Gemeenten maken inhaalslag met het vinden van woningen voor statushouders
De afgelopen maand hebben gemeenten flink meer huizen kunnen vinden voor vluchtelingen die een status hebben gekregen en daarmee recht hebben op een huis. Op 1 mei hadden ze nog een achterstand van 6293 plekken die ze moesten zien te vinden vòòr 1 juli.
Een maand later is die achterstand verkleind naar 3828. Dat blijkt uit de nieuwste cijfers die het kabinet heeft gepubliceerd. Over het vinden van deze woonplekken zijn in het verleden afspraken gemaakt met de Nederlandse gemeenten. Daarin staat hoeveel mensen met een verblijfsvergunning gemeenten onderdak moeten bieden.
Maandelijkse cijfers
Het ministerie publiceert maandelijks cijfers over hoe wordt voldaan aan deze afspraken. RTL Nieuws analyseerde de cijfers vorige week en daaruit bleek dat gemeenten nog enorm achterliepen met het vinden van plekken. Dat komt vooral doordat er een woningnood is en ook nog andere groepen mensen die recht hebben op een woning met voorrang.
Het gevolg is dat duizenden mensen met een verblijfsstatus noodgedwongen in asielzoekerscentra blijven wonen. Daar kunnen dan geen nieuwe mensen bij waardoor het systeem vastloopt. Minister De Jonge van Wonen riep daarom vorige week de gemeenten op om statushouders met voorrang een huis te geven. Bekijk hieronder wat de minister vorige week zei:
Maar uit de nieuwste cijfers blijkt dus dat gemeenten een eindsprint lijken in zetten richting 1 juli. Met het rijk hebben ze afgesproken voor 1 juli 13.748 plekken te vinden voor statushouders. Daarvan hebben ze nu 9916 plekken gevonden. Dat betekent dat ze nog 3828 plekken moeten vinden de komende maand.
Of de asielketen er uiteindelijk wat mee opschiet is de vraag. Want inmiddels zijn er weer veel nieuwe asielzoekers die een status hebben gekregen. Dus uiteindelijk zitten er nog steeds veel mensen met een status in de asielzoekerscentra. En daarom gaat de zoektocht naar woonplekken in de gemeenten na 1 juli gewoon verder, met een nieuwe opdracht die ze krijgen van het rijk.
