Forensisch proefproject

Erfelijke ziekte, ongeval of moord? NFI schiet nu te hulp bij twijfel over doodsoorzaak

Door Koen Voskuil··Aangepast:
© NFIErfelijke ziekte, ongeval of moord? NFI schiet nu te hulp bij twijfel over doodsoorzaak
RTL

Forensisch artsen krijgen meer mogelijkheden om sterfgevallen te onderzoeken. Bij twijfel over de doodsoorzaak kunnen ze de hulp inroepen van het Nederlands Forensisch Instituut en twee ziekenhuizen. Het is niet uitgesloten dat hierdoor meer moorden aan het licht komen.

Wanneer iemand overlijdt, komt een forensisch arts ter plaatse om onderzoek te doen naar de toedracht. Maar soms houdt die arts twijfel: is iemand bijvoorbeeld overleden aan een hartinfarct of van de trap geduwd?

Dankzij een proefproject van vier jaar kunnen forensisch artsen - met toestemming van de nabestaanden - makkelijker aanvullend onderzoek laten doen, zoals naar de aanwezigheid van drugs of andere gifstoffen in het lichaam. Ook kan radiologisch of genetisch onderzoek worden verricht door twee aangesloten ziekenhuizen. 

Overdosis drugs?

Forensisch patholoog Bart Latten van het NFI verwacht dat zo vaker de exacte doodsoorzaak wordt achterhaald, wat ten eerste belangrijk is voor de nabestaanden. "Met name als jonge mensen plotseling overlijden, wil de familie weten wat de oorzaak was. Gaat het bijvoorbeeld om een overdosis drugs, of speelt een erfelijke ziekte een rol? Dat zijn zaken die we kunnen onderzoeken."

Forensisch patholoog Bart Latten. © NFI
Forensisch patholoog Bart Latten.

Latten sluit niet uit dat in sommige gevallen alsnog kan worden vastgesteld dat iemand is omgekomen door moord of doodslag. "Deze studie biedt daarvoor wel een vangnet. Zo kan een autopsie of radiologisch onderzoek aan het licht brengen of er sprake is van inwendig letsel."

Moord of doodslag

Nader onderzoek naar sterfgevallen is daarnaast belangrijk voor de medische wetenschap en de overlijdensstatistieken. Latten: "Er is geregeld kritiek op de kwaliteit van het overlijdensonderzoek in Nederland. Of dat terecht is, kunnen we dankzij dit project gaan toetsen." 

Onderzoek naar schimmige dood heropend

Het onderzoek van een forensisch arts kan bepalend zijn of een politieonderzoek wordt voortgezet of niet. Dat blijkt uit de zaak van de overleden oud-inlichtingendienstmedewerker Hans van de Ven, die op 5 februari 2021 dood werd aangetroffen in zijn woning in Amstelveen. Hoewel de omstandigheden in die zaak verdacht waren - met een voortvluchtige vrouw in huis die probeerde weg te rennen voor de politie - concludeerde de aanwezige forensisch arts dat Van de Ven een natuurlijke dood was gestorven. Daarmee werd het politieonderzoek stopgezet. 

Pas nadat nabestaanden en het AD de omstandigheden verder hadden uitgezocht, is het politieonderzoek heropend. Het NFI doet nu aanvullend onderzoek naar het lichaam van Van de Ven. De resultaten daarvan zijn nog niet bekend.

Van de ongeveer 170.000 sterfgevallen per jaar gaan zo'n 7500 mensen niet dood aan een ziekte, maar door bijvoorbeeld een ongeval of zelfdoding. Er is dan geen overduidelijk misdrijf in het spel, want in die gevallen gelast het Openbaar Ministerie een gerechtelijk onderzoek. Wat wél de doodsoorzaak was, kan soms niet worden vastgesteld. Juist in deze gevallen kan het proefproject 'Nader Onderzoek Forensisch Artsen' naar verwachting vaker duidelijkheid bieden.

Bij het project zijn behalve het NFI het Maastricht Universitair Medisch Centrum en het Groene Hart Ziekenhuis aangesloten. Forensisch artsen kunnen nu ook al aanvullend onderzoek laten verrichten door een ziekenhuis, maar dat is kostbaar en tijdrovend. Het project biedt forensisch artsen, die al met een enorm hoge werkdruk kampen, de mogelijkheid het extra werk uit handen te nemen. 

Lees meer over
Bart LattenNFIGroene Hart ZiekenhuisMaastricht UMC+