Persvrijheid bereikt wereldwijd nieuw dieptepunt: situatie is 'moeilijk'
De media en journalisten zijn in het afgelopen jaar verder onder druk komen staan. Voor het eerst in de geschiedenis is de situatie wereldwijd 'moeilijk'. Nederland scoort vooralsnog goed en staat derde op de ranglijst, al klinkt er ook hier een waarschuwing: 'Het aantal bedreigingen neemt toe'.
De staat van de persvrijheid wordt jaarlijks in beeld gebracht door Reporters Sans Frontières (RSF). Dat het niet goed gaat, komt vooral door de financiële situatie van media. "Zonder economische onafhankelijkheid kan er geen vrije pers bestaan", zegt RSF-directeur Anne Bocandé.
VS op 57e plaats
De organisatie noemt bijvoorbeeld het besluit van de Verenigde Staten om de financiële steun aan Radio Free Europe/Radio Liberty stop te zetten. Hierdoor zouden miljoenen burgers wereldwijd geen toegang meer hebben tot betrouwbare informatie.
De VS zakken twee plekken, naar de 57e plaats. "De tweede termijn van president Donald Trump leidt tot een zorgwekkende verslechtering van de persvrijheid."
Nederland staat derde op de ranglijst, achter Noorwegen (1) en Estland (2). Dat we het zo goed doen, komt mede door de veroordelingen van zes verdachten van de moord op Peter R. de Vries. Ook het besluit van de overheid om af te zien van de btw-verhoging op media speelt mee.
Toch is er hier 'geen reden tot zelfgenoegzaamheid', zegt directeur Ruth Kronenburg van Free Press Unlimited. Zo werden vorig jaar opnieuw meer journalisten lastiggevallen dan eerder, meldde PersVeilig begin dit jaar.
Situatie Gaza 'rampzalig'
Oorlogen zorgen voor achteruitgang. In Gaza is de situatie 'rampzalig', stelt RSF. Het Israëlische leger heeft daar 'redacties vernietigd, bijna 200 journalisten vermoord en de strook totaal afgesloten van de buitenwereld in de afgelopen 18 maanden'.
De persvrijheid in de bezette Palestijnse gebieden is 'volledig afwezig' en journalistiek bedrijven is gevaarlijk, stelt RSF. De Palestijnse gebieden zijn zes plaatsen gezakt naar de 163e plek. Israël staat op plek 112, een daling van elf plaatsen ten opzichte van vorig jaar.
Helemaal onderaan staan China, Noord-Korea en Eritrea. Net daarboven staat Syrië.
