De opvoedkwestie: mijn zoon is bang voor de dood
Jessica maakt zich zorgen over haar zesjarige zoontje Sven. Sinds hun buurvrouw overleed, is het jochie erg bang voor de dood. Hoe gaat ze hier het beste mee om?
De buurvrouw was al op leeftijd en enige tijd ziek, dus haar overlijden kwam niet geheel onverwachts. Maar het was de eerste keer dat haar zoontje Sven met de dood te maken kreeg, zegt Jessica: "En dat heeft waarschijnlijk diepe indruk op hem gemaakt, hoe wel we niet eens zoveel contact met deze buurvrouw hadden. Sindsdien heeft Sven het heel veel over de dood. Hij is heel angstig dat mij of zijn vader iets overkomt en dat hij alleen achter blijft. Hoe is hem ook gerust probeer te stellen, hij blijft bang. Hoe help ik hem?"
Dat haar zoontje weinig contact had met de buurvrouw wil niets zeggen over de impact van haar dood, zegt psycholoog Dave Niks van De Familiepsycholoog: "Een buurvrouw is een instituut, en ineens is ze er niet meer. Het leven stopt een keer, en dat besef komt bij het ene kind eerder binnen dan bij het andere kind."
'Doe niet alsof je onsterfelijk bent'
Jessica's zoon weet nu dat mensen kunnen wegvallen. De dood ontkennen – of zeggen dat mensen pas overlijden als ze heel oud zijn – is niet aan te raden. "Zeg liever dat iedereen dood gaat, maar de een eerder dan de ander", adviseert psycholoog Niks. "Hou het dus eerlijk en luchtig. Vertel je kind dat je nog lang niet van plan bent om dood te gaan, dat je nog graag wilt meemaken hoe hij groot wordt. Maar doe niet alsof je onsterfelijk bent. Je kunt ook een vergelijking met de natuur maken: dat diertjes, bomen en bloemen ook op den duur sterven. Soms slaat een kind na zo'n verklaring ineens om. Dan zegt-ie 'oké' en gaat verder met spelen."
'Vertel iets waar je zelf in gelooft'
En wat als je kind verder doorvraagt, bijvoorbeeld over waar iemand naartoe gaat na de dood? Hou het dan vooral bij je eigen overtuiging, tipt Niks: "Kinderen zijn heel zuiver en leggen snel de vinger op de zere plek. Ze voelen of je ze een sprookje vertelt, een verzinsel waar je zelf eigenlijk ook niet in gelooft. Toen mijn vader twee jaar geleden overleed, vroeg ik me af hoe ik dit aan mijn twee zoontjes moest vertellen. Toen las ik in een boek iets over dat je lichaam je huis is. En na je dood heb je dat huis niet meer nodig, want de ziel gaat ergens anders naartoe. Deze uitleg werkte heel goed voor onze kinderen. Waarmee ik maar wil zeggen: zoek iets wat bij je past en wat aansluit bij je eigen overtuiging."