Lerares Thea maakte melding kindermishandeling, moeder dankbaar: 'Het was haar te veel geworden'

In juni werd 25.000 keer met Veilig Thuis gebeld, dat is 31 procent vaker dan in dezelfde maand een jaar geleden. In de zomerperiode kunnen de problemen die er al bij gezinnen zijn door het ontbreken van structuur verergeren, zegt de organisatie. Lerares Thea Dijkstra maakte een melding: "Het meisje vertelde klasgenoten dat ze thuis in een kast werd opgesloten."
Thea Dijkstra maakte eens een melding bij een meldpunt voor kindermishandeling. Ze was destijds beginnend lerares op een basisschool. "Je krijgt van elk kind signalen mee als je voor de klas staat", vertelt ze. "Bij dit kind, een meisje van 10, haperde het ergens – dat zei mijn intuïtie. Ik vroeg me steeds vaker af of het thuis wel lekker ging."
Geen hard bewijs
Hard bewijs dat het thuis niet lekker ging, had Thea niet. Wel zag en hoorde ze een hoop dingen die haar aan het denken zetten. "Het meisje vond minder aansluiting bij vriendinnetjes, kwam steeds vaker te laat op school, kreeg geen lunch mee en vertelde klasgenoten bijvoorbeeld dat ze thuis in een kast werd opgesloten. Ik wist niet of dat echt was, of een roep om aandacht bij klasgenootjes die haar links lieten liggen. Maar ik kwam op een punt dat ik dacht: als ik niets doe en er is wel iets aan de hand, dan zou ik dat heel vervelend vinden."
De moeder aanspreken, voelde voor haar niet goed. "Ik wist dat ik niet de opvoedondersteuning kon bieden die mogelijk nodig was in dit gezin. En ik had, bijvoorbeeld tijdens tienminutengesprekken, ook weer met haar in de rol van juf en moeder moeten kunnen stappen. Dat zou te ingewikkeld zijn geworden, wist ik."
Toch was ook het doen van een melding een grote stap, herinnert ze zich. "Ik wist: als er niets aan de hand is, dan leg ik met mijn melding extra druk op het gezin. Dat wilde ik ook niet." Ze besprak de situatie met een IB'er, en besloot: ik moet het toch doen. "Dat telefoontje was heel fijn. We stonden duidelijk naast elkaar in onze wens om dit gezin te helpen. Want dat was wat ik hen gunde: dat het beter zou gaan met het kind, en misschien ook met haar jongere zusje als dat in dezelfde situatie zat."
Extra druk op gezin?
"Ik kan me voorstellen dat mensen het gevoel hebben dat je extra druk legt op een gezin als je naar Veilig Thuis belt", zegt Anouk Goemans. Zij is bijzonder hoogleraar jeugdhulp en jeugdbescherming vanuit pedagogisch en juridisch perspectief aan de Universiteit Leiden. "Het is nogal wat als mensen zich met jouw gezin en opvoeding bemoeien. Maar het idee is juist dat gezinnen passende zorg en hulp krijgen, zodat ouders beter in staat zijn om hun kinderen veilig en gezond op te voeden."
Het is dan ook niet zo dat een telefoontje naar Veilig Thuis standaard leidt tot een uithuisplaatsing van kinderen, zegt Goemans. "Mensen denken: als ik bel, dan staan ze de dag erna op de stoep om een kind uit huis te halen. Maar zo'n vaart loopt het zelden: alleen als er echt ernstige zorgen zijn over de veiligheid van een kind, kan Veilig Thuis met de Raad voor de Kinderbescherming overleggen over de noodzaak en haalbaarheid voor een spoedverzoek om het kind uit huis te laten plaatsen, maar dat zijn heel uitzonderlijke situaties."
Hardnekkige misvatting
Dat zegt ook Maaike Krielaart, woordvoerder van Veilig Thuis. "Uit onze cijfers blijkt dat minder dan 1 procent van de zaken door gaat naar de Raad voor de Kinderbescherming. Die beslist of er een maatregel, zoals een uithuisplaatsing, nodig is. Want dat is ook een hardnekkige misvatting: Veilig Thuis plaatst geen kinderen uit huis, daar zijn wij niet toe bevoegd. Bij ernstige zaken dragen wij een zaak over aan de Raad voor de Kinderbescherming, die de kinderrechter kan vragen een maatregel op te leggen. Dat kan een uithuisplaatsing zijn, maar bijvoorbeeld ook een ondertoezichtstelling."
"Dat maar een klein percentage van de kinderen over wie een melding wordt gedaan bij Veilig Thuis uit huis wordt geplaatst, neemt natuurlijk niet weg dat het ontzettend heftig is voor een gezin als dat gebeurt", zegt Goemans. "Maar ook bij een uithuisplaatsing is het idee dat die tijdelijk is, totdat het weer veilig is voor een kind om naar huis te gaan. Lukt dat echt niet, dan kan een kind onder voogdij worden gesteld van een oom of tante, of bijvoorbeeld een instelling of pleeggezin."
Niet boos
Het gezin waar Thea haar zorgen over had geuit, kreeg een gezinscoach die haar hielp om te gaan met het gedrag van haar kinderen en haar eigen reacties daarop te verbeteren. Een paar weken later vroeg Thea aan de moeder of ze eens op bezoek mocht komen. "Bij haar aan de keukentafel, zei de moeder: 'Ik dacht dat je boos op me zou zijn.' Dat raakte me: ik had niet gehandeld uit boosheid, ik wilde dat het beter zou gaan in het gezin."
"De vrouw vertelde dat ze een alleenstaande moeder van twee kinderen was en de vader niet in beeld was. Het was haar allemaal te veel geworden. Iemand kan overlopen en daardoor vervallen in gedrag dat niet zou moeten binnen de opvoeding, maar dat maakt iemand geen slecht mens."
Hulp uit eigen netwerk
Dat is ook niet het uitgangspunt van Veilig Thuis, zeggen Krielaart en Goemans. "Heel vaak wordt de oplossing daarom ook gezocht in het netwerk", aldus Goemans. "Dan kun je denken aan een kind dat een weekend per maand bij opa en oma gaat logeren, zodat de ouders even ademruimte hebben. Of aan een vriendin die af en toe kan helpen met het huishouden. Een andere oplossing kan een wijkteam zijn, of een professional zoals een gezinscoach, die het gezin tijdelijk ondersteunt."
"Het blijft moeilijk: wanneer is het je taak om in te grijpen, en wanneer maak je de situatie er alleen maar slechter mee?"
Toch blijft de beslissing om in te grijpen lastig, zegt Thea. "Ik heb nu toevallig weer een situatie in mijn omgeving waarvan ik denk: moet ik niet bellen? Dat gaat niet om een leerling van mij, ik zie deze jongen minder vaak. Dat maakt het moeilijker om de situatie goed mee te krijgen. Elke keer als ik hem nu zie, kijk ik hoe het met hem gaat, tot nu toe zie ik geen verslechtering. Maar het blijft moeilijk: wanneer is het je taak om in te grijpen, en wanneer maak je de situatie er alleen maar slechter mee?"
Anoniem adviesgesprek
Volgens Goemans en Krielaart hoef je in zo'n situatie geen melding te doen, maar kun je ook vragen om een – eventueel anoniem – adviesgesprek met een medewerker van Veilig Thuis. Goemans: "Een deskundige denkt dan met je mee of er echt iets aan de hand is, hoe jij het gesprek kunt aangaan met het gezin als dat nodig is, en of jij iets in gang kunt zetten – zoals hulp uit het netwerk – om de situatie te verbeteren."
"Maakt die deskundige zich ernstige zorgen over de veiligheid binnen een gezin, dan kan die je vragen om toch een melding te maken. Maar als jij nee zegt, dan kan dat uiteraard niet, omdat de deskundige niet weet over welk gezin het gaat."
Thea zag het meisje waar zij zich zorgen over had geuit, in de maanden na haar melding opknappen. "Ze kreeg zelfs weer meer vriendjes en vriendinnetjes, omdat haar gedrag minder afweek." Het is inmiddels 20 jaar geleden, maar via-via vangt Thea nog weleens iets op over hoe het gaat met het meisje – dat inmiddels een volwassen vrouw is. "Ze heeft haar eigen gezinnetje en het gaat goed. Dan denk ik: ik heb het goede gedaan."
Klik hier voor meer Lifestyle