Moestafa redde jongen (19) uit brandende auto: 'Hij had het anders zeker niet overleefd'
Een 19-jarige jongen uit het Zuid-Hollandse Kaag en Braassem die gisterochtend een ernstig ongeluk kreeg heeft het dankzij een engeltje op zijn schouder overleefd, en dat engeltje heet Moestafa Amenzou. De taxichauffeur uit Hoofddorp trok de zwaargewonde jongen uit zijn brandende auto.
Het was nog vroeg in de ochtend toen de 45-jarige Moestafa van huis vertrok richting een klant. In zijn auto de geur van verse koffie, die hij thuis nog even had gezet. Hij nam de N201. Een weg zoals zoveel N-wegen: zonder lantaarns en met een eindeloze rij bomen.
Nog maar net onderweg, zag Moestafa langs de weg een auto tegen een boom staan. "Ik zie wel vaker een auto langs de kant", vertelt hij aan RTL Nieuws. "Meestal zijn het dan mensen die zijn aangehouden en niet meer verder mogen rijden. Nu besloot ik te stoppen."
'Je moet eruit!'
De ervaren taxichauffeur stapte uit en zag al snel dat er iets mis was. "De jongen zat voorovergebogen achter het stuur. Zijn hoofd bewoog een beetje maar hij leek niet helemaal helder. Ik dacht: dit gaat niet goed. Ik gooide mijn koffie weg en rende naar hem toe."
Toen Moestafa de jongen aansprak, reageerde hij 'niet echt'. "Toen keek ik naar de voorkant van de auto en zag ik al een beetje vuur ontstaan. Ik wilde de deur openen, maar dat lukte niet."
De chauffeur begreep dat hij snel moest handelen. "Ik liep naar mijn auto om mijn telefoon te pakken zodat ik de politie kon bellen. Maar ik zag dat het vuur groter werd. Dus ik ben snel teruggelopen."
"Je moet eruit!", riep Moestafa tegen de jongen. "Hij zei dat hij dat niet kon, omdat zijn been gebroken was." Terwijl de vlammen steeds meer bezit van de auto namen, lukte het de taxichauffeur om de autodeur te openen. "Toen begon ik hem uit de auto te trekken, maar de jongen krijste het uit van de pijn."
'Been hing er slap bij'
Tijdens de reddingsactie stopte er, geheel toevallig, een andere taxichauffeur. De twee mannen trokken het slachtoffer op veilige afstand van de auto. "Zijn been hing er slap bij", vertelt Moestafa. "We legden hem op het asfalt. Ondertussen begon de auto nog meer te fikken en te knallen, dus moesten we de jongen nog verder leggen."
"Ik ben daarna nog in de auto gaan kijken of er waardevolle spullen waren. Ik vond een telefoon. Daarna ging het heel snel en brandde die auto helemaal uit." Drie minuten nadat Moestafa het slachtoffer had gered, maakte hij een foto van de auto.
De taxichauffeurs wachtten samen met het slachtoffer op de hulpdiensten. Moestafa vroeg de naam van de jongen, en waar hij vandaan kwam. "Ik wilde kijken of hij wel bij bewustzijn bleef. De jongen huilde de hele tijd en vroeg of we bij hem wilden blijven. De andere taxichauffeur hield zijn been vast."
Pas later op de dag kwam bij Moestafa het besef van wat er allemaal is gebeurd. "Ik denk nu wel: jeetje wat heftig", zegt hij. "Als ik niet had ingegrepen had die jongen het zeker niet overleefd. Maar toch: ieder mens zou dit doen, denk ik. We moeten elkaar uit de brand helpen. Letterlijk."
De jongen is naar het ziekenhuis gebracht. Moestafa heeft hem niet meer gesproken. "Maar ik hoorde wel van de politie dat hij in het ziekenhuis ligt." Zelf hield de taxichauffeur niets meer over aan het ongeluk dan een heldhaftig verhaal.