Inflatie doorberekend, bedragen verkeersboetes schieten omhoog

De hoogte van verkeersboetes stijgt volgend jaar met bijna 9 procent. Dat blijkt uit een brief van minister Dilan Yesilgöz van Justitie aan de Tweede Kamer.
De stijging is meer dan vier keer zo hoog als afgelopen jaar. De hoogte van de boetes is gekoppeld aan de gemiddelde prijsstijging.
Inflatie torenhoog
Die is dit jaar veel hoger dan anders. Door de oorlog in Oekraïne en de sancties van de EU tegen Rusland is de inflatie omhooggeschoten.
Yesilgöz heeft besloten die zeer hoge inflatie ook door te berekenen in tal van boetes. Ze zal de bedragen met 8,6 procent verhogen. Als de Kamer haar voornemen steunt, zal de verhoging op 1 januari ingaan.
In 2021 steeg het tarief van verkeersboetes nog met 1,6 procent. Dit jaar was de stijging 2 procent.
Bellen achter het stuur: 380 euro
Yeşilgöz heeft een lijst met voorstellen voor de nieuwe boetebedragen aan de Tweede Kamer gestuurd. Als die worden aangenomen, betekent dat bijvoorbeeld dat door rood rijden met de auto 280 euro gaat kosten. Nu is dat nog 250 euro, exclusief administratiekosten.
De prijs voor bellen achter het stuur gaat omhoog van 350 naar 380 euro. Wie een appje stuurt op de fiets riskeert straks een bekeuring van 150 euro, waar dat nu nog 140 euro is.
Ministerie: 'Niet onrechtvaardig'
Het ministerie van Justitie en Veiligheid zegt het niet onrechtvaardig te vinden om de prijzen op te krikken terwijl het leven toch al zo duur is. "Zolang je je aan de regels houdt, hoef je de kosten ook niet te maken", zegt een woordvoerster.
De bekeuringen laten zoals ze waren, zou bij de huidige hoge inflatie bovendien betekenen dat ze vergeleken met de normale kosten voor het levensonderhoud 'in feite goedkoper' worden. Wel is ervoor gekozen om sommige boetes niet boven de 450 euro uit te laten komen. Daarna vallen ze namelijk onder het strafrecht, in plaats van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften - ook wel de wet Mulder genoemd.