Privacybescherming: dit is waarom Michael P. zo veel vrijheden kreeg
De moordenaar van Anne Faber, Michael P., wilde niet dat het dossier over zijn zedenzaak werd gedeeld met de kliniek Aventurijn waar hij vanaf januari 2017 werd behandeld. Mede daardoor kreeg hij geen juiste behandeling, blijkt uit het vernietigende rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid vandaag.
"Onvoorstelbaar. Ik wist niet dat het zo erg was", zegt Hjalmar van Marle, hoogleraar forensische psychiatrie.
Doordat de informatie niet werd gedeeld door de inrichting in Vught met de kliniek in Den Dolder, kreeg P. een behandeling in de kliniek die niet was gebaseerd op zijn verleden met zedenzaken, maar slechts voor agressie en middelengebruik. En dat terwijl P. twee minderjarige meisje had verkracht onder bedreiging van een pistool.
Veel vrijheden
P. kreeg bij de kliniek snel veel vrijheden. Drie maanden na zijn overplaatsing in januari 2017 had hij al voldoende vrijheden om in de omgeving rond te reizen. Eind september 2017 verkrachtte en vermoordde hij Anne Faber, die een stukje was gaan fietsen.
'Medisch dossier moet mee'
De Onderzoeksraad van Veiligheid concludeert nu dat er grote fouten zijn gemaakt. Ook in de communicatie tussen de gevangenis in Vught en Avonturijn, de kliniek in Den Dolder. De gevangenis in Vught had de informatie over het zedenverleden van P. moeten overdragen aan de kliniek, maar deed dat niet omdat P. daar geen toestemming voor gaf. "Er moet veel meer informatie komen, het medisch dossier moet gewoon met de patiënt meegaan", zegt Van Marle nu.
Privacyexpert Koen Versmissen is ook verbaasd over de gang van zaken. Het is volgens hem logisch dat er goed wordt nagedacht over het delen van persoonsgegevens. "Als de veiligheid in het geding is, dan zijn er voldoende mogelijkheden om informatie te delen."
Vonnis
Hoewel de kliniek Aventurijn niet van Michael P. hoorde dat hij meerdere verkrachtingen had gepleegd, konden ze dat wel weten. Hij was er immers voor veroordeeld, dus ze hadden alleen maar het vonnis hoeven lezen. Toch zou het beter zijn als ze dergelijk belangrijke informatie gewoon zouden ontvangen, zegt Van Marle.
Maar, hoe kan het dat P. überhaupt kon weigeren dat er informatie over hem werd gedeeld? Privacyexpert Versmissen legt uit: "Als de veiligheid in het geding is, dan zijn er voldoende mogelijkheden om informatie te delen. Toestemming is dan niet nodig. En trouwens ook niet goed mogelijk, omdat je niet vrij bent om geen toestemming te geven. Die aanbeveling van de OVV slaat dan ook de plank mis."
P. koos ervoor om de informatie niet te delen. Zo'n situatie is te voorkomen als instellingen bepalen dat de openbare veiligheid in het geding is als de informatie over een persoon niet wordt verspreid. "Je moet altijd afwegingen maken of de veiligheid in het geding is. Je kunt niet altijd ingrijpen."
Duidelijke fouten
En dus kun je ook niet voorkomen dat het soms misgaat, zegt Versmissen. "We zullen moeten accepteren dat er soms gewonden of doden vallen, hoe vreselijk dat ook is. Als we dat niet doen, zullen we leven in een politiestaat. Maar in dit geval zijn er wel een aantal duidelijke fouten gemaakt."
De advocaat van Michael P. reageert ook op de zaak. Hij zegt dat Michael P. in eerste instantie heeft gezegd dat hij de informatie over zijn zedenverleden niet meegestuurd wilde hebben. "Later heeft hij gezegd dat hij het wel wilde meesturen." Ook is het volgens de advocaat onzin dat de kliniek niet wist over het zedenverleden van P. In de overdracht van de gevangenis in Vught naar de kliniek stond volgens de advocaat geschreven dat hij vrouwen had verkracht. "Als dan de bellen niet gaan rinkelen dat ze daar nadere informatie over moeten vragen, dan weet ik het ook niet meer."
In dit geval is het dus flink misgegaan, is de conclusie. Van Marle doet een schot voor de boeg voor een oplossing: "Het wordt terecht opgemerkt dat het uitblijven van informatiedeling een belemmering was. De overdracht moet beter. Ik mis een veiligheidsadviseur. Iemand die informatie kan wegen en beoordelen."