Bart en Robin liepen Dam tot Damloop tóch: 'We konden zo het parcours weer op'
De Dam tot Damloop van afgelopen weekend werd een gevecht tegen de warmte. Uiteindelijk besloot de organisatie dat ruim 4500 lopers gisteren niet meer mochten starten. Bart en Robin vonden een manier om toch deel te kunnen nemen. "We renden naar de veerpont over het IJ en konden zo het parcours weer op."
Maanden van voorbereiding gingen voor Bart van der Hucht (53) aan de Dam tot Damloop vooraf. Sinds iets meer dan een half jaar heeft hij nog maar een halve long door longproblemen en zijn moeder heeft een longembolie gehad. Dat maakte dat Bart voor het Longfonds geld op wilde halen.
Hij trainde vier keer in de week om mee te kunnen lopen. "Als je dan te horen krijgt dat je niet kunt starten, dan is dat een bittere pil. Een pil die ik niet wilde slikken. Doordat ik me goed had voorbereid op deze route wist ik hoe ik in Zaandam kon komen. Ik stak met de pont het IJ over, rende door Amsterdam-Noord heen en ging uiteindelijk het parcours op."
Hij was niet de enige, volgens Bart deden zeker honderd deelnemers hetzelfde. "Mensen reageerden verdrietig en teleurgesteld, maar ik had voor het Longfonds 1800 euro opgehaald. Ik voelde me verplicht naar alle donateurs om toch te lopen. Ik wist waar ik aan begon en was goed getraind", zegt Bart.
Uiteindelijk lukt het hem toch om de beloofde 10 mijl (16,1 kilometer) te lopen. Bart vond de 23 graden op dat moment niet te warm.
Druk bij de hulpdiensten
Volgens de organisatie van het evenement was de druk op de hulpdiensten te groot, zegt adjunct-directeur René Wit. In totaal moest de ambulance gisteren iets meer dan vijftig keer uitrukken. "Dat is bovengemiddeld voor het hardloopevenement", zegt Wit. Normaal hebben nog geen dertig deelnemers medische hulp nodig, schat hij voorzichtig in. Het aantal deelnemers was ook niet hoger dan normaal. Wit: "De mensen die naar het ziekenhuis moesten, waren aanspreekbaar en er raakte niemand ernstig gewond."
Na elk sportevenement neemt Le Champion contact op met de deelnemers die medische zorg nodig hadden. Van hen wil de organisatie onder andere hun leeftijd, conditie en geslacht weten. Die informatie wordt gebruikt voor volgende edities.
Hoe goed de Dam tot Damlopers in het algemeen voorbereid waren, vindt Wit lastig te zeggen. "Bij elk hardloopevenement heb je getrainde en ongetrainde lopers. Dat hoort niet exclusief bij de Dam tot Damloop. We hebben het maximale gedaan om de mensen goed te informeren: we hebben omgeroepen bij de start en op de route, en ook op ledschermen informatie gegeven. Technisch kunnen we dingen aanpassen, maar het gaat vooral om bewustwording onder de deelnemers."
Ook besloot de organisatie 'de start te verlengen'. De deelnemers startten verspreid over de dag, waardoor de druk op de medische diensten lager zou zijn. Rond 15.00 uur bleek het spreiden afdoende te werken en werd de druk op de hulpdiensten te groot om de laatste twee groepen te laten starten.
Ook Robin Masselink (45) en zijn twee vrienden waren teleurgesteld toen ze hoorden dat ze niet mochten beginnen aan de wedstrijd. "We stonden dansend en springend klaar om te beginnen en dan hoor je opeens dat je niet kunt starten. We waren niet boos, maar gewoon teleurgesteld. Je leeft hier zo naartoe."
"Mijn vriend zei: 'er gaat een pont, laten we die nemen en vanaf daar gaan lopen'. Tot de grote verbazing van de drie mannen zien ze vervolgens het parcours. "We hebben alsnog tien kilometer kunnen lopen. We hebben zelfs een medaille gekregen. Uiteindelijk toch een leuke dag gehad met een leuk verhaal", zegt hij.
Robin vindt wel dat de groepen te groot waren. "Misschien moet de organisatie op wat minder mensen inzetten", zegt hij. Zo'n 4500 van de in totaal 46.000 lopers konden niet starten. Volgens Wit waren alle kaarten uitverkocht. De organisatie vindt 45.000 tot 46.000 lopers verantwoord.
"Als je niet goed bent voorbereid op zo'n loop, kan de warmte je overvallen", zegt inspanningsfysioloog Adrie van Diemen. In principe is 23 graden niet te warm, legt hij uit. "Je moet er bij het hardlopen wel tien graden bij optellen, omdat we dan meer warmte produceren dan we kunnen afvoeren, bijvoorbeeld door zweet."
Verschillende lopers werden afgevoerd met ambulances omdat ze een hitteberoerte kregen. "Dat betekent toch dat de omstandigheden zo zijn geweest, dat ze de warmte niet kwijt konden. Ik vermoed dat een sterke luchtvochtigheid een rol gespeeld heeft."
Bij teveel vocht in de lucht kan je zweet niet verdampen. "De lichaamstemperatuur loopt dan snel op", zegt hij. "Zie het als een ei dat je in een pan met water legt met een temperatuur van 20 graden, dan gebeurt er nog niets met het ei. Ook niet bij 30 graden. Daarna gaat het eitje pas stollen, de structuur verandert en de eiwitten raken beschadigd. Zo werkt het ook met het menselijke lichaam als het de warmte niet kwijt kan."
De organisatie van de Dam tot Damloop kijkt nog of de starttijden in het vervolg mogelijk vervroegd moeten worden, omdat het 's ochtends koeler is. Verder kijkt de organisatie nog naar hoe lopers die niet konden starten gecompenseerd kunnen worden, bijvoorbeeld met een startbewijs voor volgend jaar. In de loop van de week wordt daar meer over bekend.