Ook zoveel slakken in je tuin? 'Het zijn er meer, maar geen plaag'
Het zal tuinbezitters misschien zijn opgevallen: de afgelopen tijd kruipen er veel slakken rond. Maar zijn het er echt meer dan anders, en zo ja, hoe komt dat? En hoe bescherm je je geliefde planten tegen die beestjes? Slakkenkenner Adriaan Gmelig Meyling legt het allemaal uit.
Gmelig Meyling werkt bij de stichting Annemoon, die onderzoek doet naar weekdieren, de groep waartoe de slak behoort.
"We zien nu meer slakken omdat het een koud voorjaar was, en het is nu lekker vochtig door de regen. Omdat de temperatuur nu goed is voor slakken, en omdat alle planten uitkomen, komen ze allemaal tevoorschijn."
Droge jaren
Dat betekent, benadrukt de weekdierkenner, dus niet dat er meer slakken zijn. "Ze zijn vooral zichtbaarder. Het zijn omstandigheden waardoor ze meer rond gaan kruipen, zeker in de avond. De afgelopen jaren was het in het voorjaar erg droog. Dan zie je ze niet. In dat soort omstandigheden blijven ze onder struiken zitten of in de grond. Ze verstoppen zich ook onder stenen, bloempotten en boomstammetjes. Dan zie je ze heel lang niet."
Van een plaag is dus geen sprake. "Het kan natuurlijk wel dat mensen het als een plaag ervaren. Want ja, als er meer zijn in je tuin, en ze eten de groenten in je moestuin aan, dan kun je het natuurlijk wel als erg vervelend ervaren. En vooral de grotere soorten zijn dan vervelend."
Geul graven
De grote slakken waar mensen last van hebben zijn de gewone tuinslak en de segrijnslak. "Maar de grootste soort, de wijngaardslak, is niet schadelijk voor de moestuin", waarschuwt Gmelig Meyling. "Die is ook beschermd in Nederland."
De allerbeste manier om te voorkomen dat tuingroenten worden aangevreten door de beestjes, is volgens Gmelig Meyling een geul graven rond de planten. "Dat hoeft maar een klein geultje te zijn gevuld met water. Door zo'n goot kunnen ze niet. Dat werkt heel goed."
Een andere, veel minder, slakvriendelijke manier om de beesten te bestrijden is om schaaltjes met bier neer te zetten. De diertjes drinken ervan, vallen er vervolgens in en verdrinken. Ook wordt vaak gif gebruikt of wordt zout gestrooid. Ook plaatsen mensen koper in de grond, waar de dieren niet tegen kunnen.
"Een wel slakvriendelijke 'bestrijding' is om planten neer te zetten waar ze van mogen eten. Wil je slakken uit een bepaald gedeelte van je tuin houden, dan kun je op een andere plek lekkere planten neerzetten, bijvoorbeeld sla of spinazie."
Diertjes met liefdespijl
Gmelig Meyling wil wel benadrukken dat slakken niet alleen maar voor overlast zorgen. "Het zijn leuke beestjes. Ze hebben bijvoorbeeld een heel interessant liefdesleven. Zo paren ze door eerst de andere slak met een liefdespijl te steken. En er zijn ook soorten die een enorm grote penis hebben. Dat zijn allemaal heel interessante verhalen over heel leuke diertjes met heel leuk gedrag."
Daarnaast zijn er zelfs mensen die slakken als huisdier houden. "Daar gaat voor die mensen een zekere rust van uit. Het kijken naar de dieren, hoe ze elkaar besnuffelen, hoe ze kalm rondkruipen en eten, werkt voor veel mensen heel rustgevend. Slakken zijn veel meer dan de overlast die ze soms veroorzaken."