2025 allesbepalend

Opwarming onder 1,5 graad houden? Het lijkt onhaalbaar, maar het kán

Door Machiel Rebergen··Aangepast:
© Xinhua/ABACAOpwarming onder 1,5 graad houden? Het lijkt onhaalbaar, maar het kán
RTL

Het is volgens wetenschappers een gigantische opgave, maar het kán nog: de opwarming op aarde onder de 1,5 graad houden, zoals afgesproken in het Klimaatakkoord van Parijs. Dat schreef gisteren althans de klimaatorganisatie van de VN, UNEP, in een nieuw rapport. Twee experts over de vraag: wat is daarvoor nodig? "De ambities die landen wereldwijd formuleren in 2025 worden allesbepalend."

"De grootste impact kunnen we maken met een snelle, wereldwijde transitie naar schone energie", zegt Kornelis Blok, emeritus-hoogleraar Energy Systems Analysis aan de TU Delft en lid van de Wetenschappelijke Klimaatraad. Blok schreef ook mee aan het UNEP-rapport. "Met een snelle overgang naar zonne- en windenergie kan de wereld al een kwart tot een derde van het gat dichten."

Dat 'gat' werd gisteren benoemd door UNEP: het gaat over de kloof die gaapt tussen de maatregelen die nodig zijn om de doelstellingen in het Klimaatakkoord van Parijs te halen, en de stappen die de wereld concreet zet. Het rapport dat gisteren verscheen, schetst daarover geen optimistisch beeld.

Catastrofale stijging

"Doorgaan met het huidige beleid zal leiden tot een catastrofale stijging van de temperatuur tot 3,1 graad Celsius", staat bijvoorbeeld in het persbericht bij het rapport. "De (eigen) klimaatdoelen voor 2030 worden door veel landen niet gehaald. En zelfs als ze wel worden gehaald, zal de temperatuur nog stijgen met 2,6 tot 2,8 graden."

Blok is overigens positiever over de toekomst dan het rapport, maar daarover straks meer.

Klimaatakkoord Parijs: hoe zit dat?

159 lidstaten van de Verenigde Naties spraken in 2015 bij de klimaattop van Parijs af de opwarming van de aarde te beperken tot hooguit 2 graden, met een ambitie van 1,5 graad. Dit is gerekend vanaf de pre-industriële periode, dus vanaf 1900 ongeveer.

De stijging wordt berekend door de temperatuur van de hele wereld te meten over langere periodes – land én zee. Op onderstaande grafiek is te zien dat de temperatuur in Nederland tussen 1980 en 2020 met 1,3 graad steeg, maar dat is dus op land en alleen in Nederland. De zeetemperatuur op aarde stijgt minder snel dan die op het land.

"Alles bij elkaar ligt de opwarming op aarde momenteel op 1,2 of 1,3 graad", zegt hoogleraar Blok.

De gemiddelde temperatuur in Nederland: 9,2 graden in 1980, 10,5 in 2020.© klimaatmonitor.databank.nl / KNMI
De gemiddelde temperatuur in Nederland: 9,2 graden in 1980, 10,5 in 2020.

Ook klimaatonderzoeker Michel den Elzen van het Planbureau voor de Leefomgeving, die eveneens aan het rapport meewerkte, wijst op het belang van een snelle energietransitie: "Daar is veel te halen. Maar dan moeten we er met z'n allen, dus de hele wereld, echt vol voor gaan."

Lijkt een onhaalbare ambitie, maar volgens beide experts is deze aanpassing niet zo onmogelijk als het soms lijkt. Kornelis Blok legt het als volgt uit: "Heel veel landen kunnen nog heel veel meer doen, dat is waar, maar wereldwijd groeit het aandeel in zonne- en windenergie als kool. En belangrijker: het kan héél snel gaan."

Razendsnel opschalen

Als voorbeeld van dat laatste: Vietnam begon nog maar kortgeleden met investeren in schone energiebronnen, en haalt nu al 10 procent van de elektriciteit uit zon en wind. Nederland zit al boven de 50 procent, en gaat volgens hem nog voor 2030 richting de 90 procent.

Den Elzen en het Planbureau zijn voorzichtiger: zij rekenen op 70 procent in 2030, 'vanwege vertraging op zee en een hogere stroomvraag'.

"Landen kunnen snel opschalen", zegt Blok. "Landen als Chili, Australië en Amerika laten zien dat het vlug kan gaan. Voor Indonesië, een land dat er nu eigenlijk nauwelijks iets aan doet, is berekend dat het voor 2040 richting de 100 procent schone elektriciteit kan gaan, bijvoorbeeld uit waterkracht en aardwarmte. De landen die er echt helemaal niet mee bezig zijn, zijn tegenwoordig uitzonderingen."

Een bijzondere uitzondering, maar dan in positieve zin, is China: dat heeft afgelopen jaar meer capaciteit aan groene energie bijgebouwd dan de rest van de wereld bij elkaar.

Maatregel 2 die wereldwijd de grootste impact heeft: het tegengaan van ontbossing. Hierop heeft Nederland weinig invloed, zegt Blok, want de bossen waarom het gaat, liggen in landen als Brazilië, Indonesië en Maleisië. "In Brazilië gaat het nu weer de goede kant op. Tijdens de vorige regering werden grote stukken oerwoud gekapt. Daarbij wordt veel CO2 uitgestoten. De huidige regering beschermt de bossen veel beter."

Derde probleemgeval: industrie en landbouw. En dáár scoort Nederland niet bepaald goed vergeleken bij andere landen. Dat ligt volgens Michel den Elzen niet zozeer aan de ambities, maar aan de uitvoering daarvan: "De klimaatwetgeving op EU-niveau is vergaand. Als deze wetgeving wordt geïmplementeerd, halen we een reductie van 55 procent. Maar omdat de implementatie bij de lidstaten ligt, lopen sommige landen achter, en dan wordt die 55 procent van de EU niet gehaald. Nederland is hier een voorbeeld van."

Alles hangt af van politieke wil

Blok signaleert hetzelfde probleem: "Er zouden maatwerkafspraken komen, maar die werken maar matig. Ik denk dat het tijd is deze sector te verplichten zich aan afspraken rond uitstoot te houden. En ik denk dat subsidies daarbij helpen. De markt voor zonnepanelen en elektrisch rijden zijn jarenlang flink gesubsidieerd, dat kun je met de industrie ook doen."

Tot slot valt er op allerlei andere terreinen nog veel winst te halen: gebouwen bouwen die zuiniger zijn qua energiegebruik, bouw- en industriële processen verduurzamen, meer recycling van grondstoffen, meer elektrische mobiliteit en huishoudens sneller van aardgas af. "En waar we nog brandstoffen nodig hebben voor industrie of vliegtuigen, schone brandstoffen als waterstof gebruiken."

Staat nog deze vraag: hoe realistisch is het 'het kan nog' uit het UNEP-rapport? Den Elzen aarzelt: "Het is ontzettend lastig daar een voorspelling over te doen. Maar het is duidelijk dat het moeilijk zal worden. Technisch en economisch is het mogelijk. De wetgeving in met name Europa is goed, maar het staat of valt bij politieke wil en concrete maatregelen."

Van die politieke wil is hij momenteel allerminst overtuigd: "De geopolitieke situatie is zo dat de wereld in blokken verdeeld is. Om die op één lijn te krijgen is lastig."

Blok is een stuk optimistischer gestemd: "1,5 graad wordt echt lastig, maar hoewel veel deskundigen nu aan 3 graden denken, denk ik dat we in buurt van 2 graden kunnen komen. Ik ben daar echt optimistisch over."

2025 allesbepalend

Hij verklaart zijn zonnige kijk met 'de dynamiek die wereldwijd in het systeem begint te komen. De trage mammoettanker komt op stoom, voor mijn gevoel. Veel landen durven steeds ambitieuzer doelstellingen te formuleren en beloftes te doen. Ik denk zelfs dat het beperkt kan blijven tot 1,7 of 1,8."

2025 is daarbij een 'allesbepalend jaar', zeggen beide experts. Dan moeten landen hun doelstellingen voor 2030 aanscherpen, en die voor 2035 presenteren. Den Elzen: "De klimaattop in Brazilië van 2025 wordt cruciaal. Als de wereld dan echt ambitieuze doelen presenteert, dan kan het heel snel veel beter gaan. Met name landen als China, Brazilië, India en Amerika zijn belangrijk natuurlijk. Valt het daar tegen, dan zie ik het somber in."

Dagelijkse update

Wil jij iedere middag een selectie van het belangrijkste nieuws en de opvallendste verhalen in je mail? Meld je dan nu aan voor de dagelijkse update

Lees meer over
VNPlanbureau voor de LeefomgevingKlimaatveranderingKlimaatakkoord Parijs