Geen tijd voor vrijwilligerswerk? 'Een glimlach maakt al verschil'
Zou je vrijwilligerswerk willen doen maar weet je niet waar je de tijd vandaan moet halen? Ook met kleine dingen kun je het verschil maken voor anderen. Hardy, Belinda en Sabine vertellen hoe zij dat doen. "Goeddoen gaat niet vervelen."
Of het tijd kost om mensen te helpen? Voor Belinda Inhulsen (61) nauwelijks. Het is een gewoonte. Belinda helpt mensen als ze ziet dat ze moeite hebben om in of uit een bus te stappen, of als ze ergens niet bij kunnen in de supermarkt. Ze geeft geregeld complimenten, ook aan mensen die ze niet kent. "Laatst zat er een oudere dame in de bus, in hele mooie kleren en mooi gekapt. Toen ik de bus uitstapte, zei ik: 'Wat ziet u er mooi uit!' Ze bloeide op. Daar werd ik dan weer blij van."
Deur open houden
Belinda is niet de enige die blij wordt van goede dingen doen, zegt Paul Smeets. Hij is professor in de filantropie aan de Universiteit van Amsterdam (UvA). "Mensen onderschatten de kracht van kleine goede daden. Wereldwijde onderzoeken laten zien dat je door iets goeds te doen, niet alleen de ander gelukkig maakt, maar ook jezelf. Dat effect is er al als je de deur voor iemand openhoudt of iemand vriendelijk aankijkt."
"Ik las deze week nog een Amerikaans onderzoek waaruit blijkt dat vriendelijk zijn voor je collega zorgt dat je minder gevoelig bent voor stresssituaties op je werk. Daarnaast vinden mensen je aardiger en bouw je een betere band op met hen op als je naar ze glimlacht. Dat geldt ook voor mensen die je op andere plekken tegenkomt, zoals in de supermarkt."
Smeets adviseert: maak eens een praatje met iemand die net als jij op de bus staat te wachten. "Veel mensen denken dat niemand daarop zit te wachten, maar vaak vinden mensen het juist leuk als je dat doet." Dat zegt ook Belinda. "Toen ik jonger was, durfde ik mensen niet aan te spreken. Dan dacht ik: ze zullen het wel raar vinden als ik iets zeg. Maar mensen vinden het leuk om gegroet te worden of een compliment te krijgen. En het is zo'n makkelijke manier om iemand blij te maken."
Veel eenzame mensen
Dat zegt ook Smeets. "Er zijn zo veel eenzame mensen in Nederland. Jouw oprechte interesse, ook al duurt die maar een paar minuten, kan het enige echte contact zijn dat iemand in dagen heeft. Dan maakt het zijn of haar dag. Waarschijnlijk zonder dat je het doorhebt."
Een praatje, of een wandeling. Dat is ook wat Hardy van der Vlugt doet. Via vrijwilligersorganisatie Handjehelpen gaat hij eens per week langs bij een wat oudere dame die begint te dementeren. "Haar kinderen wonen niet in de buurt en moeten doordeweeks werken. Vaak is het maar een uurtje, soms twee. We drinken een kop thee, maken wat geintjes, dan gaan we zo'n 20 minuten wandelen en soms drinken we daarna nog een kop thee. Daarna ga ik weer naar huis."
"Laatst zei haar dochter dat mevrouw wat nors was en niets wilde. Ik kwam binnen en ze ontdooide meteen. Omdat ik vrolijk was, werd zij dat ook. Ik kan thuis op de bank zitten of iets nuttigs doen en iemand blij maken, dan is de keuze snel gemaakt. Ik zat altijd in de sales, nu 'verkoop' ik het leuke leven aan deze mevrouw door haar te bezoeken als vrijwilliger."
'Het zou besmettelijk moeten zijn'
Net als bij Belinda, zit behulpzaamheid Hardy in het bloed. "Als ik mensen om zich heen zie kijken, dan stap ik bijvoorbeeld altijd van mijn fiets en vraag ik of ik kan helpen. Ik sta op als ik oudere mensen in de bus zie. Dat soort kleine dingen." Ondertussen is hij bezig een praktijk op te zetten als ervaringsdeskundige in de ggz. Hij lacht: "Daar zit ook weer die behulpzaamheid in inderdaad. Ik kom er niet van af. Het is een ziekte, die zou besmettelijk moeten zijn."
Een paar uur per week. Veel mensen denken die tijd niet te hebben. "Maar we zitten in Nederland gemiddeld 3 uur per dag voor de tv", zegt Smeets. "Maak daar 2,5 uur per dag van, dan heb je 3,5 uur per week over om iets positiefs te doen."
Sabine Samsom (40) pakt het anders aan. Ze is moeder van twee basisschoolkinderen en heeft een eigen bedrijf, Finance Queen. Een druk leven dus. Maar daarnaast doneert Sabine twee keer per jaar bloed, ruimt ze af en toe tijdens een wandeling met een prikstok afval op en een zamelt ze een paar keer per jaar geld en spullen in voor de Voedselbank. Dat begon in het begin van de coronaperiode. Ik wilde iets goeds doen, samen met de kinderen die thuiszaten."
Kasten opruimen
In een lokale Facebookgroep en via WhatsApp vroeg Sabine of mensen hun kasten wilden opruimen en voedsel en verzorgingsproducten wilden doneren. "Ik woon in een dorp waar mensen het bovengemiddeld goed hebben, veel van hen hebben dingen in de kast die over de datum dreigen te gaan. Bijvoorbeeld omdat ze zijn vergeten dat ze het hebben, of omdat het uit een kerstpakket komt maar ze het zelf niet eten. Tegelijkertijd wonen even verderop mensen die geen geld hebben om eten te kopen."
De actie sloeg aan. Samen met haar kinderen reed Sabine rondjes door het dorp om bij iedereen producten op te halen, en op een zaterdagochtend reed ze met twee stampvolle auto's naar de Voedselbank. "Het is geen groot dorp, maar het kostte ons toch veel tijd. Nu pak ik het anders aan. Ik kijk in mijn agenda en als ik zie dat ik over een paar weken niets gepland heb op een zaterdagochtend, dan zet ik opnieuw oproepjes uit. Maar nu met de vraag om de spullen op donderdag en vrijdag bij mij voor de deur te zetten."
Douwe Egberts-punten
Een andere keer zamelde ze kaarten in van de Postcode Loterij, waarmee mensen voor 12,50 euro vegetarische boodschappen konden doen bij Albert Heijn. "We hebben geen Albert Heijn in het dorp, dus die kaarten zouden bij de meeste mensen de prullenbak in gaan. Ik heb er voor een paar honderd euro boodschappen van kunnen doen voor de Voedselbank."
Een jaar geleden verzamelde ze Douwe Egberts-punten. "Die hebben veel mensen in huis, maar ze doen er niets mee. Ik kreeg een gigantische hoeveelheid punten. De klas van mijn zoon, toen groep 7, heeft die gesorteerd zodat ik allemaal bundeltjes van 1000 punten had. Die heb ik omgewisseld, ik kon zo'n 500 euro overmaken naar de Voedselbank.
Het is fijn voor de Voedselbank en de klanten daarvan, maar ook goed voor haar eigen kinderen, vindt Sabine. "Die leren zo dat het goed is om iets te doen voor een ander, ook als je er niet per se iets voor terugkrijgt. De kinderen denken dat hoe wij leven normaal is. Door dit soort kleine dingen zien ze dat dat niet zo is. Zo neem ik ze ook mee als ik bloed ga doneren. We moeten het samen doen, zonder donoren is er geen bloed voor mensen die het nodig hebben. En zonder hulp geen eten bij de Voedselbank. Wat voor moeite is het dan om af en toe een handje te helpen?"
Maakt het verschil of je grote of kleine dingen doet? Professor Paul Smeets zegt van niet. "Het hangt vooral af van wat je kunt doen. Als een miljonair 100 euro geeft aan een goed doel, dan ben ik niet onder de indruk. Hijzelf waarschijnlijk ook niet. Maar als iemand met een minimuminkomen 10 euro geeft, dan is het geluksgevoel waarschijnlijk groter. Die persoon heeft dan echt iets goeds gedaan."
Niet aan inflatie onderhevig
Wat daarnaast uitmaakt, is hoe vaak je iets doet. "Denk aan het openhouden van een deur, naar iemand glimlachen of een praatje maken met de stratenveger. Voor jezelf zijn dat allemaal kleine geluksmomentjes. Je kunt daar niet weken op teren. Dus probeer een paar keer per dag iets goeds te doen."
Het mooie is: het geluksgevoel dat je daardoor krijgt, is niet aan inflatie onderhevig. Het geluksgevoel dat je krijgt van spullen kopen wel, daar wen je aan. Maar goeddoen gaat niet vervelen en je krijgt er elke keer opnieuw een positief gevoel van."