Rabobank stapt naar rechter om wanted-poster topman
De Rabobank stapt naar de rechter om een actie van Greenpeace vorige maand. De milieuorganisatie liet spandoeken ophangen van de topman van Rabobank, Stefaan Decraene, met daaronder de tekst 'wanted'. De bank noemt het laster.
De Rabobank laat vandaag aan Het Parool weten naar de rechter te stappen om 'een grootschalige en persoonsgerichte lastercampagne'. Greenpeace had de posters van topman Stefaan Decraene opgehangen omdat hij als directeur van de bank schuldig zou zijn aan ontbossing in Brazilië. Volgens de bank is zijn portret 'op onnodig grievende en demoniserende wijze misbruikt'.
Kantoorgebouw in Amsterdam
De poster van Decraene hingen aan het kantoorgebouw Viñoly in Amsterdam-Zuid en waren vanaf de A10 en treinstation Amsterdam Zuid te zien. Het hoofdkantoor van de Rabobank is in Utrecht.
De Rabobank eist rectificatie en wil dat alle afbeeldingen die online en op straat circuleren binnen 24 uur verdwenen zijn, schrijft Het Parool. Als Greenpeace dat niet doet, wil de Rabobank een dwangsom van 10.000 euro per dag. Dat geld moet dan naar een goed doel gaan.
'Persoonlijke veiligheid'
Een woordvoerder van de bank laat weten dat de stap naar de rechter is genomen om de veiligheid van de topman. "Prima dat Greenpeace ons aanspreekt, maar dit kan zijn veiligheid bedreigen", zegt de woordvoerder tegen de krant. "Helaas leert de recente geschiedenis dat demonisering van individuen gevolgen kan hebben voor de persoonlijke veiligheid van de geportretteerde of diens naasten."
Greenpeace zegt in een reactie de actie van de bank 'een beetje kinderachtig' te vinden. "Het is van groot belang dat we mensen in zulke hoge posities, die beslissingen nemen waar we allemaal de gevolgen van ervaren, kunnen blijven aanspreken op hun verantwoordelijkheid. Daar hoort het gebruik van beeld bij," laat Meike Rijksen van Greenpeace in Het Parool weten.
"De klacht van de Rabobank dat onze campagne 'gevaarzettend' zou zijn voor de CEO raakt kant nog wal. De investeringen van Rabobank die bijdragen aan ontbossing zijn daarentegen zeer gevaarzettend voor miljoenen mensen."