Dit zijn de Prinsjesdagplannen om de wooncrisis aan te pakken
Het demissionair kabinet trekt de komende tien jaar 100 miljoen extra per jaar uit voor het bestrijden van de woningcrisis. Dit bedrag zal vooral worden gebruikt voor het versnellen van bouwprojecten die moeilijk te financieren zijn.
Het doel van de investering, 1 miljard euro dus uitgesmeerd over tien jaar tijd, is om 900.000 woningen te bouwen. Het kabinet maakt hiervoor gebruik van een al bestaande regeling: de woningbouwimpuls.
Laatste duwtje bouwprojecten: 100 miljoen
Doel van deze regeling is dat bouwprojecten die minder rendabel zijn alsnog worden gefinancierd. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer een bouwproject een bepaald percentage aan sociale huurwoningen of betaalbare woningen moet hebben.
Omdat er minder winstmarge zit op dat type woningen, is het vaak ingewikkelder om de financiering van die projecten rond te krijgen. Het rijk springt met de woningbouwimpuls dan bij om ervoor te zorgen dat het project alsnog door kan gaan.
Ook voor infrastructuur
En die regeling lijkt te werken, stelde onderzoeksbureau Companen al eerder vast. Bij de huidige woningbouwimpuls was het doel dat de bouw van zo'n 65.000 woningen versneld kon worden. Dat aantal lijkt ruimschoots te worden gehaald: er zijn namelijk al plannen gehonoreerd voor zo'n 95.000 woningen.
Die 100 miljoen per jaar is echter niet puur en alleen voor woningen. Het geld kan ook gebruikt worden voor infrastructuur die nodig is om bij de nieuwe woningen te komen. Ook hierop lopen sommige projecten nu vast.
Huizen voor kwetsbare mensen: 10 miljoen
Er wordt nog een andere subsidieregeling verlengd door het kabinet. Namelijk de subsidieregeling om woningen te bouwen voor kwetsbare mensen.
Deze regeling is bedoeld om onder andere meer woningen te bouwen voor dak- en thuisloze mensen, statushouders en studenten. De regeling wordt verlengd tot 2025. Per jaar is er 10 miljoen euro aan subsidie beschikbaar.
Huizen voor ouderen: 20 miljoen
Speciaal voor ouderen loopt de subsidieregeling voor geclusterde woningen ook door. In 2022 is er 20 miljoen euro beschikbaar om de bouw van geclusterde woningen te stimuleren. Dit zijn woningen waarbij meerdere appartementen een gezamenlijke ruimte delen zodat mensen elkaar daar kunnen ontmoeten of daar zorg kunnen ontvangen.
Verlaging verhuurderheffing: 180 miljoen
Het kabinet komt ook de grotere verhuurders in de gereguleerde huursector tegemoet. Door de coronacrisis mag de huur van sociale huurwoningen tot 30 juni 2022 niet worden verhoogd. Maar daarvoor worden de verhuurders gecompenseerd. Voor woningcorporaties en grotere verhuurders wordt verhuurderheffing namelijk verlaagd.
Op die manier moet er toch geld beschikbaar zijn voor de corporaties om meer betaalbare woningen te bouwen. Het kabinet hoopt dat de bouw van z'n 150.000 gereguleerde huurwoningen hierdoor in 2022 kan beginnen.
Ook kleinere gereguleerde verhuurders worden gecompenseerd. Voor hen komen er regelingen die het mogelijk moet maken om onderhoud en verduurzaming betaalbaarder te maken.
Verhuurdersvergunning
Ook op de vrije sector gaat het kabinet wel iets om doen om weer grip op de woningmarkt te krijgen. Het kabinet geeft aan met een wetsvoorstel te komen waarmee gemeenten voorschriften aan verhuurders kunnen stellen en een verhuurdersvergunning in kunnen voeren om malafide verhuurders aan te pakken. Het wetsvoorstel moet ook gaan helpen bij het bestrijden van discriminatie op de woningmarkt.
En ook de makelaars kunnen zich op gaan maken voor een gesprek met de overheid. Volgens het kabinet staat door de krapte op de woningmarkt de integriteit van makelaars onder druk.
Transparanter
Zij willen daarom dat de werkwijze van makelaars transparanter wordt. Het kabinet wil onder andere afspraken gaan maken over de manier waarop er inzicht moet worden gegeven in het biedingsproces en over de manier waarop nieuwbouwwoningen worden toegewezen.
Kritiek
Sinds de demonstratie in het Amsterdamse Westerpark van 12 september is er veel aandacht voor de wooncrisis in Nederland. Vorige week uitte de organisaties die betrokken zijn bij het woonprotest al kritiek op de genoemde 1 miljard waarmee het kabinet de woningbouw wil versnellen. Het bedrag is volgens de organisaties veel te laag, er zou minstens 4 miljard euro moeten worden uitgetrokken.
Bovendien willen zij de volledige afschaffing van de verhuurderheffing, niet slechts de verlaging waarmee het kabinet nu komt.
'Geen gevoel van urgentie'
Volgens de Woonbond ontbreekt het kabinet zelfs elk gevoel van urgentie. Woonbonddirecteur Zeno Winkels: "Er worden wat pleisters geplakt met 100 miljoen per jaar, terwijl de miljardenheffing op sociale huur in stand blijft."
Volgens de bond kost de verhuurderheffing corporaties komend jaar zo'n anderhalf miljard euro. Ook de regulering op de huurprijzen in de vrije sector moet steviger dan het kabinet van plan is, vindt de bond.
Voor zowel het afschaffen van de verhuurderheffing als de regulering van vrije sector huur is volgens Winkels namelijk een Kamermeerderheid. "De Kamer moet het initiatief naar zich toetrekken. De wooncrisis heeft nu écht ingrijpen nodig."