Nooit meer

Esther (51) negeert nooit meer haar onderbuikgevoel

Door Anne Broekman··Aangepast:
© GettyImagesEsther (51) negeert nooit meer haar onderbuikgevoel
RTL

Toen Esther Groenewegen (51) eenentwintig jaar geleden moeder werd, merkte ze meteen dat er 'iets' anders was aan haar dochter. Haar zorgen werden weggewuifd en het duurde jaren voordat eindelijk duidelijk werd wat er aan de hand was.

"Het omslagpunt kwam redelijk onverwachts. Ik liep acht jaar geleden met Jade over straat in New York. Te midden van alle drukte stopte ze plotseling vanuit zichzelf haar hand in de mijne. Mijn hart maakte een sprongetje en de tranen schoten in mijn ogen. Voor een buitenstaander leek het misschien niets – wat is er zo bijzonder aan een hand krijgen van je dochter? Maar voor mij betekende het de wereld. Dit was namelijk voor het eerst dat Jade zelf verbinding en fysieke toenadering zocht bij mij. Daar had ik dertien jaar op gewacht."

Angst en stress

"Ik had geen sterke kinderwens, eerlijk gezegd. Zelf had ik een angstige relatie met mijn moeder. Ze kon vanuit het niets enorm boos worden of mij dagenlang negeren, waardoor ik me niet veilig voelde bij haar. Hoe kon ik dan ooit een goede moeder worden? Ik was zeventien toen ik met modellenwerk begon. Ik was een verlegen, grijs muisje maar dit werk gaf me zelfvertrouwen. Eindelijk werd ik gezien. Het modellenwerk was mijn escape. Ik ging het huis uit, reisde voor mijn werk de wereld rond en woonde lange tijd in New York.

Na tien jaar ging ik weer terug naar Nederland om te studeren. Ik ontmoette een Indiase man op wie ik verliefd werd. Hij wilde heel graag kinderen, en na een tijd ging ik toch overstag. Ik raakte zwanger en we trouwden. De zwangerschap vond ik mooi en bijzonder, maar echt genieten kon ik er niet van. Mijn man draaide namelijk na onze bruiloft als een blad aan de boom om. Hij wilde dat ik de hele dag thuisbleef terwijl hij zelf de hort op ging – vaak had ik geen idee waar hij uithing. Hij dronk veel en raakte drugsverslaafd. De situatie thuis was gruwelijk. Mijn man loog over alles, sloot me soms op in de badkamer en gebruikte steeds vaker geweld. Ik was ontzettend bang voor hem. Mijn hele zwangerschap heb ik dus angst en stress gevoeld, en onder die omstandigheden werd Jade ook geboren. Met de kennis van nu weet ik dat mijn dochter zwaar getraumatiseerd ter wereld is gekomen. Stress gaat in je lichaam en in je systeem zitten. Ze was een angstige baby, huilde veel en had haar ogen altijd wijd open – alert op gevaar."

Alain ziet zijn dochter nooit meer
Lees ook

Alain ziet zijn dochter nooit meer

Waardeloze moeder

"Jade was een paar maanden oud toen ik bij mijn toenmalige man wegging. Voor onze veiligheid moest ik wegvluchten. Jade en ik gingen bij mijn vader op zolder wonen. Ik had korte lijntjes met de politie omdat mijn ex mij stalkte en bedreigde. Dan stond hij op straat te schreeuwen: "Ik vermoord jou en je vader! Ik beloof je: Voordat míj́n dochter één jaar oud is, is ze bij mijn familie in India en zie je haar nooit meer."

Jarenlang liep ik met pepperspray in mijn jaszak rond als ik met mijn dochter aan het wandelen was, zo bang was ik dat er een busje voor mij zou stoppen met een paar criminelen die mijn dochter dan zouden ontvoeren. Die constante angst heb ik natuurlijk op Jade overgebracht, en hielp de situatie ook niet echt. 

Mijn ex had me met veel schulden opgezadeld, en om die af te betalen ging ik weer modellenwerk doen. Het was een pittige tijd die in het teken stond van overleven. Ondertussen merkte ik dat er iets niet klopte met Jade. Van een angstige baby was ze een peuter geworden die heel open en aanhankelijk was naar vreemden – die vonden haar een heerlijk kind. Maar met mij wilde ze nooit knuffelen, ze duwde mij zelfs weg. Ze zocht wel mijn nabijheid, maar nooit de versmelting. Dus ze ging wel bij mij op schoot zitten, maar sloeg nooit haar handjes om mijn nek. Ik voelde me een waardeloze moeder. Zie je nou wel dat ik er niets van bakte, mijn eigen kind moet niets van me weten, dacht ik wanhopig. Soms deelde ik mijn zorgen met anderen, maar die wuifden het dan weg. 'Ieder kind heeft wel iets eigenaardigs', werd er dan gezegd. Maar mijn onderbuikgevoelens – die ik die weg probeerde te stoppen – vertelden mij dat er iets mis was met mijn dochter."

Schuldgevoel

"Vier jaar later was ik getrouwd met mijn huidige man en werd ik moeder van een zoon. Het verschil was enorm. Mijn zoon was een rustige, vrolijke baby die weinig huilde. En hij was een knuffelbeer die heerlijk in mijn armen lag en kleffe kusjes gaf. O, ik kan wel wél, een goede moeder zijn, besefte ik toen. Het maakte me ook verdrietig, want waarom hield mijn dochter niet van mij? Nu weet ik: ze houdt wel van mij, maar ze kon het toen niet uiten. Er zat een groot trauma over haar liefde en gevoelens heen. Ze was hyperalert en ervoer alles als gevaar.

Op de basisschool werd het steeds duidelijker dat Jade zich anders gedroeg. Ze werd als raar gezien en werd niet geaccepteerd. Niemand wilde met haar spelen en ze werd continu buitengesloten en geplaagd. Naar het schoolplein droeg ik altijd een grote zonnebril zodat niemand mijn tranen kon zien. Na twee jaar kleuterschool kon ik het niet meer aan en heb ik haar van school gehaald en naar een dagbehandeling gebracht. Daar kreeg ze cognitieve en gedragstherapie. Dat traject duurde twee jaar en toen kreeg ik te horen: 'Sorry, we kunnen haar niet meer helpen. Jade zal nooit meedraaien in de maatschappij.' Ze werd in het hokje van ADHD gestopt en kreeg op haar zesde Ritalin voorgeschreven. 'Ik wil dood,' zei ze. Toen ben ik meteen met die medicijnen gestopt. Later kwam de diagnose PDD-NOS, maar ik voelde dat dat niet klopte. Uiteindelijk bleef de diagnose hechtingsstoornis overeind. Dat was even slikken voor mij. Want dat betekende dat het niet aangeboren was maar dat ik als moeder zijnde er een aandeel in had. Ik voelde me vreselijk schuldig, want ik had haar in die onveilige omgeving ter wereld gebracht. Dat schuldgevoel vrat aan me."

Traumaverwerking

"Tegelijk bevestigde het mijn onderbuikgevoel dat ik al jaren had. Het maakte me strijdlustig en wakkerde de drive aan om mijn dochter te helpen. Inmiddels hadden we al tig soorten therapie gevolgd, maar nog steeds maakte Jade weinig contact met mij of anderen. Ze leek wel een hele huls. Een buurvrouw tipte Tomatis-therapie, dat gericht is op traumaverwerking. Dit hield dagelijks twee uur therapie in, maar we besloten het te proberen. Ik stopte met werken om Jade hierin te kunnen begeleiden. En na een paar sessies zei ze ineens toen we samen in de auto zaten: 'Mama, bestaat er een konijnenhemel?' Dat Jade zulke gedachten had én ze ook nog eens deelde met mij, was compleet nieuw. Toen ze later in New York mijn hand vastpakte, wist ik dat we echt op de goede weg zaten."

Nooit negeren

"Inmiddels heb ik twee boeken geschreven over hechtingsproblematiek. Dat begon met een handleiding die ik voor de juf van Jade schreef, over hoe ze het beste met haar om kon gaan. Ook schreef ik blogs waarin ik mijn ervaringen en kennis deel. Dat doe ik ook in lezingen en gastcolleges. Ik spreek veel op symposia van bijvoorbeeld pleegzorg, de politie en instellingen. Het is mijn missie om hechtingsproblemen meer bekendheid te geven, zodat er meer begrip en bewustwording ontstaat.

Zo vaak werd ik niet serieus genomen door leraren of hulpverleners, omdat ze weinig weten over hechtingsstoornissen. Ik geef veel trainingen aan ouders, en ook van hen hoor ik vaak zulke verhalen terug. Dat er adviezen of diagnoses worden gegeven die nergens op slaan. Dan zeg ik: 'Maar wat vind jij, en wat voel jij?' Het is zo belangrijk om als ouder op je onderbuikgevoel te vertrouwen. De 'witte jassen' weten het niet altijd beter. Zo vaak heb ik me in mijn zoektocht eenzaam gevoeld. Dan keek ik naar mijn dochter, ik wíst dat er iets niet klopte maar kon het niet onder woorden brengen of plaatsen. Ik heb echt moeten leren om mijn moedergevoel te volgen. Nooit meer zal ik dat negeren."

Feestje

"Gelukkig gaat het nu fantastisch met Jade. Ze is eenentwintig jaar en zit net als leeftijdgenoten vol met plannen voor de toekomst. Heel graag wil ze visagist worden. Ze volgt nog steeds therapieën, maar is aan het helen en aan het groeien. Ze bouwt vriendschappen op en weet wat ze wil. Ze knuffelt me uit zichzelf en raakt me aan. Alles waarvan ze vroeger zeiden dat zij nooit zou kunnen, doet ze nu. Elke dag is een feestje met haar. Ik ben wél een goede moeder en barst uit elkaar van trots."

Wil je geen aflevering van deze rubriek missen? Klik dan op de Nooit Meer-tag hieronder en vervolgens linksboven op 'Volgen'.

Nooit meer? 

Wil jij ook je verhaal kwijt en vertellen wat je 'nooit meer' wil meemaken, doen of juist laten? We zijn benieuwd naar jouw verhaal. Mail ons op weekendmagazine@rtl.nl

Lees meer over
Nooit meerMoederADHD