Helft restaurants in de fout met informatie over voedselallergieën
Bij ruim de helft van de plekken waar onverpakt eten wordt verkocht, werden vorig jaar fouten gemaakt bij het geven van informatie over allergenen. Dat blijkt uit onderzoek van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). Volgens Stichting Voedselallergie worden daardoor meerdere mensen per dag (ernstig) ziek.
Bedrijven die onverpakt eten verkopen, zijn verplicht hun gasten te informeren over de aanwezigheid van veertien veelvoorkomende allergenen, bestandsdelen van voedsel waar mensen allergisch voor kunnen zijn. Dat zijn glutenbevattende granen, ei, vis, pinda's, noten, soja, melk (inclusief lactose-intolerantie), schaaldieren, weekdieren, selderij, mosterd, sesamzaad, sulfiet en lupine.
Schriftelijk of mondeling
Dat informeren mag via de menukaart of – bijvoorbeeld in winkels – kaartjes bij de schappen, maar ook mondeling. In dat laatste geval moet wel duidelijk worden aangegeven dat klanten daarom kunnen vragen. Vaak gebeurt dat bijvoorbeeld met een regel op de menukaart.
Maar nog vaker gaat het niet goed, concludeert de NVWA. De dienst heeft afgelopen jaar bij 6548 horecagelegenheden, ambachtelijke bedrijven, retailbedrijven en instellingen gecontroleerd hoe de beschikbaarheid van allergeneninformatie is. Bij ruim de helft gaat dat fout, concludeert de NVWA. Dat is minder slecht dan het jaar ervoor, toen 67 procent van de restaurants hiermee nog de fout inging, maar alsnog te veel.
Zo werd bij 30,7 procent van de bedrijven op geen enkele manier informatie gegeven over allergenen. Bij 16,5 procent werd wel mondeling informatie gegeven, maar was die niet schriftelijk of digitaal beschikbaar voor het personeel of de NVWA en bij 12,3 procent van de horeca ontbrak de mededeling dat klanten met vragen over allergenen bij het personeel terechtkunnen.
Vooral bij horeca ging het vaak fout, daar hield 51,8 procent zich niet (volledig) aan de Allergenenwet. Overigens werd dat aantal na waarschuwingen en boetes teruggedrongen naar zo'n 10 procent.
Groot probleem
Dat het zo vaak fout gaat, is een groot probleem, zegt voorzitter Erna Botjes van Stichting Voedselallergie. Ongeveer een half miljoen Nederlanders heeft een voedselallergie, bij 60.000 tot 80.000 mensen is die zelfs potentieel levensbedreigend. "En toch horen we meerdere keren per dag van patiënten dat bij een restaurant gezegd was dat ze iets konden eten en ze er daarna ziek van zijn geworden. Vooral met melk en ei gaat dat verkeerd, omdat die in heel veel producten zitten."
In deze video uit 2017 leggen we uit hoe een voedselallergie werkt:
Botjes pleit daarom voor een betere training van horecapersoneel. "Dan gaat het over het schoonmaken van de keuken en het bewaren van voedingsmiddelen met allergenen, maar ook om productkennis. Ik hoorde bijvoorbeeld dat iemand verteld had dat diegene allergisch is voor melk, en toen kreeg diegene kaas. Of dat er vleesballetjes uit de soep worden gevist als iemand zegt niet tegen eiwitten te kunnen, terwijl die eiwitten dan al in de soep zitten. Dan moet zo'n restaurant niet bluffen maar eerlijk zeggen: deze soep is niet voor u."
Moet van twee kanten komen
Volgens Botjes moet het wel van twee kanten komen: horeca zijn wettelijk verplicht om eerlijk en duidelijk te zijn over allergenen in hun eten, en mensen met voedselallergieën moeten realistische verwachtingen hebben. "Ik zou met allergieën bijvoorbeeld niet naar een wokrestaurant gaan waar pannen meerdere keren worden gebruikt, of naar een restaurant met veel wisselend personeel."
"En ook niet op een drukke vrijdagavond binnenlopen en van alles verwachten; bel dan die ochtend even om te bespreken of ze iets voor je kunnen betekenen. Mijn ervaring is dat je er dan vaak prima uitkomt samen."
"En wees in een restaurant eerlijk over allergieën", voegt Botjes daaraan toe. "Ik ken ook een mevrouw die op een feest met heel veel gasten claimde dat ze allergisch was voor melk. De kok deed zijn stinkende best, en als nagerecht wilde ze cappuccino. Dan komt als kok de stoom toch uit je oren? Bij mij zelfs!"
Geen lactose, wel cappuccino
Dat zegt ook chef-kok Estée Strooker, die meerdere van exact dit soort voorbeelden kent. "Het gebeurt echt! Dan heb je de hele avond je menu aangepast, alles lactosevrij gemaakt, en zeggen ze over de cappuccino: 'O, ik neem wel even een pilletje'."
Strooker maakte in haar restaurant, dat vorig jaar de deuren sloot, alleen verrassingsmenu's. En dat betekende een hoop dieetwensen per avond en voor haar gevoel ook een hoop nepallergieën. "Echte allergieën zal ik altijd serieus nemen, dat is gewoon heel vervelend, van bijvoorbeeld pinda's of schelpdieren kan iemand een hele heftige reactie krijgen."
Duidelijke grenzen
"Maar als iemand zegt alleen allergisch te zijn voor spruitjes of kaneel, dan heb ik daar wel mijn twijfels bij. Zeker als je 50 gasten hebt op een avond en nummer tien dient zich aan met allergieën, dat lijkt mij statistisch heel sterk. Of mensen die zeggen niet tegen gluten te kunnen, maar niet te weten wat coeliakie is. Ja, dan sta ik er wel wat cynisch tegenover."
Stooker koos ervoor duidelijk haar grenzen aan te geven: met sommige dingen kon ze simpelweg geen rekening houden. "Afgelopen zomer had ik een pop-uprestaurant, toen heb heel duidelijk gezegd: dit zijn de dingen waar ik rekening mee kan houden, met de rest niet. Dan is de keuze aan jou of je bij mij komt eten of niet."