Corina: 'Bijna-doodervaring was zo fijn dat het moeilijk was om terug te keren'
De dood hoort bij het leven, al staan we daar liever niet te lang bij stil. Denk jij weleens na over de soundtrack van je leven? Elke week geeft een lezer een inkijkje in diens slotakkoord. Corina (59) uit Culemborg is ademcoach en familieopsteller. Momenteel schrijft ze haar eerste boek. Voor haar eigen slotakkoord heeft ze een bijzondere plaat in gedachten.
Welk nummer wil je sowieso laten horen op je eigen afscheid?
"Ik leef van Anna Fernhout."
Je hebt niet alle cookies geaccepteerd. Om deze content te bekijken moet je deaanpassen.
Waarom juist dit nummer?
"Een prachtig nummer, vind ik. De tekst raakt me diep. Dit nummer is alleszeggend over mijn leven. Ik sta op, een nieuwe dag, een nieuw begin. Ik besta. Ik adem in uit in. Dit ben ik. Ik struikel en ik straal. Ik zing vaak bij Anna in een zangcirkel. Zo bevrijdend, zo helend. Vroeger haatte ik mijn stem. Te luid, te vol en te veel.
Mijn stem laten horen is sowieso een thema in mijn leven, want ik ben als kind verwaarloosd. Mijn moeder kampte met trauma’s van de oorlog en mijn vader, een karateleraar, was veel weg. Mezelf laten zien en laten horen vond ik heel eng. Ruimte en mijn plek innemen was een groot thema. Ik ging mijn adem inhouden, en werd ziek. Ik ben zes weken geïntubeerd geweest waardoor mijn stem is veranderd.
Ik ontdekte dat ik een sopraanstem had gekregen. Sindsdien zing ik elke dag en dan bijzonder graag dit nummer. Vooral uit psychische noodzaak, omdat zingen de beste manier is om in contact te komen met mijn ziel. Je trilt alles open, net als met ademhalingsoefeningen. Hierdoor kunnen alle emoties loskomen en gevoel worden. Echt, zingen is goed voor alle problemen."
Wat zegt het over je leven?
"In augustus 2015 heb ik een dubbele longtransplantatie ondergaan en sindsdien heb ik altijd pijn. Spierpijn en het gevoel alsof er een vrachtwagen op mijn borst staat geparkeerd. Door de zeldzame ziekte Alfa-1-antitrypsine tekort werkt mijn lever niet optimaal en waren mijn longen niet beschermd. Ik kreeg daardoor longemfyseem. Ik heb een jaar in het ziekenhuis gelegen, de dood aankijkend, totdat er ineens toch longen beschikbaar waren voor me.
Ik heb 3,5 maand aan de beademing gelegen en had een abces. Dat was zo pijnlijk en gevaarlijk, dat ik in coma gebracht moest worden om het te behandelen. Alleen: ik werd niet meer wakker. De verpleegkundigen zeiden tegen mijn dochter en mijn zus dat ze mijn uitvaart maar vast moesten gaan regelen, want ze zouden de beademing stopzetten. Totdat mijn transplantatiearts zei: we gaan door. Twee dagen later deed ik mijn ogen open. Ik heb het aan haar te danken dat ik nog leef."
Moeite met aardse bestaan
"In die tijd heb ik een hele mooie bijna-doodervaring gehad. Ik heb altijd al moeite gehad met het aardse bestaan, en dit voelde als thuiskomen. De bekende tunnel heb ik gezien en ik ben in het licht geweest. Het voelde daar zo fijn dat het ook moeilijk was om weer terug te keren. Daar heb ik wel wat gesprekken en therapie voor nodig gehad. Van te voren had ik alles al uitgedacht en in een WhatsAppgroep met mijn dochter en mijn zussen het hele scenario geschetst. Iedereen in het wit, de liedjes en dat ik gecremeerd wilde worden. Dat laatste wil ik inmiddels niet meer, nu kies ik voor zo’n natuurbegraafplek. Ik wil graag het liefst langzaam vergaan."
"Mijn dochter heeft mijn drank- en wietverslaving meegemaakt. Ze heeft afscheid van me genomen. Nu koesteren we de tijd die we nog delen."
"Mijn dochter en ik zijn heel close. Natuurlijk ben ik heel blij dat ik nog leef, ook voor haar. Ze heeft mijn verslaving aan drank en wiet meegemaakt, ze heeft mijn rolstoel geduwd en ze heeft afscheid van me genomen, en nu koesteren we de tijd die we nog delen. Ik heb haar grotendeels alleen opgevoed en had door mijn trauma’s van vroeger veel last van verslavingen. Toen ze zeven was zijn we een jaar samen opgenomen geweest, daar heb ik veel aan gehad. De twaalf stappen van de AA hebben me laten toegeven aan mezelf dat ik machteloos was en dat ik hulp nodig had."
Verslaving is zelfhaat
"Inmiddels geloof ik niet meer zo in die twaalf stappen, niet voor de lange termijn. Mijn nieuwe meester is Gabor Maté. Hij heeft veel boeken geschreven over verslaving. Zijn overtuiging is compassie. Bij de AA zeggen ze: je moet de deur dicht doen en verslaafden niet meer helpen. Pas dan zien ze de ernst van hun daden. Die gedachte begrijp ik, maar het helpt ook niet om je altijd als verslaafde te blijven zien.
Voor mij was het moment dat mijn dochter zei: 'Mama, het maakt me toch niet meer uit of je drinkt, ik hou toch wel van je'. Dat was een sleutelmoment. Pas toen voelde ik: oh, maar dan kan ik dus ook stoppen met drinken. Verslaving is gewoon zelfhaat. Uiteindelijk heb ik die deur naar negativiteit dicht kunnen trekken. Ik besteed mijn tijd nu liever op een positieve manier: ik dans, ik zing, ik schilder, ik ben kunstzinnig. Ik heb leren buigen voor mijn lot en zelf de verantwoording te dragen. Daar ben ik dankbaar voor en trots op."
Waar droom je van?
"Ik heb de hele wereld al over gereisd na mijn transplantatie. Veel met dolfijnen en walvissen gezwommen. Snorkelen is mijn passie. Omdat ik zolang aan de beademing heb gelegen, kom ik meteen in diep vertrouwen en overgave als ik snorkel. Ik droom nu van mijn eigen praktijk voor het geven van ademsessies, ook in het water, en traumatherapie. En voor familieopstellingen over ziekten. Ik begeleid al mensen die op de wachtlijst voor een transplantatie willen komen of er net opstaan. Ik wil op de planken staan met mijn zelfgeschreven boek in mijn handen. Ik wil mensen vertellen wat ik heb meegemaakt en waarom ik ziek werd. En welke therapieën ik 35 jaar heb gedaan om nu voluit te kunnen leven."
Experimenteren met medicatie
"Ik hoop dat mijn lichaam dat toestaat. De afgelopen maanden ben ik veel ziek geweest. Ik voelde me spiritueel zo verlicht, dat ik dacht: die longen zijn nu helemaal van mij en daardoor stopte ik met wat medicijnen. Dat bleek te vroeg gejuicht en het leek er even op dat mijn lichaam mijn longen afstootte. Dat was gelukkig niet zo.
Pas later, als ik misschien 20 jaar getransplanteerd ben, kan ik nog eens over minderen met medicijnen nadenken, zei mijn arts. Natuurlijk neem ik deze waarschuwing serieus. Ik ben nog te jong getransplanteerd om te experimenteren met medicatie. Dromen heb ik genoeg, nu eerst stabiel worden. Ik ga heel graag op stap, dansen op blote voeten en zing het liefst elke week. Maar als ik te moe of te ziek ben, kan dat niet. Ik moet vaak iets afzeggen, en dat is niet altijd makkelijk. Maar een ding is zeker: ik kies altijd voor mijn lijf."
Wat is je guilty pleasure?
"Ik hou heel erg van Nirvana. Op harde en intense muziek kan ik helemaal losgaan. Heerlijk! Vroeger had ik op maandag altijd een zere nek na het stappen, van het headbangen. Kurt Cobain heb ik destijds nog gezien in Amsterdam. Dat weet ik nog goed want ik had toen net mijn eerste xtc-pil op, samen met de ex-vriendin van Herman Brood. Zoveel jaar later luister ik die harde nummers nog steeds, nu nuchter genietend naast de mantra’s en de liedjes uit mijn zanglessen."
Meedoen?
Welk nummer moet er op jouw uitvaart worden gedraaid? En wat zegt dat over jouw leven? Wil je meedoen aan deze rubriek, mail dan je verhaal naar hanneke.mijnster@rtl.nl