Profvoetballer Quincy Promes wil zijn hoger beroep niet bijwonen als hij het risico loopt bij aankomst in Nederland in de cel te belanden. Dit zei zijn advocaat Robert Malewicz tijdens een inleidende zitting bij het hof in Amsterdam.
Het hoger beroep gaat over zowel drugssmokkel als het feit dat hij op een feestje zijn neef met een mes in zijn knie had gestoken.
Promes werd in februari door de rechtbank in Amsterdam veroordeeld tot een celstraf van zes jaar voor betrokkenheid bij de smokkel van in totaal ruim 1350 kilo cocaïne via de haven van Antwerpen. Voor de mishandeling van zijn neef kreeg hij vorig jaar juni een celstraf van 18 maanden opgelegd. In het hoger beroep worden beide zaken samengevoegd.
Promes is volgens Malewicz 'in eerste instantie' bereid om naar Nederland te komen om het hoger beroep bij te wonen en inhoudelijk te reageren op de beschuldigingen. Maar hij heeft te maken met een zogeheten bevel gevangenneming dat de rechtbank in Amsterdam heeft afgegeven in beide zaken, waardoor hij in de cel belandt zodra hij Dubai verlaat.
De advocaat noemt dat een dilemma, omdat zijn cliënt zijn topsportcarrière wil voortzetten 'en dat verenigt zich niet met een lange periode van detentie'.
Er loopt ook nog een zaak tegen Promes in Dubai. Promes werd in maart in de gevangenis in Dubai gezet, nadat hij daar was aangehouden vanwege zijn betrokkenheid bij een auto-ongeluk. In mei kwam hij voorwaardelijk vrij.
Het Openbaar Ministerie in Nederland verwacht dat die zaak nog dit jaar wordt behandeld. "Mogelijk in november", zei de advocaat-generaal. Daarnaast heeft Nederland Dubai gevraagd om Promes uit te leveren voor de drugszaak. Die procedure loopt nog.
De 50-voudig Oranje-international speelde voor zijn arrestatie in Dubai bij Spartak Moskou. Maar omdat hij Dubai niet mocht verlaten, heeft hij een overeenkomst gesloten met de plaatselijke club United FC. Die club komt uit op het tweede niveau in de Verenigde Arabische Emiraten.
