Tweede boek

Lale Gül voelt zich vrijer dan ooit, maar 'voor de meeste familieleden ben ik dood'

Door Roxanne Vis··Aangepast:
© Annaleen LouwesLale Gül voelt zich vrijer dan ooit, maar 'voor de meeste familieleden ben ik dood'
RTL

In haar eerste boek 'Ik ga leven' schreef Lale Gül (26) kritisch over haar streng islamitische opvoeding in Amsterdam-West, en dat bleef niet zonder gevolgen. In haar nieuwe boek 'Ik ben vrij' schrijft ze over wat er na de publicatie van haar debuut gebeurde. "Iemand moet het alarm luiden. Dan moet ik diegene maar zijn. Dan maar weer doodsbedreigingen."

Toen Ik ga leven net was verschenen en jij zowel je eigen familie als de rest van de islamitische gemeenschap over je heen kreeg, zei je: 'Ik ga mijn pen neerleggen'. Een volgend boek zou er niet komen. Nu is dat er toch. Wat trok je over de streep?

"Ik kon niet anders. Ik heb lange tijd heel geforceerd bewust niets over de islam gezegd en geschreven. Ook in mijn columns in Het Parool hield ik me daarover afzijdig, vanuit een voor mezelf onverklaarbare behoefte om mijn haters te pleasen. Om minder gehaat te worden, ging ik in interviews ook een beetje gas terugnemen. Ik zei bijvoorbeeld dat ik geen atheïst ben, terwijl ik dat absoluut wel ben, en beweerde dat mijn kritiek op de islam niet zozeer met de religie als wel met de cultuur te maken had. Alles om sympathieker over te komen en minder doodsbedreigingen en haatmail te ontvangen. Dat werkte, ik merkte dat ik langzaam maar zeker met rust werd gelaten. En als ik íéts nodig had, was dat het."

Lale Gül schrijft tweede boek over doodsbedreigingen
Lees ook

Lale Gül schrijft tweede boek over doodsbedreigingen

"Mijn uitgever heeft me vaak geprobeerd over te halen om een vervolg te schrijven op mijn debuutroman, maar ik heb me heel lang tegen dat idee verzet. Ik had zelfs al een contract getekend voor een essaybundel; iets heel anders. Tot ik me realiseerde dat ik geen essayist bén en dat niemand zit te wachten op een essaybundel van mij. Maar op nog een boek over mijn eigen ervaringen wél, dat bleek wel uit de vele reacties die ik heb ontvangen. 

Ik besefte dat mijn stem in het publieke debat juist is dat ik dingen durf te zeggen die anderen niet durven zeggen. Veel mensen hebben me verteld dat ik hun leven heb veranderd. Als ik daartoe in staat was, dan kon ik toch niet zomaar stoppen? Het voelde bijna als een plicht om door te gaan met me uitspreken. Er is op dit moment niemand anders in het publieke debat en in de literatuur die dat durft. Iemand moet zeggen hoe het zit, iemand moet het alarm luiden. Dus dan moest ik diegene maar zijn. Dan maar weer doodsbedreigingen."

Dat klinkt vrij nonchalant, maar die bedreigingen zijn je niet in de koude kleren gaan zitten, toch?

"Nee, die hebben me echt kapotgemaakt. Het was heel eng. Mensen konden mijn bloed wel drinken. Het ging maar door. Op een gegeven moment weet je niet meer wat je serieus moet nemen. Is het een verveelde puber of iemand die me daadwerkelijk iets wil aandoen? Het enige wat je kunt doen is aangifte blijven doen en hopen dat er iets mee wordt gedaan. Maar in de meeste gevallen kan de politie er helaas niets mee. 

Van alle mensen die me hebben bedreigd, zijn er slechts twee veroordeeld. Eentje omdat hij mijn boek met een schaar bewerkte in een boekwinkel en vervolgens een medewerkster bedreigde met een mes; een ander omdat hij mijn hoofd had gemonteerd in een onthoofdingsfilmpje. Probeer dan maar eens in slaap te vallen 's avonds. Ik kan je vertellen: dat gaat heel moeilijk. En dat breekt je na verloop van tijd op."

Ik ga leven was vooral een woedend boek. Welke emotie overheerst in je nieuwe boek Ik ben vrij?

"Verdriet denk ik. Ik schrijf over wat er allemaal gebeurde nadat Ik ga leven uitkwam. Ik vertel uitgebreid over hoe mijn ouders erop reageerden toen het boek uitkwam, over het overlijden van mijn oma, met wie ik samenwoonde sinds mijn 16de, omdat ik thuis altijd ruzie had. Over de bedreigingen die ik na het boek ontving, over het verlies van mijn levenslust en mijn depressie. Het is heel kwetsbaar en persoonlijk.

Ik ben in mijn nieuwe boek best wel genuanceerd en mild, vind ik, er staat niets heel heftigs in over het geloof. Ik ben die woede die ik eerder had wel zo’n beetje kwijt. Al denkt de recensent van Trouw daar kennelijk anders over. Die schreef dat ik niet serieus te nemen ben omdat ik nog niet ben uitgeraasd. Ik zou me te pas en te onpas bedienen van de sleetste retoriek van Wilders. Nou, schiet mij maar lek."

Hoe moeilijk was het voor jou om dit boek te schrijven?

"Elk hoofdstuk was een strijd voor me. Het schrijven van mijn eerste boek ging me heel makkelijk af, ik was een totale nobody en ik had geen idee wat me te wachten stond. Dat maakte dat ik heel vrij kon schrijven. Nu was ik veel voorzichtiger. Ik was me hyperbewust van elke zin die ik opschreef en hoe die geïnterpreteerd zou kunnen worden.

Ik wilde mijn familie niet weer een trap na geven, net nu de rust een beetje was weergekeerd. Wat voor gevolgen het voor hen zou hebben, was mijn voornaamste zorg. Zij worden er continu op aangesproken door hun omgeving. Ik zit vast in een eeuwig dilemma: ik wil echte boeken schrijven, over dingen die ik heb meegemaakt, om mensen te inspireren die in hetzelfde schuitje zitten. Maar dat betekent wel dat ik mijn familie iets aandoe. Kon ik het maar vertellen zonder hen erin te betrekken."

Was je je er tijdens het schrijven van je eerste boek niet van bewust dat het een breuk met je familie kon veroorzaken?

"Ja, dat wel. Om gedoe te voorkomen, heb ik er 'roman' op laten zetten en alle namen veranderd. Zo kon ik nog doen alsof het fictie was. Ik wist wel dat mijn ouders boos zouden worden als ze over het boek zouden horen, maar die kans schatte ik klein in. Mijn ouders lezen geen boeken en kranten, kunnen geen Nederlands, kijken alleen Turkse tv. Dus ik denk dat ik het onder normale omstandigheden prima voor ze verborgen had kunnen houden. Maar mijn boek bracht veel meer teweeg dan ik had verwacht, en toen kwam het ze natuurlijk wel ter ore. Er zat voor mij niets anders op dan te erkennen dat ik inderdaad over hen had geschreven en toen was er geen weg meer terug."

Hoe reageerden ze?

"Ik heb ze nog nooit zo boos gezien. De hele familie stond me op te wachten toen ik thuiskwam van een tv-optreden bij Op1. Ik werd geslagen, uitgescholden, gechanteerd. Ze eisten dat ik mijn contract zou verscheuren, mijn uitgever zou verbieden nog boeken van me te verkopen. Ze draaiden de voordeur op slot en waren niet van plan me te laten gaan. Ik kon pas ontsnappen toen de buurvrouw op de deur klopte omdat ik moord en brand schreeuwde."

"Mijn moeder heeft al vaker gezegd dat ze liever een steen had gebaard dan mij."

Hoe is de band met je familie nu?

"Met mijn zusje en mijn broer heb ik nog contact, al weet ik niet of dat zo zal blijven na mijn laatste interviews. Ze nemen het me kwalijk dat ik nu toch weer een boek heb geschreven dat in essentie ook over hen gaat. Mijn ouders hoeven me sowieso niet meer te zien. We hebben al drie jaar geen contact gehad, voor hen ben ik dood. 

Mijn moeder heeft al vaker gezegd dat ze liever een steen had gebaard dan mij. Ze zit aan de antidepressiva en durft zich nergens meer te vertonen. Zij wil me pas weer zien als ik weer moslim word, en dat gaat nooit gebeuren. Van mij hoeven zij niet te veranderen; het enige wat ik wil is dat ze me tolereren, maar dat kunnen ze niet opbrengen. Van de rest van de familie mag ik een pijnlijke dood sterven. Ze schamen zich kapot voor alles wat ik zeg en doe."

Wat doet dat allemaal met jou?

"Ik heb nu vooral moeite met wat het voor mijn zusje betekent. Ik heb mijn nieuwe boek ook aan haar opgedragen. Zij was 10 toen mijn eerste boek uitkwam en voor haar heeft het grote gevolgen gehad, en nog steeds. Zij werd ermee gepest en had ineens geen eigen identiteit meer, overal is ze nu 'het zusje van Lale Gül'. Ze krijgt continu vermoeiende vragen over haar zus, 'die aandachtshoer die op tv zegt dat Allah slecht is'.

En thuis maakt ze mee hoe onze ouders onder mijn boek lijden. Voor haar is het allemaal heel verwarrend. Haar zus die haar liefheeft, wordt door iedereen die ze kent verketterd. Ze weet niet meer wat ze van alles moet vinden. Bovendien is zij heel gelovig en snapt ze niet wat ik probeer te doen op tv en in de krant. Ik hou mezelf voor dat ik geduld moet hebben, dat ze het op een dag zal begrijpen."

Hoe kijk jij nu terug op je eerste boek? Heb je ergens spijt van?

"Ik weet niet of mijn boek deze hoge prijs waard was, maar op een gegeven moment was verstoting een offer dat ik bereid was te brengen, omdat ik het echt niet langer trok in dat gezin. Er zijn wel dingen waar ik spijt van heb. Als ik mijn eerste boek teruglees, vind ik het heel hard. De enige emotie die ik voel bij het lezen is woede. 

Ik snap wel dat ik woedend was en ik vergeef het mezelf. Ik was 21 toen ik eraan begon en had op dat moment elke dag ruzie thuis. Als ik jeans aanhad, als ik te laat thuis was, als ik stiekem naar het strand was geweest. Ik leefde praktisch in gevangenschap. Daardoor verloor ik alle nuance en was ik vooral op wraak belust, dat lees je terug in mijn boek. Ik merkte dat veel lezers die woede wat te heftig vonden en niet goed begrepen. Nu denk ik soms: had ik het maar niet zo woedend opgeschreven, dan had ik misschien nog meer mensen bereikt met mijn boodschap."

Ben je bang voor de reacties op je nieuwe boek? 

"Eerlijk gezegd wel. Ik weet dat de bedreigingen weer zullen oplaaien. Zodra ik mezelf weer in de aandacht zet, denken mensen: o ja, haar had je ook nog, die vervelende slet die iets denkt te kunnen zeggen over ons geloof. Maar ik ga mijn leven er deze keer niet door laten beheersen. Ik heb al een open ticket. Zodra ik me niet meer veilig voel, pak ik gewoon het eerste het beste vliegtuig naar waar dan ook. Dan cancel ik al mijn afspraken en dan laat ik alles hier achter me. Mijn veiligheid staat op nummer 1. Zodra de pleuris uitbreekt, ben ik weg. Ik ga niet weer depressief thuis zitten. Dan liever ergens in een zonnig land."

Je boek heeft de titel ‘Ik ben vrij’, maar hoe vrij ben je werkelijk?

"Ik voel me vrijer dan ooit in mijn leven. Ik kan eten, drinken en aandoen wat ik wil. Ik kan omgaan met wie ik wil. Ik kom zo laat als ik dat wil, ik kan slapen waar ik wil, ik kan naar het buitenland, op vakantie, in bikini het strand op, wijn drinken zonder het te verbergen. Ik kan daten, vlees eten dat niet halal is, op een datingapp zitten zonder bang te zijn dat neef Ali achter me aan komt. Ik kan alles, en ik ben ook nog eens financieel onafhankelijk.

Ik leef eindelijk het leven waar ik al die tijd van heb gedroomd. Maar er is ook altijd die keerzijde. Als ik herkend word op straat, bespuugd word, blikjes naar mijn hoofd krijg en 'wacht maar, kankerhoer' krijg toegebeten van voorbijrijdende scooters, dan voel ik me heel onvrij. Ik vind het knap van mezelf dat ik nog niet gek ben geworden, dat ik niet heb opgegeven en dat ik doorga."

'Ik ben vrij' (uitgeverij Prometheus) van Lale Gül is vanaf nu overal verkrijgbaar. 

Lees meer over
Lale GülBoekenIslamFamilieAmsterdamTurkije