Amnesty zegt bewijs te hebben dat druzen in Syrië 'onwettig werden geëxecuteerd'
Mensenrechtenorganisatie Amnesty International zegt overtuigend nieuw bewijs te hebben verzameld dat 46 druzische mannen en vrouwen in Syrië 'buitengerechtelijk zijn geëxecuteerd'. Onder het bewijs zouden geverifieerde video's zijn.
Op de video's zijn gewapende mannen in uniformen van het leger en de veiligheidstroepen te zien, meldt Amnesty. Ook sprak de organisatie ooggetuigen en nabestaanden van het geweld in Sweida.
In dat Syrische gebied laaide het geweld eerder deze zomer op. Het kwam tot botsingen tussen druzen en bedoeïenen waarbij ook veiligheidstroepen van de nieuwe regering betrokken raakten. De druzen en bedoeïenen leven al decennia lang op gespannen voet met elkaar.
Executies in Sweida
Volgens Amnesty zijn 'de regering en aan de regering gelieerde troepen verantwoordelijk voor buitengerechtelijke executies van druzen op 15 en 16 juli in Sweida'. Zo zouden ongewapende mensen zijn gedood op openbare plekken, zoals op een plein, een school, in huizen en in een ziekenhuis.
Ook zouden religieuze druzische mannen vernederd zijn, bijvoorbeeld door hen te dwingen hun snor af te scheren.
Onderzoek
Volgens Ahmed Hussein al-Sharaa, die sinds begin dit jaar officieel de leiding heeft over Syrië, was er al een onderzoek aangekondigd naar de gebeurtenissen in Sweida. Al-Sharaa is een voormalig rebellenleider, en kwam aan de macht nadat rebellen vorig jaar het regime van dictator Bashar al-Assad verdreven. Zijn familie heerste decennia lang over Syrië en behoort tot de alawieten, een religieuze minderheid in Syrië.
Onder de regering van al-Assad werden de alawieten gezien als een bevoorrechte minderheid. Maar sinds zijn regering is verdreven, is dat veranderd. In maart werden in Syrië nog honderden Alawieten gedood. In deze video zie je wat er gebeurde:
