Waarom stabiel internet in de trein een uitdaging blijft, zelfs al kost het de NS miljoenen

Wifi in de trein zou de NS jaarlijks miljoenen kosten. En dat voor een systeem dat toch een beetje het imago heeft traag, onstabiel en onveilig te zijn. Waarom is het zo'n uitdaging om in de trein een goede internetverbinding op te zetten?
Achttien jaar na de introductie lijkt wifi in de trein op een zijspoor beland. Maandelijks loggen nog maar zo'n drie miljoen reizigers in op het netwerk, aldus De Telegraaf. Toch zou dat de NS volgens de krant 'jaarlijks miljoenen euro's kosten'.
De techniek is volgens de NS ingehaald door de steeds snellere en grotere databundels op mobiele apparaten, maar wegbezuinigen kan ook niet zomaar. NS-woordvoerder Oscar van Elferen zegt tegen EenVandaag dat de NS volgens de concessie verplicht is wifi aan te bieden. Maar waarom is die verbinding vaak zo onstabiel?
Waarom blijft stabiel internet in de trein een uitdaging?
Jan Buis is expert op het gebied van datacommunicatie. Volgens hem zijn er twee factoren die een goede internetverbinding in de trein bemoeilijken.
"Ten eerste zitten we meestal met aardig wat mensen in de trein. Mensen bestaan voor een groot deel uit water en dat is niet de meest vriendelijke manier voor draadloze verbindingen. De straling vindt het niet zo fijn om door water te gaan."
Die drukte zorgt ook voor meer vraag aan bandbreedte. Iedereen wil op hetzelfde moment ook nog zijn eigen IP-adres.
"Vergelijk het met een snelweg. Als je daar in alle vroegte overheen gaat, kun je in je eentje aardig wat snelheid maken, maar in de spits sta je in de file. Zo werkt dat ook met draadloos internet."
Daarnaast is de trein een bewegend object. De connectiviteit met onze mobiele apparaten werkt via een draadloze wifiverbinding op ongeveer dezelfde manier als met onze 5G-verbindingen: via roaming.
"Je rijdt van de ene zendmast weg en moet weer connectie maken met de volgende. Een trein rijdt met enorm hoge snelheid, dus daar zoef je snel aan voorbij. Die golfbeweging is moeilijk weg te nemen en maakt dat je die onstabiliteit kunt blijven ervaren."
En hoe doen ze dat in landen als Japan en Zwitserland dan?
"Ik kan mij zo voorstellen dat ze in die supersnelle Japanse treinen een wifiverbinding tot stand brengen via de satelliet. Zeker weten doe ik dat niet, maar de hulpdiensten in Nederland doen dat bijvoorbeeld ook zo. Hoewel het principe van roaming hetzelfde blijft, zijn dit wel stabielere verbindingen omdat je minder vaak hoeft te wisselen van zendpunt."
"De Zwitsers hebben dan weer geluk met hun vele kloven en dalen waar ze hun zendmasten heel gericht kunnen richten op de trein. Die hoeven bovendien niet helemaal de berg op te zenden omdat daar weinig mensen wonen. En de trein rijdt er vaak net iets minder hard, wat ook een voordeel is."
Heeft de NS nog een alternatief?
"Er zijn zeker systemen voorhanden die een stuk beter zullen werken, maar die zijn allemaal ook een stuk duurder. Zo ben ik ooit betrokken geweest bij een project in Duitsland waarbij ze accesspunten op iedere leidingmast wilden plaatsen. Dat komt de afstand tot de trein ten goede, maar is ook duur. Je ziet dat deze techniek ook gebruikt wordt in bijvoorbeeld gondels naar ski- en wandelgebieden in de bergen. Het kan dus wel, maar het is kostbaar. Op dit moment denk ik dat de NS andere prioriteiten heeft. Wifi in de trein blijft natuurlijk vooral een luxegoed."
De NS laat weten dat de nieuwe dubbeldekkertreinen die zijn besteld en in 2029 op het spoor moeten komen, zijn ingericht op het 5G-netwerk. Of de andere treinen ook overgaan op het 5G-net of met 4G blijven rijden, is nog niet bekend. "Wij houden daarvoor het wifigebruik de komende periode in de gaten", aldus een woordvoerder van de NS.
Wat ook nog weleens hapert is de huur van de OV-fiets. Uit onderzoek van RTL Nieuws blijkt dat veel gebruikers van zo'n fiets onterecht een boete kregen: