Grootste koopkrachtstijging in 20 jaar, maar mensen in bijstand nauwelijks vooruit

De koopkracht, het besteedbaar inkomen van Nederlandse huishoudens, steeg vorig jaar met 3,6 procent. Dat is de grootste stijging in twintig jaar. Vooral werkenden gingen erop vooruit, terwijl huishoudens in de bijstand juist nauwelijks profiteren.
Dat blijkt uit nieuwe gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Het gaat volgens de instantie om de doorsnee koopkrachtontwikkeling. De ene helft van de groep heeft een lagere koopkrachtontwikkeling, de andere helft heeft een ontwikkeling die minstens zo hoog is of hoger.
De relatief grote groei in kwam onder meer door de 'grootste cao-loonstijging in ruim veertig jaar (6,8 procent)', zegt het CBS.

Hierdoor ging driekwart van de mensen in een werknemershuishouden er 'fors' in koopkracht vooruit (5,3 procent). "Tegenover de loonstijging van 6,8 procent stond een inflatie van 3,1 procent, waarmee de reële loonontwikkeling op 3,7 procent uitkwam", aldus het statistiekbureau. Werknemers profiteren ook van de gestegen arbeidskorting.
De koopkrachtstijging bij zelfstandigen is met 3,1 procent lager dan bij werknemers.
+0,2 procent in bijstand
Nog minder is dat bij mensen in een bijstandshuishouden, zegt het CBS. Daar bedroeg de koopkrachtgroei slechts 0,2 procent.
"Het wegvallen van de energietoeslag in 2024 had voor huishoudens met weinig inkomen een drukkend effect op de koopkracht", zegt het CBS. Eerder bleek al dat het aantal huishoudens dat in energiearmoede leeft, vorig jaar stevig is toegenomen.
Dat er geen sprake is van een koopkrachtdaling voor deze groep, komt volgens de instantie door de stijging van het minimumloon en gekoppelde uitkeringen. Ook de verruiming van de huurtoeslag en het kindgebonden budget droegen hieraan bij.
Met kinderen
Dat kindgebonden budget en een verhoging van de kinderbijslag zorgden er ook voor dat huishoudens met kinderen er in doorsnee meer op vooruit gingen dan alleenwonenden en stellen zonder kinderen.
In een tweeoudergezin was de doorsnee koopkrachtstijging 5,6 procent. In een eenoudergezin was dat 4,8 procent.
Gepensioneerden
Voor gepensioneerden steeg de koopkracht in 2024 in doorsnee met 1,8 procent, de eerste koopkrachtstijging na drie jaren van daling. Er waren wel verschillen te zien: vooral mensen met een aanvullend pensioen profiteerden, waar mensen met een kleiner pensioen soms juist een koopkrachtdaling voor de kiezen kregen. Ook hier speelde het wegvallen van de energietoeslag een rol.
De hoogste inkomensgroepen onder gepensioneerden kregen te maken met hogere belastingen, en zagen hun koopkracht zodoende ook dalen (-1,8 procent).
Er is een golf van erfenissen op komst, zo zie je in deze video.