Inflatie in september naar historische hoogte, lonen blijven flink achter
Consumentengoederen en -diensten waren in september 14,5 procent duurder dan in dezelfde maand een jaar eerder. Historisch hoog, aldus Frank Notten, econoom van het CBS. In de afgelopen maanden zijn de lonen ook harder aan het stijgen, maar nog wel in een veel lager tempo dan dat het leven duurder werd.
De stijging van de inflatie kwam vooral door de prijsontwikkeling van energie. De prijzen van energie (elektriciteit, gas en stadsverwarming) zijn in september verder toegenomen, dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vanochtend.
Energie was in september 200 procent duurder dan in dezelfde maand vorig jaar. In augustus was de stijging op jaarbasis 151 procent. De inflatie in vergelijking met dezelfde maand in 2021 kwam toen uit op 12 procent.
Ook zonder energieprijzen
Maar ook als je de sterk gestegen energie- en brandstofprijzen buiten beschouwing laat, is de inflatie in september toegenomen. Dat blijkt uit het cijfer dat het CBS berekent, waarin de prijsontwikkelingen van gas, elektriciteit, stadsverwarming en de motorbrandstoffen niet wordt meegenomen.
In september waren consumentengoederen en -diensten exclusief energie en motorbrandstoffen 6,5 procent duurder dan in dezelfde maand vorig jaar. In augustus was de prijsstijging op jaarbasis 6,0 procent.
Europees cijfer
Het cijfer van vandaag wijkt af van de ruim 17 procent inflatie volgens de Europese rekenmethode, dat vorige week naar buitenkwam. Waar dit verschil vandaan komt en waarom er ook wat kanttekeningen te plaatsen zijn bij het cijfer van vandaag, leggen we je in onderstaand stuk uit.
Loonstijging onvoldoende
Waar het leven maand na maand duurder en duurder wordt, blijven de lonen nog achter. Gemiddeld stegen de lonen met 3,4 procent in de cao's die in de maanden juli, augustus en september werden afgesloten.
Ondanks deze forse toename ligt de cao-loonontwikkeling ruim onder de ontwikkeling van de consumentenprijzen. Gerekend over het gehele derde kwartaal lagen die 12,3 procent hoger dan een jaar eerder.
Druk op koopkracht
CBS-econoom Frank Notten wijst erop dat van de aanzienlijke loonstijging als gevolg van de hoge inflatie 'niets over' blijft. "Werknemers die onder een cao vallen, en dat is zo'n 80 procent, gaan er gecorrigeerd voor inflatie fors op achteruit. De druk op de koopkracht van werknemers is fors."
In de beschikbare cijfers van de cao-lonen en de consumentenprijsindex, die teruggaan tot 1973, is het niet eerder voorgekomen dat de ontwikkeling van de cao-lonen zover achterbleef bij de inflatie.
Verwachtingen
Of de inflatie de komende maanden weer wat kan dalen of verder zal stijgen, kan Notten niet voorspellen. "Aan de ene kant zie je dat de groothandelsprijzen voor gas in augustus en begin september op een heel hoog niveau piekten, en daarna iets daalden. Daardoor wordt de druk op de inflatie minder groot", zegt hij.
"Aan de andere kant kan de olieprijs stijgen door de productiebeperkingen van de Opec+landen. Ook gaan de gestegen energieprijzen verder doorwerken op prijzen van andere producten, zoals voeding." Dat kan de komende tijd een stuwend effect hebben op de inflatie."