Bespaart het gebruik van biomassa als energiebron wel CO2?
Biomassa is – na kernenergie – misschien wel de meest betwiste energiebron. In de publieke discussie hoor je vaak dat er minstens zoveel CO2 vrijkomt bij het verstoken van houtpellets als van steenkool. Maar dan wordt vergeten dat bij de groei van biomassa diezelfde hoeveelheid CO2 wordt opgenomen.
Waar komt de biomassa vandaan?
Als hier alles mee gezegd zou zijn, dan was biomassa helemaal CO2-neutraal. Maar er komt natuurlijk meer bij kijken. Hoeveel CO2 er vrijkomt in de hele keten van biomassa, van telen tot verbranden, hangt vooral af van waar en hoe de biomassa wordt geteeld.
Een voorbeeld van hoe het vooral níet moet, is het kappen van tropisch regenwoud om plaats te maken voor een palmolieplantage, om daarmee biodiesel te produceren. Dat is slecht voor zowel de biodiversiteit als het klimaat, omdat er een heel grote hoeveelheid CO2 de lucht wordt ingeblazen door de kaalkap van oerbos.
Europees bos groeit
De meeste houtige biomassa die we in Nederland gebruiken komt uit Noord-Europa. In die productiebossen wordt ongeveer evenveel bos gekapt als aangeplant. Dan valt de balans voor het klimaat natuurlijk een stuk gunstiger uit.
Het aangroeien van hout duurt weliswaar langer dan het verbranden ervan, maar door goed bosbeheer kan hout geoogst worden zonder dat er op termijn bos verloren gaat. Volgens de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties FAO is het totale bosareaal in Europa zelfs licht toegenomen de afgelopen decennia.
Algemene uitspraken over biomassa als energiebron zijn dus lastig. Hoe goed of slecht het is voor klimaatverandering hangt er helemaal van af hoe en waar de biomassa geproduceerd wordt. Reststromen zoals houtafval of afgedankt frituurvet zijn het beste, maar helaas maar beperkt beschikbaar.
Op gespannen voet
Het telen van biomassa kan daarnaast ook invloed hebben op de biodiversiteit, zoals het voorbeeld van het tropisch regenwoud duidelijk maakt. Er wordt gebruikgemaakt van schaars land, dat anders voor voedselproductie of natuur bestemd zou kunnen worden.
Soms kunnen de verschillende doelen hand in hand gaan, een duurzaam beheerd productiebos heeft bijvoorbeeld natuurwaarde, maar soms staan ze op gespannen voet met elkaar. De verschillende aspecten en argumenten die voorbij komen in de biomassa-discussie zijn door het Planbureau voor de Leefomgeving op een rijtje gezet.
Transitie
Uiteindelijk hebben alle manieren van energieopwekking nadelen, de ene meer dan de andere. De schoonste energie is de energie die we niet gebruiken. Zoals Professor Guido van der Werf van de VU Amsterdam opmerkt: "Wie in de energietransitie alleen perfecte oplossingen wil accepteren, houdt uiteindelijk geen enkele optie over."
Het antwoord op de vraag is kortom complex, maar, zoals ook expert Van der Werf zegt: "Bij naleving van duurzaamheidscriteria stoot biomassa netto minder CO2 uit dan fossiele brandstoffen."
Je hebt niet alle cookies geaccepteerd. Om deze content te bekijken moet je deaanpassen.
Zo vroeg Hans zich af: "Biobrandstof levert bij verbranding net zoveel CO2 op....dat heeft toch weinig zin als we het hebben over de reductie van broeikasgassen?"
Kringloop
Inderdaad komt er bij de verbranding van biobrandstof CO2 vrij, en niet zo’n beetje ook. Maar de koolstof die bij verbranding van biomassa uit de schoorsteen of uitlaatpijp komt, is niet lang ervoor uit de lucht gehaald door planten; die groeien namelijk door CO2 en water om te zetten in biomassa (en zuurstof).
Wanneer een plant afsterft zal de biomassa langzaam worden verteerd. Daarbij komt normaal gesproken de koolstof weer als CO2 vrij. Door verbranding versnellen we dat proces, maar de kringloop van koolstof wordt er niet wezenlijk door veranderd. Intussen hebben we er dan wel energie mee opgewekt. En dát spaart fossiele brandstoffen uit.
Netto CO2
Koolstof uit fossiele brandstoffen ligt al vele miljoenen jaren onder de grond opgeborgen. Die fossiele koolstof is geen onderdeel meer van de actieve kringloop van groei en afsterving. Als we die fossiele resten verbranden, wordt er dus netto CO2 aan de atmosfeer toegevoegd. Dit is niet het geval bij een plant of boom: de daarin opgeslagen koolstof zou na afsterving toch langzaam in de lucht terechtkomen.