Nederlandse stroom is nog altijd viezer dan in veel andere landen
Alhoewel in het eerste deel van het jaar voor het eerst meer dan de helft van de elektriciteit in Nederland werd opgewekt met zon en wind, behoren we in Europa nog altijd tot de vieste jongetjes van de klas.
53 procent, zoveel werd in de eerste zes maanden in ons land opgewekt met windmolens, zonnepanelen en verder nog biomassa en wat waterkracht.
De rest werd bijna geheel gemaakt met fossiele brandstoffen, zoals steenkool, olie en gas (44 procent). Kernenergie was goed voor bijna 3 procent.
Je hebt niet alle cookies geaccepteerd. Om deze content te bekijken moet je deaanpassen.
Nederland doet het wel beter dan tien jaar geleden, toen net geen 11 procent van de elektriciteit uit hernieuwbare bronnen kwam. Maar als je de vergelijking maakt met andere Europese landen, dan blijven we nog altijd achter.
Noorwegen, Denemarken en Portugal
In Noorwegen, bijvoorbeeld, was dit jaar tot nu toe 98,5 procent van de opgewekte elektriciteit hernieuwbaar en in Denemarken en Portugal ruim 88 procent, blijkt uit cijfers van Eurelectric, de federatie van Europese elektriciteitsbedrijven.
Maar ook grote landen, als Duitsland (62,5 procent) en Spanje (59 procent), overtreffen Nederland.
Geen fossiel bij Zwitsers
En als je kijkt naar het deel van de stroom die met fossiele bronnen werd opgewekt, dan laten we de meeste landen ons achter zich. Dat komt mede doordat in sommige landen een (soms flink) deel van de elektriciteit werd opgewekt met kerncentrales. Wat je ook van kernenergie wilt zeggen, het zorgt niet voor de uitstoot van CO2.
In Zwitserland werd er dit jaar tot nu toe helemaal geen stroom opgewekt met fossiele brandstoffen. In Zweden was het aandeel 1,1 procent, in Noorwegen 1,5 procent, in Frankrijk 4 procent, en in Finland 7,5 procent en in Denemarken ruim 11 procent.
België, Roemenië en het VK doen het beter
De stroom in ons land wekken we ook op een viezere manier op dan in landen als België, Slowakije, Slovenië, Roemenië, Litouwen, het Verenigd Koninkrijk en Oostenrijk.
Alleen een aantal kleine landen, zoals Malta, Cyprus en Ierland, en een groter land als Polen gebruiken meer fossiele brandstoffen dan wij om elektriciteit te maken.