Mbo'ers ervaren veel druk: 'Problemen thuis spelen belangrijke rol'
Tienduizenden mbo-studenten hebben last van prestatiedruk en stress. Ze maken lange lesdagen, hebben drukke stages en dragen regelmatig veel verantwoordelijkheden thuis. Dat blijkt uit een nieuw onderzoek naar prestatiedruk en stress onder mbo-studenten. Ook hbo- en wo-studenten hebben last van stress, maar opvallend is dat bij hen de oorzaken anders zijn.
Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap gaf begin dit jaar de opdracht aan het Trimbos-instituut, ECIO, Pharos, Universiteit Utrecht en Erasmus Universiteit Rotterdam om onderzoek te doen naar de mentale gezondheid van mbo'ers, een groep die bestaat uit ruim een half miljoen studenten. Vorig jaar werd nog eenzelfde soort onderzoek gedaan onder hbo- en wo-studenten.
Het is de eerste keer dat op zo'n grote schaal onderzoek is gedaan bij mbo'ers. De onderzoekers signaleren een opeenstapeling van verantwoordelijkheden bij de mbo'ers: veel lesuren, lange stagedagen en soms spanningen of problematiek thuis.
Financiële bijdrage
Het valt de onderzoekers op dat problemen thuis een grotere rol lijkt te spelen bij mbo-studenten dan bij hbo- en wo-studenten. Ze hoorden vaker van de mbo'ers dat ze bijvoorbeeld huishoudelijk of financieel moeten bijdragen. "Er zijn studenten van wie ouders elke maand een financiële bijdrage verwachten. Als zij stage moeten lopen en ze krijgen een lage of zelfs geen stagevergoeding, dan valt die financiële bijdrage thuis weg. Dat levert nogal wat stress op", legt hoofdonderzoeker Jolien Dopmeijer van het Trimbos Instituut uit.
Ze zegt dat al wel duidelijk was dat er veel prestatiedruk en stress is onder mbo-studenten, maar de oorzaken daarvan waren niet bekend. Dus was het belangrijk om dit in kaart te brengen: "Deze studenten zijn in staat om veel te dragen. Maar prestatiedruk en stress kunnen uiteindelijk leiden tot uitval en gezondheidsproblemen", zegt Dopmeijer.
Stagediscriminatie en geen vergoeding
De mbo-studenten voelen zich vaak ondergewaardeerd, komt uit het onderzoek. Ze zeggen te maken te hebben met stagediscriminatie, krijgen soms geen stagevergoeding of zien dat hbo- en wo-studenten een hogere vergoeding krijgen dan zij. Die ongelijkheid ervaren ze ook als ze kijken naar hun toekomst: een lager salaris dan hbo'ers en wo'ers bij hun toekomstige baan.
"We zien dat er echt wel veel aan gedaan wordt. Vorig jaar zijn er bijvoorbeeld afspraken gemaakt over het gelijktrekken van stagevergoedingen tussen het mbo, hbo en wo", vertelt Dopmeijer. "Maar je kunt bedrijven niet wettelijk verplichten stagiaires te betalen. Er zijn nog steeds situaties waarin mbo'ers aangeven dat ze minder of niks krijgen, terwijl hbo- of wo-studenten wel een bedrag krijgen."
Begeleiding
Over het algemeen is er volgens Dopmeijer wel veel aandacht voor studentenwelzijn binnen het mbo. "Dat was lange tijd meer dan in het hbo en wo, maar de laatste jaren zijn er op deze opleidingsniveaus grote sprongen in gemaakt waardoor het mbo is achtergebleven."
De onderzoekers zien bij docenten en studenten veel welwillendheid, maar gebrek aan tijd en mankracht. Ze bevelen daarom aan om te investeren in goede begeleiding van studenten. Ook moeten er meer rolmodellen met een mbo-achtergrond komen, waar studenten zich aan kunnen spiegelen.