Dit moet je weten over Draaiboek Vrede, dat nieuwe onrust in Amsterdam moet voorkomen
Het zogenoemde 'Draaiboek Vrede' is weer van kracht in Amsterdam. Dat zei burgemeester Femke Halsema tijdens het debat over de gebeurtenissen na de voetbalwedstrijd tussen Ajax en Maccabi Tel Aviv. Maar wat houdt het draaiboek in en wie zijn erbij betrokken?
Na de moord op Theo van Gogh zette toenmalig burgemeester Job Cohen een speciaal noodplan in werking, het zogenaamde 'Draaiboek Vrede'. In de Amsterdamse wijken met veel verschillende etnische groepen werd extra politie ingezet om te patrouilleren. Lokale politici werden gevraagd de straat op te gaan om eventuele beginnende spanningen in de wijk te melden.
Het draaiboek werd daarna meerdere keren geactiveerd, zoals bij grote rellen in Frankrijk. Het werd na de aanslag van Hamas op Israël opnieuw geactiveerd op 7 oktober 2023 en loopt nog steeds, maar wordt sinds kort geïntensiveerd. Halsema legde tijdens het debat uit: "Dat betekent dat gemeentelijke organisaties, welzijnswerkers, jongerenwerkers maar ook politieagenten en buurtmoeders permanent met elkaar in contact staan om de atmosfeer in onze wijken te peilen."
Hoofdagent Galid uit Amsterdam Nieuw-West legt uit dat meerdere organisaties nauwer samenwerken wanneer het Draaiboek Vrede wordt geactiveerd. "Het is essentieel om de verbinding met jongeren op straat te herstellen", zegt hij. "We proberen proactief in contact te staan, onder meer via sociale media, zodat de drempel om met ons te praten laag blijft."
Daarnaast benadrukt Galid dat de politie samenwerkt met buurtvaders, -moeders, straatcoaches en lokale imams. "We willen dat jongeren zich bij ons kunnen melden. Ook al is niet elke jongere meteen geneigd om te praten, het gaat erom dat ze weten dat we er zijn", zegt hij.
Moeders hielden kinderen thuis
Rafia Aallouch, van Stichting Home Empowerment, runt een van de organisaties die onder andere buurtmoeders en -vaders mobiliseert tijdens het Draaiboek Vrede. Ze betreurt dat de situatie op Plein 40-45 uit de hand is gelopen. "Het valt niet goed te praten. Wij keuren alle vormen van geweld af en we doen er alles aan om te voorkomen dat dit nogmaals gebeurt. Toen er plannen waren om te rellen in de wijk Osdorp, hebben we direct vaders de straat opgestuurd en moeders aangespoord om hun kinderen thuis te houden." Er waren die avond geen rellen in de wijk.
Buurtouders, imams, jongerenwerkers, straatcoaches en agenten gaan regelmatig de straat op om de gevoelens en gedachten van de jongeren aan te horen. Rafia kwam erachter dat de rellen grotendeels voortkwamen uit een diepgeworteld gevoel van onrecht en frustratie bij de jongeren.
Ze wijst erop dat er recente onderzoeken zijn die discriminatie in verschillende sectoren aankaarten, bijvoorbeeld bij het vinden van stageplekken, werk of een woning. "Dit zijn zaken die we niet mogen ontkennen", zegt ze. "Veel jongeren ervaren dit dagelijks en het draagt bij aan hun frustraties. We moeten ze de ruimte geven om hierover te praten, niet onderdrukken." Onderdeel van het Draaiboek Vrede is om deze gevoelens bespreekbaar te maken.
Rafia vertelt: "Veel jongeren voelden zich niet gehoord na de recente toespraak van de minister en burgemeester over de onveilige situaties die waren ontstaan rond Ajax - Maccabi Tel Aviv. Ze worden emotioneel door beelden van vermoorde kinderen in Gaza. Dit gaat verder dan religie, want ook veel jongeren die geen moslim zijn, voelen zich geraakt door de beelden van geweld."
Ze wijst erop dat Israëlische fans Palestijnse vlaggen van gevels trokken en vernielden. Ook werd een Amsterdamse taxi belaagd en werden er kwetsende liedjes gezongen door Maccabi-fans. "We keuren het geweld van beide kanten niet goed, maar we moeten wel naar de onderliggende oorzaken kijken." Rafia vertelt dat veel jongeren het gevoel hebben dat ze niet mogen demonstreren of op school over hun gevoelens kunnen praten, waardoor hun frustratie opborrelt.
'Marokkaans tuig'
Rafia, die zelf deel uitmaakt van de Marokkaanse gemeenschap in Nederland, wijst op het probleem van stereotypering en het stigma dat sommige jongeren ervaren. "In de media worden veel jongeren uit mijn gemeenschap weggezet als 'Marokkaans tuig', maar dat is een generalisatie die niet klopt. Dit zijn gewoon Nederlandse jongeren die hier zijn opgegroeid en die zich gewoon Nederlands voelen", zegt ze. "Wanneer je hen afschildert als een bedreiging voor de samenleving, zorg je ervoor dat ze zich nog verder buitengesloten voelen. Veel van deze jongeren hebben niet eens een tweede paspoort."
Ook benadrukt ze dat het vaak gaat over 'relschoppers uit Amsterdam Nieuw-West', terwijl honderden jongeren met een migratieachtergrond bijdragen aan de Nederlandse samenleving. "Er zijn zoveel Marokkaans-Nederlandse jongeren die geweldige banen hebben. Van advocaten tot journalisten en van politici tot artsen. Het is verkeerd om alle jongeren over één kam te scheren."
Joodse buurman
Rafia pleit ervoor dat we de dialoog blijven aangaan, niet alleen met de jongeren zelf, maar ook met joodse en islamitische gemeenschappen. "In Amsterdam leven moslims en joden al zolang naast elkaar, met respect en liefde voor elkaar. Mijn joodse buurman heeft zelfs de navelstreng van mijn zoon doorgeknipt", vertelt ze. "Om echt vooruit te komen, moeten we niet naar elkaar wijzen, maar samenwerken aan oplossingen."
Rafia is duidelijk: "Het is tijd om de dialoog open te houden en te werken aan een samenleving waarin iedereen, ongeacht hun achtergrond, zich gerespecteerd en gehoord voelt."
Hoofdagent Galid vertelt trots te zijn op de manier waarop buurtbewoners in heel Nieuw-West zich inzetten om de veiligheid in de wijk te herstellen. "Zoveel mensen gaan vrijwillig op pad. Dat laat de saamhorigheid in de wijk zien en de verantwoordelijkheid die mensen voelen om het op te lossen, ondanks wat er gezegd of geroepen wordt. Ze gaan er toch staan en spreken elkaar aan op elkaars gedrag."