Nederland krijgt 'ruime onvoldoende' voor aanpak klimaatverandering
Het is heel erg onwaarschijnlijk geworden dat Nederland het klimaatdoel voor het jaar 2030 nog kan halen. Dat blijkt uit de zogenoemde Klimaat- en Energieverkenning (KEV). "We lopen ongeveer vijf jaar achter."
In plaats van de wettelijk afgesproken 55 procent daling van de uitstoot van broeikasgassen, komt Nederland uit op een afname van 44 tot 52 procent, ten opzichte van 1990. "Alleen extra beleid dat snel reducties oplevert kan het doel dichterbij brengen" aldus de KEV. Maar de kans dat dit nog lukt voor 2030 is erg klein.
Volgens directeur Marko Hekkert van het Planbureau voor de Leefomgeving betekent dit een slecht rapportcijfer voor Nederland: "Als de kans dat je een doel haalt dat je jezelf hebt gesteld kleiner is dan 5 procent, dan kan ik helaas alleen een ruime onvoldoende geven."
Er gebeurt wel veel als het gaat om klimaatverandering, dat zie je in onderstaande video:
Somberder
Het jaarlijkse overzichtsrapport is somberder dan een jaar geleden. Vorig jaar leek het klimaatdoel voor 2030 nog binnen bereik te komen. Al was toen ook al wel de teneur dat alles mee moest zitten. Maar nu zijn de onderzoekers een stuk negatiever.
Dat komt onder meer door een vertraging in de aanleg van windparken op zee, problemen bij de productie van groene waterstof en vertraging in reductieafspraken met de industrie. Maar ook politieke keuzes van het nieuwe kabinet dragen bij aan de slechte cijfers. Dat is bijvoorbeeld het geval in de sectoren landbouw en mobiliteit.
Zo heeft dit kabinet afscheid genomen van rekeningrijden, waardoor mensen over de hele linie meer blijven rijden. Daardoor is er meer CO2-uitstoot dan anders het geval zou zijn geweest. In de landbouw hoopt het kabinet op een nieuwe derogatie in Brussel. Als dat lukt zal de uitstoot van boerenbedrijven minder dalen dan werd gedacht.
'Wiebelend beleid'
Wel signaleren de onderzoekers dat er de afgelopen jaren al wel een snelle daling van de uitstoot van broeikasgassen heeft plaatsgevonden. Bijvoorbeeld door meer hernieuwbare energie, en door hogere energieprijzen. Inmiddels ligt de uitstoot in Nederland zo’n 36 procent lager dan in 1990.
Maar voor 2030 moet daar dus nog een forse schep bovenop. Ook andere besluiten van het kabinet helpen daarbij niet. Zoals het niet langer verplicht stellen van de hybride warmtepomp, als een cv-ketel aan vervanging toe is, en het afschaffen van de lucratieve salderingsregeling voor mensen met zonnepanelen.
Marko Hekkert stelt dat daarbij sprake is van 'wiebelend beleid', wat niet helpt als mensen nadenken over de aanschaf van zonnepanelen. "Eerst hebben we een salderingsregeling, daarna wordt voorgesteld om die in stukjes af te schaffen, dan toch weer niet, en nu wordt de regeling ineens helemaal afgeschaft. Daar worden mensen heel erg onzeker van. Onzekerheid helpt nooit bij het nemen van investeringsbeslissingen. Jojobeleid werkt contraproductief."
Vijf jaar achterop
Het overzichtsrapport wordt jaarlijks opgesteld door meerdere organisaties, zoals het CBS, PBL, TNO en RIVM. Zij wijzen erop dat het klimaatbeleid niet stopt in 2030. In 2050 moet de uitstoot uitkomen op netto nul. Dat wil zeggen: er mag niet meer uitstoot plaatsvinden, dan er tegelijk ook weer uit de lucht wordt gehaald, bijvoorbeeld doordat bomen CO2 opnemen om te groeien.
Als je ervan uitgaat dat de hele transitie ongeveer 50 jaar duurt, zitten we nu op de helft, legt Hekkert uit. "We moeten dus nog ongeveer tweederde doen in de helft van de tijd." Wat het PBL betreft beweegt Nederland wel in de juiste richting, maar niet in het juiste tempo.
"We lopen ongeveer 5 jaar achter, dus we denken dat we in 2035 de doelen halen die we voor 2030 hadden gesteld. Dan kan je zeggen: dat is 5 jaar vertraging en dus niet zo erg. Maar de tijd tot 2050 wordt steeds korter, en dus moeten we in de resterende tijd steeds meer doen."