS en Fortis, toen in 2008 de financiële crisis toesloeg.
De Nederlandse overheid moest het deel van ABN Amro dat Fortis had overgenomen nationaliseren, samen met de andere Nederlandse onderdelen van Fortis. De twee bankbedrijven werden samengevoegd tot een veel minder complexe organisatie dan zijn voorganger, stevig geworteld in Nederland.
De Nederlandse regering wil graag een herhaling van 2007 voorkomen, zonder een staatsbelang aan te hoeven houden in de bank. Daarom krijgt de bank de optie om een 'gifpil' te activeren, waarmee vijandige overnames kunnen worden afgeweerd. "Zo kun je tijd kopen bij een vijandig bod, om een aantrekkelijk alternatief te presenteren aan de aandeelhouders", zei Zalm.
Overigens verwacht de CEO niet dat er grote Europese banken zijn die een bank willen overnemen van de omvang van ABN Amro, met een balanstotaal van meer dan 400 miljard euro.
Voor zo'n overname moet je behoorlijk diepe zakken hebben, zei Zalm. Hoewel toezichthouders grote overnames van grote Europese banken niet verbieden, zoals in de Verenigde Staten, moet zo'n acquisitie wel worden goedgekeurd door toezichthouders, zegt Zalm. Die beschouwen banken van al te grote omvang tegenwoordig als niet goed bestuurbaar.
Om beleggers te lokken, zal Zalm mogelijk de rendementsdoelstelling gaan aanscherpen. "Ik verwacht niet dat de rendementen van 20% ooit zullen terugkomen. Je moet dus niets spectaculairs verwachten. Maar een rendement onderin de dubbele cijfers moet kunnen", aldus Zalm, suggererend dat de ondergrens van de huidige doelstelling van 9% tot 12% dus iets omhoog kan.
Over de eerste negen maanden van het jaar werd al een rendement op het eigen vermogen van 11% gerealiseerd, als beleggers de bijdrage aan de redding van SNS Bank en een pensioenlast negeren. Inclusief die bijzondere posten bleef het rendement steken op 7%.
Analisten prijzen Zalm, voormalig minister van Financiën, voor hoe hij ABN Amro door recessies en ontslag- en reorganisatierondes heeft geloodst. Onder de hoede van de staat is de bank minder afhankelijk geworden van kortlopende financiering op de geldmarkten en is de kapitaalbuffer verstevigd.
ABN Amro verdient 82% van zijn inkomsten in Nederland, een relatief stabiele economie. Deze sterke positie op de thuismarkt maakt de bank makkelijker te beoordelen, denkt Zalm. "Als je een mening hebt over de Nederlandse economie, dan heb je bijna ook al een mening over ABN Amro."
Maar er blijven uitdagingen, die het onwaarschijnlijk maken dat de Nederlandse belastingbetaler het bedrag van 22 miljard euro, dat aan de redding van de bank werd gespendeerd, geheel zal terugkrijgen bij de privatisering.
ABN Amro beschikt nog over een groot kantorennetwerk, dat de komende jaren sterk moet worden uitgedund, omdat klanten nauwelijks nog bij de bankfilialen over de vloer komen. De meeste klanten doen al hun bankzaken inmiddels online of via de mobiele app.
Intussen blijven de voorzieningen voor slechte leningen hoog, omdat veel bedrijven door de crisis ernstig zijn verzwakt. Terwijl de retailbank voor stabiele inkomsten zorgt, dragen private banking en de zakelijke bankdivisie, die relatief hoge kosten hebben, nog maar weinig bij aan de winst.
Daarbij moet de bank bijdragen aan diverse nieuwe fondsen voor de Europese bankenunie, wat volgend jaar bij elkaar 300 miljoen euro aan extra lasten oplevert. "Die kosten zullen we moeten doorberekenen aan onze klanten."
Volgens Zalm hoeven beleggers geen strategiewijziging te verwachten na de beursgang. Zo gaat ABN Amro geen grote overnames doen. Hooguit kleine acquisities, die bijvoorbeeld de private banking-tak verder zouden kunnen versterken.
Ook voor leningen en beleggingen met hoge risico's moet men niet bij ABN Amro zijn. "De enige activiteiten met hoge risico's doen we voor onze klanten, zoals een belegging in private equity", zei Zalm. "Maar altijd met mate. Als dat ABN Amro een beetje een saaie bank maakt, dan vind ik dat prima."