De 5 spelregels... in de trein
Het wemelt van de ongeschreven regels in het leven. Wetmatigheden die niemand je vertelt, maar waar iedereen een mening over lijkt te hebben. In deze rubriek nemen we iedere week een situatie of gelegenheid onder de loep: hoe heurt het daar eigenlijk? Deze week: de vijf spelregels in de trein.
De situatie
Samen met 10.000 anderen sukkel je elke ochtend weer door de spits. En 's avonds is het weer hetzelfde liedje. Als haringen in een ton kleef je ergens tussen de deuren, trappen, vouwfietsen en de riekende wc. Een zitplaats lijkt voorbehouden aan iedereen die na 09.15 uur de trein neemt, of instapt in Vlissingen. Voor de rest geldt: adem inhouden en deze vijf regels opvolgen.
De spelregels
1. Fifo'en bij de deur
Iedereen die ooit een blauwe maandag bij een grootgrutter doorbracht weet hoe het zit met fifo'en: wat als eerste in het schap staat, moet er ook als eerste uit. En zo is het ook in de trein. Eerst laten uitstappen, dan zelf instappen, legt Sanne van Galen van reizigersvereniging Rover uit. "En het is ook echt niet nodig om in een kransje om de deur te gaan staan. Laat mensen gewoon rustig bij de trein weglopen en loop ook binnen door tot in de coupé en blijf niet klonteren bij de deuren. De reis gaat er echt niet sneller door."
2. Houd je herrie (en je geuren!) lekker bij je
Muziek, telefoongesprekken over je laatste scharrel, smakken en slurpen: doe je medereizigers een lol en val anderen niet lastig met jouw lawaai. Ook als je niet in de stiltecoupé zit. "Bellen moet kunnen in de trein, maar je relatieproblemen uitpraten doe je thuis. Want hoewel sommige mensen het enig vinden om mee te luisteren, voelen anderen zich al gauw opgelaten. En wil je echt die conference call met de Britten voeren van kantoor naar huis? Dikke prima, maar ga dan wel even in de Eerste Klas zitten. Daar heb je rust en ruimte om rijdend kantoor te houden. En ja, in de stiltecoupé houd je echt je waffel." En denk ook even aan de neus van je medereizigers - in zo'n coupé kan die zweet- of knoflooklucht behoorlijk blijven hangen. Schoenen graag aanhouden dus.
3. Geen rijdende badkamer
Dat je nog even je lippenstift bijkleurt in de trein is logisch. Spiegeltje erbij voor de laatste check ook. Ga je verder, dan kom je in een grijs gebied. Mascara en eyeliner (hoe dan?!) en nagels lakken: liever niet. Haren kammen, dolenthousiast deo sprayen of zelfs nagels knippen? Zeker niet. "Het is een fijn lijntje tussen wat acceptabel is en wat niet. En realiseer je ook dat sommige mensen het interessant vinden om naar te kijken. Beter plan je die vijf minuten beautytime thuis dan dat je erop gokt om je achterstand in de trein in te halen. Anders betekent geen stoel automatisch geen gezicht."
4. En ook geen rijdende slaapkamer
Voor slapen geldt hetzelfde als voor optutten: reken je niet rijk met de gewonnen minuten. Natuurlijk is die kans op extra tuktijd een zegen in vergelijking met fileplakken, maar enige zelfkennis is wel geboden in dit geval. Tuimel je meteen in een diepe slaap? Ben je een snurker of - erger nog - een kwijler? Denk dan goed na of je het erop waagt. "En houd er ook rekening mee dat tukken in de trein geen recht is, maar een luxe. Als je slim bent, kies je een plekje bij het raam en voorkom je zoveel mogelijk wakkertikmomenten. Al zal een conducteur zich daar weinig van aantrekken als hij je kaartje komt controleren."
5. Prop geen meloen door je neusgat
En dus ook geen macchiatobekers in die kleine klepbakjes. "De prullenbakjes in de trein zijn echt voor het afval dat niet terug in je tas kan. Een klokhuis of een bananenschil bijvoorbeeld. Prima dat je eet en drinkt in de trein, maar neem die patatbakjes gewoon mee de trein uit. Van rammen op die klepjes krijgt de halve coupé een hartverzakking en uiteindelijk zie je zelf ook wel dat het toch niet past. Dus doe jezelf en de andere reizigers een lol en neem je rommel mee."